Additionally, paste this code immediately after the opening tag: Fietsverslag Passau - Rotterdam (2002) - Forum Wereldfietser

Fietsverslag Passau - Rotterdam (2002)

Deze fietsvakantie begint met een weekje samen met een orkest waar een van ons lid van was, met optredens en uitstapjes in Beieren. Om de logica niet helemaal te verstoren heb ik dit deel laten staan. Voor de die-hard fietsfreaks: het fietsen begint op vrijdag 19 juli.

ZATERDAG 13 JULI: ROTTERDAM – NEUREICHENAU
De fietsen hebben we gisteravond al in de huiskamer gezet en met bagage bepakt zodat we vandaag direct weg kunnen. Om 04.10 uur loopt de wekker af, Trudy is al wakker sinds 03.45 en zit in de huis-kamer. Buiten is het nog donker. Snel douchen en even ontbijten (koffie, thee, yoghurt en drinkontbijt). Een laatste inspectie door het huis en dan met de fiets in de lift naar beneden. Het fietsen duurt min-der lang dan we vooraf dachten dus om 05.15 uur staan we al bij de slagboom van het busterrein. De portier reageert niet op onze komst, kijkt niet op of om naar onze bepakte fietsen maar gelukkig is L. er al en zij regelt met de portier onze toegang tot het terrein. Al gauw druppelt iedereen van het reis-gezelschap binnen, de bus staat intussen ook al klaar. Alle bagage wordt in de bus geladen maar er is een probleem: onze fietsen moeten er nog bij! Even wat gepraat met de chauffeur, er worden wat tassen en koffers verplaatst en uiteindelijk zit alles en iedereen toch in de bus. Om 06.15 vertrekken we vanaf de Kleiweg voor onze bustocht naar Duitsland. Onderweg maken we de nodige tussenstops voor een plas en een peuk. Ondanks sombere voorspellingen blijven de files beperkt tot een kleintje van korte duur. Het landschap verandert: van vlak naar steeds heuvelachtiger en om ongeveer 19.30 arriveren we bij ons hotel in Neureichenau. Eerst een welkomstdrankje, de bus uitladen en dan naar de kamer met de grote hoeveelheid spullen om uit te pakken en op te frissen voor het diner. Samen met 3 anderen zitten we deze week voor alle maaltijden in het hotel aan tafel 5. Het eten is niet den-derend, de sfeer gelukkig een heel stuk beter. Ondanks de lange, vermoeiende dag gaat het combo nog wat nootjes blazen. Rond 23.00 vinden we het genoeg voor de eerste vakantiedag en gaan we slapen.

ZONDAG 14 JULI: NEUREICHENAU – ALTREICHENAU
Het is vandaag niet echt uitslapen: het ontbijt is tussen 8 en 9 uur en om half 11 vindt het eerste op-treden (of repetitie?) plaats met het orkest op het terras van het hotel. Het weer is goed maar wat be-nauwd en er vliegt het nodige rond aan beesten. Het optreden voor een select gezelschap bewonde-raars is niet meteen een hoogtepunt, maar ja het is even wennen aan die Beierse lucht. Voordat we zelf optreden, krijgen we een miniconcertje van een blaaskapel uit de buurt die er – gekleed in korte broek – lustig op los blazen. De nodige contacten worden gelegd met deze en gene en er is weer een extra optreden geregeld: diezelfde middag in Altreichenau in een tennishal. Tussendoor maken we een wandelingetje om de buurt te verkennen en te kijken wat er zoal te koop en te zien is in Neurei-chenau. Om 15.00 stapt iedereen in de bus, behalve Trudy. Zij fietst bergop naar het optreden en komt bezweet en wel aan bij de tennishal. Het optreden gaat goed, het publiek reageert leuk en na afloop krijgen we nog koffie met taart. Ook vanavond valt het avondeten wat tegen maar dat belet ons niet om een avondwandelingetje te maken. Onderweg verdwalen we maar via een omweg over Gsen-get komen we bij het tankstation tegenover het hotel terug. Daarmee duurt de wandeling langer dan we gepland hadden want pas om 22.50 uur zijn we terug in het hotel. In het volslagen donker, straat-verlichting is in dit deel van Duitsland niet dik gezaaid. Wandelen maakt dorstig en een groot glas jus d’orange gaat er dan ook makkelijk in. Ook slapen kost weinig moeite.

MAANDAG 15 JULI: NEUREICHENAU – DREISESSELBERG
De Dreisesselberg ligt in de omgeving van ons hotel en die staat voor vandaag op het programma evenals een uitstapje naar de Tsjechische grens voor goedkope sigaretten en drank. De keuze kan gemaakt worden uit omhoog per bus of voor de sportievelingen: te voet. Samen met 5 orkestleden gaan we op stap. Bij ons vertrek miezert het nog en dat blijft even duren. Maar al gauw zijn we stevig aan het klimmen. De uitzichten onderweg zijn schitterend, alleen voor J. is de pret al snel voorbij: hij krijgt een zweepslag in zijn kuit en lopen gaat vanaf dan moeizaam. Toch zetten we de tocht voort en gaandeweg wordt de weg naar boven steeds slechter begaanbaar: takken, losse stenen, grind en mos komen we tegen. We nemen regelmatig een adempauze om bij te komen en kijken hoeveel (ki-lo)meter we dichterbij de top komen. Ondertussen regent het weer en dat maakt het lopen bergop nog wat lastiger. Toch is de stemming niet slecht en we hebben veel lol met elkaar onder meer door de mooie (sterke) verhalen die L. vertelt. Eindelijk bereiken we een pad dat beter te belopen is, de mist hangt er wel laag maar zo bereiken we de parkeerplaats. Daar herkennen we de motor van de dirigent en even later komt hij aanlopen. Na een kort overleg wordt het volgende geregeld: J. gaat met z’n zere kuit achterop (zonder kuit mag ook wel maar dat geeft van die vlekken) de motor naar boven, naar het restaurant en de rest van onze groep loopt naar boven. We gaan lunchen in het restaurant terwijl de dirigent met de motor en de autosleutel op zak naar het hotel terugrijdt. Dan komt hij in de auto weer omhoog om J. op te halen terwijl de rest te voet naar beneden gaat. Het eten en drinken is heerlijk voor ons uitgehongerde wandelaars. Helaas kunnen we niet van het uitzicht genieten omdat het nog steeds mistig is. Na de lunch en een rondje rond de souvenirshop (waar we niks kopen) gaan we naar beneden. In eerste instantie ziet deze route er beter uit dan de weg omhoog maar ook deze variant wordt allengs steiler en gladder. Klauterend, soms op handen en voeten langs gladde stenen, dalen we weer af. Op een zeker moment komen we bij een snel stromend beekje, de Michelsklamm. Er wordt het voorstel gedaan om even lekker pootje te baden in het koude water en dat lijkt ons een goed plan. Even later staan we allemaal met onze blote pootjes in het inderdaad frisse, koude water. Als de schoenen weer aan zijn getrokken, gloeien onze voeten lekker na. De sfeer is wederom gezellig en ook het weer doet mee: de zon schijnt ineens uitbundig. Opeens komt een vrolijk keffende hond op ons afgelopen gevolgd door zijn eigenares. Deze mevrouw heeft ons optreden op zondagochtend bijgewoond en is nu met de hond aan het wandelen. Haar auto staat iets verderop: als we willen brengt ze ons naar Neureichenau. Alleen L. heeft hier wel oren naar. Hij mag van z’n vrouw niet met vreemden meegaan en stelt zich dus eerst voor voordat hij instapt voor de laatste etappe. Voor de wandelaars is het laatste stukje steil naar beneden want ‘what comes up must go down’ en dat voelen we ook goed in bovenbenen en kuiten. Rond 18.15 arriveren we weer bij het hotel. De mensen die met de bus naar de Dreisesselberg zouden gaan kregen onderweg pech met de bus en als alternatief werd het schnappsmuseum bezocht. Ook leuk maar de wandeltocht was toch wat avontuurlijker. We waren behoorlijk moe dus na het eten en de bijbehorende koffie en thee zijn we om 21.30 gaan slapen. Vroeg hè?

DINSDAG 16 JULI: BUSTOCHT NAAR PASSAU
De bus naar Passau vertrekt om 09.30 en na een toeristische rondrit arriveren we daar om ongeveer half 12. We gaan niet – zoals de meesten – naar het orgelconcert in de Passauer Dom. Wel gaan we direct naar een konditorei voor koffie/thee met zalig gebak. Je bent in Duitsland of niet, toch? Daarna gaan we langs bij de VVV maar die kunnen ons niet helpen aan de gevraagde fietskaart van Neurei-chenau naar Passau. Die halen we even later bij de ADAC (de Duitse ANWB), we zijn nu in het bezit van een gedetailleerde fietsroutekaart van Beieren. We doen ook wat nuttige boodschapjes: papieren zakdoekjes, fruit en hoestdrank. Om toch een beetje cultuur te proeven gaan we naar het museum voor Moderne Kunst, waar naast exposities van allerlei onbekende kunstenaars ook een fototentoon-stelling van Amerikaanse fotografen is met onder meer foto’s van Andy Warhol. Tijd voor de lunch: een Griekse salade en een bolognese pannenkoek gaan er wel in. Toch nog even naar de Dom, een mooie barokke kerk. Geen kaarsjes want het Maria beeld zien we niet (het blijkt er wel te zijn, horen we later). Terug naar de bus en de – veel kortere – terugreis aanvaard. ’s Avonds spelen we het kaartspel ‘pesten’ tot even na 23.00 uur. Dan vallen de luikjes dicht…

WOENSDAG 17 JULI: JOSKA GLASFABRIEK
Weer om 09.30 vertrekt de orkestbus, dit keer richting Bodenmais – met natuurlijk de voorafgaande toeristische rondrit. Daar gaan we naar de Joska glasfabriek waar we een mooie bloemenvaas en setjes ‘siepkes’ als souvenir kopen. Na de lunch moeten Aniek en haar medemusici weer aan de bak met een concert in de Biergarten van het Joskapaviljoen. Vlak voor het einde van het concert worden er zonnepetjes met embleem uitgedeeld. De aanblik van een volledig orkest met petje leidt er bij zowel de orkestleden als de toeschouwers toe dat er wat spottend over de Jostiband wordt gesproken! Dan volgt er schnapps, de meeste orkestleden laten zich dat goed smaken. We gaan terug naar het hotel voor een aperitief en wat huishoudelijke klussen (de was!) en dan het avondeten. Vandaag heeft het stevig geregend en we hopen dat dat niet zo blijft maar dat we vanaf zaterdag – het mag ook eerder – lekker niet te warm en droog weer hebben.

DONDERDAG 18 JULI: WANDELEN & HEIMATABEND
Gisteravond maakten we een contract op waarin onze tafelgenote de belofte deed om vanochtend om 08.30 fluitend aan het ontbijt te verschijnen. Exact om die tijd komt een stralende M. aan die bijna niet kan fluiten omdat ze steeds in de lach schiet. Het weer werkt vandaag niet mee: ’s ochtends bij het ontbijt stroomt de regen al uit met bakken naar beneden. Toch laten we ons daardoor niet ontmoedigen en om 10.00 gaan we op stap. We, dat zijn 5 mensen. Eerst slaan we mondvoorraad en drank in bij de buurtsuper. Met de kaart in de hand lopen we door maar ondanks de kaart kunnen we routes niet goed van elkaar onderscheiden en al gauw staan we in het centrum van Altreichenau. Het regent nog steeds en we duiken een cafeetje in om lekkere chocolademelk te drinken en voor een sanitaire stop. Na zo’n half uurtje gaan we weer op stap en volgen kriskras door elkaar de verschillende bordjes van routes in de omgeving. De Michelsklamm blijken we ook ineens te doen en we lopen tot tweemaal toe langs een ingewikkelde paadje met gladde stapstenen langs een snel stromend beekje. Uiteindelijk merken we meerdere stukjes tweemaal te doen en eigenlijk in een rondje te lopen. We wagen ons zelfs aan een heuse beklimming op zoek naar een ander pad. En na heftig klauterwerk (Immer geradeaus) vinden we dat pad ook. Onze schoenen en sokken zijn door al dat gewandel goed doorweekt maar dat mag de pret niet drukken. Tot slot volgen we de groene bordjes naar Neureichenau en we komen uit op een pad dat we zondagmiddag al een stukje in tegengestelde richting liepen. Onze boswandeling komt uit bij het plaatselijk bejaardenhuis. Terug in de bewoonde wereld moet er het nodige worden gedaan: pinnen bij de bank en een nieuwe rugzak halen (de oude had het onderweg begeven). Omdat iedereen snakt naar een warm kopje chocolademelk vragen we bij de VVV of er andere horecagelegenheden zijn in het dorp. Helaas, het enige café dat er verder is in het dorp is vanwege een verbouwing gesloten. Via een omweg langs het tankstation (waar we een heerlijke magnetronsnack ontdekken: friet) komen we terug bij het hotel. De chocolademelk daar haalt het niet bij die van vanochtend maar hij is warm. Op een gegeven moment voelen die natte schoenen en sokken toch wel koud aan en gaan we allemaal (maar niet samen) heerlijk warm douchen. Enigszins rozig schuiven we aan voor het avondeten. Iedereen is nogal uitgelaten want er wordt stevig gezongen tijdens het eten als voorafje op de Heimatabend die voor vanavond op het programma staat. De avond is een groot succes: er wordt veel gedanst bij de muziek van het combo. Tussendoor wordt er door verschillende mensen kaart gespeeld. Trudy haalt haar hart op aan een partij klaverjassen. Voor ons gaat om 23.45 het licht uit, aan de geluiden te horen voor de anderen heel wat later.

VRIJDAG 19 JULI: FIETSEN IN HET ‘DREILANDERECK’ – Duitsland, Tsjechië & Oostenrijk (63 KM)
Een excursie naar de Dreissesselberg voor het gezelschap met de bus: wij zijn eigenwijs en gaan fietsen. Eerst omhoog: Altreichenau, Frauenberg en Haidermuhlen waar we – met enige Nederlands-Beierse vertaalproblemen – een koffie en een thee hebben gedronken. Verder door naar de Tsjechi-sche grens en onderweg – je komt die lui ook echt overal tegen – de orkestbus en de dirigent op de motor komen ons tegemoet. Zij hebben hun taxfree inkopen al gedaan, wij gaan nu pas naar Tsjechië.
De grens passeren is simpel, we krijgen niet eens een stempel in ons paspoort. Door op de route, denken we, maar natuurlijk blijkt dat niet zo te zijn. Na wat omwegen en heel veel steile gravelpaden (omhoog puf-kreun en naar beneden met 50 km per uur) komen we bij de grens met Oostenrijk. Daar gaat het mis: een weg is verboden voor fietsers en de ander komt uit in een plaats waar we niet moe-ten zijn. We rijden 5 kilometer verkeerd omhoog de weg op, omdat een passant ons dat heeft verteld. Weer vragen, ditmaal aan een automobilist en vlak daarna zijn we vrij snel in Schwartzenberg. Bij de VVV vragen we naar de weg naar Neureichenau. We krijgen een kopie van een gebiedsplattegrond, de originele is toch wel wat duur voor eenmalig gebruik. Als we de VVV verlaten komen we geünifor-meerde muzikanten uit Schwartenzberg tegen. Ook zij zijn vanavond aanwezig op de feestavond van de vrijwillige brandweer in Lachenhäuser. Aniek – als rasechte muzikante – maakt natuurlijk met haar collega’s een praatje. Vanaf Schwartzenberg is het nog maar 2 kilometer naar de Duitse grens en dan nog 6 kilometer naar Neureichenau. Om 17.30 zijn we terug, zeer moe met 63 steile grotendeels on-verharde kilometers in de benen. Na het avondeten – voor het eerst lekker, of is dat omdat we gewoon honger hebben? – met de bus naar Lachenhäuser voor diverse optredens ter ere van het 100-jarig bestaan van de vrijwillige brandweer daar. Het aanwezige publiek is niet overenthousiast met klappen, maar wij – de supporters – weten nu hoe klapvee zich bij de Joop van der Ende studio’s voelt. Ui-teraard is het feest niet compleet zonder een walsje op de tonen van het combo dus hup de dansvloer op. Gelijk daarna wil iedereen dansen. Een dame houdt er zelfs een aanbidder aan over… Uiteindelijk rond 23.00 uur terug naar het hotel, slapen! Morgen is het vroeg dag voor de eerste etappe richting Passau. Maar dat natuurlijk pas nadat we de busreizigers uitgezwaaid hebben.

ZATERDAG 20 JULI: NEUREICHENAU – PASSAU (59,4 KM)
De wekker loopt vanochtend al om 06.30 af want vandaag beginnen we aan onze fietstocht, de eerste eigenlijke vakantiedag. Eerst alle spullen inpakken in de fietstassen, alle muziekspullen heeft Aniek gisteren al ingepakt. Om 07.00 gaan we ontbijten, als een van de eersten. Er zijn gisteren een aantal mensen nog doorgezakt, dus die komen wat later uit bed. Onze fietsen bepakken trekt de nodige kijkers die zich verbazen over de hoeveelheid bagage. Uiteindelijk is ook de bus klaar voor vertrek en kunnen we van iedereen afscheid nemen. We zwaaien de bus uit en gaan zelf ook op pad. Eerst naar het dorp voor wat boodschappen en om even na negen uur begint de fietstocht dan echt. De eerste plaats die we aandoen op onze route is Jandelsbrunn, zo’n 6 kilometer verder. We bereiken dit dorp via een oude spoorweg. Het lijkt ons handig om dan naar Breitenberg te fietsen. De eerste reeks van klimpartijen en niet de laatste! Na een tijdje is het toch handiger om via hoofdwegen te fietsen omdat we dan veel minder omwegen hebben. Onze route over Jandelsbrunn was achteraf gezien alleen maar om. De temperatuur loopt op en het zweet loopt over ons hoofd en onze rug, vooral tijdens beklimmingen van toch wel pittige colletjes. Vlak na zo’n beklimming worden we steeds beloond met een heerlijke afdaling: we halen soms de 56 kilometer per uur (voor Trudy een nieuw snelheidsrecord). Na Breitenberg gaat het via Sonnen en Hauzenberg (tussenstop met salade) naar Passau. Dat laatste stuk fietsen we over een veel drukkere weg, er is een omleiding elders. De auto’s razen flink door en dat is niet altijd zo prettig fietsen. In Passau aangekomen gaan we op zoek naar de Donau om daar de route weer op te pakken richting Regensburg. Na even puzzelen vinden we ze: de overbekende groenwitte Donauradwegbordjes. We zijn best moe en als we opkijken rijden we recht op ons overnachtingadres af: de Rotel Inn. Het is een rood-wit-blauw gebouw in de vorm van een sla-pende mens met typische kamers in kajuitvorm. Achteraf blijkt dat we dit dinsdag ook al hebben ge-zien. Walter, de gids, zei toen dat het een jeugdherberg is. Zowel de prijs (slechts € 15 per persoon) als de kamer staan ons wel aan dus de knoop is snel doorgehakt. Even voor het verfrissende Fa-gevoel onder de douche en dan op zoek naar een eettentje. We vinden een Italiaans restaurantje waar ze prima pizza en pasta maken. Om 22.00 is de dag voor ons weer voorbij, morgen verder langs de Donau richting Deggendorf.

ZONDAG 21 JULI: PASSAU – METTEN (65,4 KM)
Na een lekker ontbijt vertrekken we met een zonnetje op onze bol uit Passau. Via een oversteek over een Kraftwerk (waterkrachtcentrale) komen aan de andere kant van de Donau. Een boerderij annex terras langs de route heeft lekkere taart in de aanbieding, dus samen met koffie en thee laten we ons dat goed smaken. Een jong katje daar op het terras zorgt voor de nodige afleiding bij alle bezoekers en er wordt stevig gekroeld. Verder gaat het, langs voornamelijk gravelpaden met nogal losse kiezels. Vooral Trudy vindt dat soort paden soms eng. Een bankje aan de Donau biedt ons een prima lunch-plaats en een plek om Ma te bellen. We vertellen haar dat het schitterend weer is maar we zijn te snel met ons oordeel: een klein uur later, 5 kilometer voorbij Deggendorf barst er een ontzettende hoosbui los! Gelukkig is er direct om de hoek een Gasthaus dus dat wordt een niet geplande maar wel goede slaapplaats. ’s Middags lezen en tukken we wat. Het avondeten is weer Italiaans, lekker maar niet zo lekker als in Passau.

MAANDAG 22 JULI: METTEN – REGENSBURG (88 KM)
Na een stevig ontbijt vertrekken we richting Regensburg. Aniek vol goede moed, Trudy iets minder want bij de geschatte afstand van ruim 100 kilometer zinkt de moed haar al in de schoenen… Natuur-lijk halen we het en het blijkt slechts (?) 88 kilometer te zijn. Onderweg rijden we weer vaak over gra-velpaden en langs ellenlange maïs- en tarwevelden. In Boden stoppen we voor de lunch en halen we bij de bakker lekkere broodjes voor onderweg. Uiteindelijk zijn we in Regensburg maar nog lang niet op de plaats van bestemming. De camping ligt namelijk 8 kilometer aan de andere kant van de stad. We schrijven ons in, zetten de tent op – en dat gaat verbazingwekkend makkelijk na een jaar niet ge-oefend te hebben – en gaan douchen. We zijn te moe om nog naar de stad te gaan en lopen naar het dichtstbijzijnde restaurant: hoe kan het ook anders, een pizzeria. Op tijd, om 22.00 naar bed, want al fietsen we morgen niet, ook stadten is een vermoeiende bezigheid.

DINSDAG 23 JULI: RUSTDAG IN REGENSBURG
We slapen niet zo best. Enerzijds omdat we weer aan de campingmatjes moeten wennen maar ook omdat er tot drie keer toe een kind ontzettend aan het zeuren en huilen was (waar zijn nou die uitjes & knoflooksaus?). Om 6.20 staat Aniek toch op, eerst een stukje hardlopen langs de Donau richting Ulm. Om 08.00 is ze weer op de camping terug, bezweet dus tijd voor de douche. Trudy ligt nog lekker in haar slaapzak en komt even later pas buitentents. We gaan met de bus naar de stad, maar eerst doen we de was. Na wat kuren van de wasmachine die al voor vertraging zorgen blijkt de droger bezet. Dan maar opgehangen aan een geïmproviseerde waslijn. In de stad kopen we eerst ansichtkaarten en postzegels. Het wordt na ruim een week toch wel tijd het thuisfront er een te sturen. Onder het genot van koffie met lekkers schrijven we zo’n 30 kaarten. Regensburg is een stad met talloze oude gebou-wen en gevels dus gewoon rondwandelen is al een genot. Toch nog even naar de St. Petrus kathe-draal. Vergeleken met de Dom van Passau is deze kerk nogal donker en sober van inrichting. Met een broodje in de hand zoeken we de bushalte op voor een bezoek aan de botanische tuin op het universi-teitsterrein. Die tuin valt uiteindelijk nogal tegen. De meeste planten zijn niet goed bijgehouden of daar waar ze volgens aanwijzingen moeten staan, ontbreken ze. Moe in de pootjes en terug naar de stad. We dwalen door smalle straatjes en steegjes en komen uit bij een restaurant waar het eten puur ver-wennerij is: Japans. We doen daar een nieuwe culinaire ontdekking: sushi met spinazie en roomkaas. Terug op de camping blijkt de was grotendeels droog en dat wat nog vochtig is gaat alsnog de droger in. Morgen fietsen we nog een klein stukje over de Donauroute en dan wordt het de Tour de Baroque, want zo gaat de Limesroute ook.

WOENSDAG 24 JULI: REGENSBURG – BEILNGRIES (85,2 KM)
Trudy staat op met flinke hoofdpijn die pas zakt na 2 grote mokken koffie (hoezo cafeïne verslaafd?). Eerst een stukje Donauroute en Tour de Baroque tot Kelheim. Dan wordt het de Altmühlradweg. We raken de route soms kwijt maar we blijven consequent dicht langs het water rijden en komen dan meestal vrij snel wel weer een richtingbordje tegen. Het weer is typisch vandaag: soms zon, soms bewolkt, niet koud en ’s middags lichte regen. Eigenlijk te weinig regen en te warm voor een regenjas, genoeg om goed nat te worden. We rijden langs het water richting Beilngries maar de camping laat zich niet zien. We vragen het na en horen dan dat de camping aan de rand van de stad ligt maar aan-duidingen vanaf onze kant waren er niet. Vandaar dat we ‘m niet direct kunnen vinden. Tegen kwart voor vijf schrijven we ons in en tijdens het opzetten van de tent is er een korte maar stevige regenbui. ’s Avonds uit eten – wat is vakantie toch leuk – bij: de Italiaan!

DONDERDAG 25 JULI: BEILNGRIES – PAPPENHEIM (84,8 KM)
Lekker vroeg opstaan heeft tot gevolg dat we vandaag al om voor achten op de fiets zitten. En na enkele kilometers fietsen blijkt er in Pfraundorf ook een camping te zijn met een goede winkel waar we de boodschappen voor onderweg doen. Tijd voor koffie (hoewel Aniek steeds Trudy uitmaakt voor verslaafde lust ze zelf ook best een kopje zwarte thee en dat heeft hetzelfde effect…). Een Gasthaus onderweg blijkt een goede gelegenheid daarvoor te zijn. De ontbijtgasten kijken wat vreemd op, de eigenaar is meer gewend. In Walting lunchen we op een bankje in het dorp met uitzicht op twee katten met grootse familieplannen. Eichstätt, Dollnstein en Solnhofen komen en gaan. In Pappenheim vinden we het genoeg voor vandaag en zoeken de camping op. Het gaat maar weer eens regenen tijdens het opzetten van de tent, dat ding wordt zo nooit droog. Tijd voor een prakkie, en voor de verandering gaan we naar een Grieks restaurant. Hopelijk voor hen is het niet elke avond zo stil, wij waren de eni-ge klanten! Veel hebben we van Pappenheim niet gezien, dus we kunnen niet zeggen dat ‘we onze Pappenheimers wel kennen’ maar misschien komt dat op een volgende tocht.

VRIJDAG 26 JULI: PAPPENHEIM – LEUTERSHAUSEN (78,6 KM)
De dag begint met regen en het houdt ook bijna de hele dag niet op. De fietsoverschoenen van Trudy houden haar voeten droog maar Aniek loopt al snel te soppen (volgens Aniek valt dat best mee). Zo druk als het eerder op de diverse (deel)routes was met tegenliggers – we zijn een van de weinige fietsers die de route in westelijke richting doen – zo rustig is het vandaag. Slechts enkele malen is er een blik fietsers opengetrokken en komt er een groep(je) voorbij. Vaak ouderen (55+), soms een fami-lie met kinderen of een stel en af en toe een hele groep met gids, inclusief het obligate vlaggetje. In Windsfeld ontdekken we een Stehcafé annex bakkerij voor koffie/thee met een lekker broodje. Eigen-lijk is dit stuk niet volgens onze routebeschrijving maar het levert ons zowaar minder kilometers op (5,5!) richting Gunzenhausen. In het bakkerijtje annex Winkel-van-Sinkel worden we door de uitbaat-ster even op de hoogte gebracht van de vieze gewoontes van sommige ouderwetse boeren. De uit-baatster heeft enkelen van hen een toegangsverbod gegeven omdat ze op de grond van winkel kwat-ten, er hangt zelfs een verbodsbordje met ‘verboden op de grond te spugen’. Het plaatsje telt 225 inwoners en zij is de enige die sinds zo’n 35 jaar nog een winkeltje draaiende houdt. Gesterkt door de koffie en thee en met de nodige mondvoorraad in de tassen gaan we het vieze weer opnieuw in, ver-der naar Gunzenhausen. In Ornbau houden we andermaal halt voor een pauze. Jammer genoeg voor Trudy wordt om 12.30 in het eetlokaal geen koffie geschonken. Wel thee en ook warme chocolade-melk als alternatief. Intussen zitten aan de andere tafels rondom ons allemaal hongerige mannen die worden gevoed met stevige maaltijden: 3 grote worsten bovenop zuurkool met broodjes. Niet echt het dieet volgens de Hartstichting en naar ons idee zeer cholesterolrijk! Dat alles wordt – uiteraard – weg-gespoeld met tenminste een halve liter bier. Wij lunchen in Haag in een bushokje en lezen in een daar achtergelaten krant de weersvoorspelling. Even later komt de rechtmatige eigenaresse haar krant ophalen. Na onze lunch rijden we soms wel en soms niet via de Altmühlroute. We rijden in elk geval een alternatieve IJsselmeerroute rond de Altmühlsee en komen zo uit bij Gern en de weg naar Herrie-den. Vanaf daar gaan we wat sneller via de gewone doorgaande weg naar Leutershausen. Na een dag regen gaan we op zoek naar een meer luxe variant dan onze natte tent en via verkregen informa-tie in de dorpsapotheek komen we terecht in Hotelpension Neue Post. De douche is er heerlijk! Ook vanavond eten we weer Italiaans, liever wat vaker pasta dan de naar ons idee te vette Duitse maaltij-den. Aansluitend kijken we nog naar de plaatselijke wielerronde: Altstadtrennen Leutershausen. Dat betekent hier een soort estafettekoers rond het stadscentrum door de twee stadspoorten. Het leuke is dat iedereen, van groot tot klein, van racefiets of MTB tot mountainbike, meedoet. Alle deelnemers rijden zich de longen uit het lijf en worden door de toeschouwers enthousiast aangemoedigd. Ónze wielerronde gaat morgen weer verder.

ZATERDAG 27 JULI: LEUTERSHAUSEN – HOCHHAUSEN (123,9 KM VOOR TRUDY EN 145,0 KM VOOR ANIEK)
Het was me het dagje wel! Maar gelukkig weten we dat nog niet als we ‘s morgens uit Leutershausen vertrekken. De routebordjes van het ‘Liebliches Taubertal’ wijzen ons naar andere plaatsen dan de Limesroute aangeeft zodat we over Geslau de stad Rothenburg ob der Tauber bereiken. Een schil-derachtige stad, tegen een berghelling aangebouwd met een centrum vol vakwerkhuizen en kinder-kopjes als straattegels. Die berghelling betekent echter wel veel stijgende en dalende straatjes, soms behoorlijk steil. En als we zo’n 8 kilometer door de stad gewandeld en gefietst hebben, zijn we weer waar we begonnen zijn: sightseeing Rothenburg dus. Gelukkig vinden we vlak daarna weer de juiste weg via Creglingen naar Röttingen, de stad van de zonnewijzers. Vandaar af gaat het vrij soepel naar de kuurstad Bad Mergentheim. En daar gaat het rond 17.30 mis, goed mis! We zijn elkaar kwijt, echt kwijt! Wie hiervan de oorzaak is, wordt niet helemaal duidelijk maar Aniek rijdt op een T-splitsing naar rechts en Trudy naar links. Eerst denken we beiden van elkaar dat we een stuk vooruit rijden. Voor Aniek een reden om terug te gaan naar Bad Mergentheim om te kijken waar Trudy blijft, er zal toch niks gebeurd zijn? Voor Trudy is het een reden om juist door te fietsen in de hoop Aniek in te halen. Bij Edelfingen raakt Trudy de route kwijt en vindt deze pas bij Köningshofen weer terug. Dat punt is echter al zo veel verder op de route dat ze het niet logisch vindt om terug te fietsen, met de gedachte dat Aniek toch al veel verder is. Daarom fietst ze door naar Dittigheim, het gestelde einddoel van van-daag. Als ze daar komt is er geen spoor van Aniek te zien dus na in het dorp gekeken te hebben wacht Trudy op een bankje buiten het dorp. Nogmaals kijken en weer wachten. Ondertussen toch wel wat ongerust fietst Trudy naar Lauda maar ook daar geen Aniek. Om raad te vragen wordt naar onze zwager in Nederland gebeld die het advies geeft om naar de politie te gaan. Het politiebureau van Lauda is echter dicht! Terug naar Dittigheim. Daar bij een van de twee pensions die het dorp rijk is om raad gevraagd, in tranen. De eigenaresse lacht en zegt dat er geen reden tot ongerustheid is, ze weet dat Trudy en Aniek elkaar kwijt zijn en ‘Ihre Freundin ist unterwegs”. Wat blijkt het geval? Aniek is – uit ongerustheid – heen en weer gaan fietsen tussen Edelfingen en Bad Mergentheim, bij de jeugdher-berg en het station langs geweest. Misschien weet iemand daar meer. Ook Aniek belt naar Nederland, naar ma om te vragen wat te doen. Uiteindelijk gaat ook zij naar de politie en de vriendelijke agent van het bureau in Bad Mergentheim belt beide pensions in Dittigheim op om te vragen naar een Hollandse vrouw. Hij doet het verzoek om deze vrouw (Trudy dus) te laten wachten mocht zij nog langskomen en te vertellen dat Aniek onderweg is, bezig de afstand van 18 kilometer tussen Bad Mergentheim en Dittigheim in recordtijd af te leggen. Terwijl Trudy wacht in het pension in Dittigheim krijgt ze telefoon uit Nederland met het bericht dat Aniek onderweg is. Volgens ma is Aniek in paniek., maar bij haar aankomst in pension Zur Gruner Baum om 21.00 blijkt daar weinig van. De blijdschap bij ons beiden om elkaar weer te hebben gevonden is veel groter. We bellen het thuisfront en met de – onterechte – vermaning dat we dicht bij elkaar moeten blijven, zijn zij ook weer gerust. Zur Gruner Baum heeft geen kamer vrij maar de uitbaatster is ook de eigenaresse van Landhotel Zum Mühlenwörth in Hochhausen, zo’n 7 kilometer verder. Er wordt voor ons een kamer gereserveerd. In een snel donker wordend land-schap rijden we daar naar toe, blij dat we weer samen zijn. De hotelkeuken is bij aankomst al dicht maar eigenlijk hebben we allebei geen honger dus het gemis van een diner is niet zo groot. Om 23.00 gaan we zeer vermoeid slapen in een luxueuze kamer met prima bed om van onze welverdiende nachtrust te genieten. Voor Trudy is deze dag met 124 kilometer gelijk een fietsrecord, het vorige stond op 117! Aniek heeft er – met al dat heen en weer fietsen – maar liefst 145 in de wielen.

ZONDAG 28 JULI: HOCHHAUSEN – MILTENBERG (58,9 KM)
Na zo’n enerverende dag en met heel veel extra kilometers in de benen stappen we na een heerlijk ontbijt tegen tienen op de fiets. De temperatuur is hoog en de zon schijnt zeer uitbundig. Het vervolg van de Taubertalroute heeft nog de nodige klimmetjes in petto en de zweetdruppels lopen gestaag over ons lijf. Het fietsen kost ons allebei moeite, eerst zo’n zware dag en het is warm, erg warm. We stoppen bij een terrasje om de vochtvoorraad aan te vullen en in Wertheim nogmaals voor de lunch. De Main is de volgende rivier op onze route en hoewel afwijkend van de Limes, volgen we de bordjes Main Radwanderweg. Zo vlak naast een rivier fietsen is niet alleen mooi maar ook handig, altijd een leidraad in de buurt. Na ruim 58 kilometer vinden we het welletjes voor vandaag en rijden naar de camping van Miltenberg. Deze ligt direct in het centrum van de stad aan de rivier en toch is het vrij rustig. Eerst drinken, veel drinken en een ijsje en dan de huishoudelijke zaken als tent opzetten en wat kleding wassen. De tent is nog behoorlijk nat, sinds Pappenheim is hij niet uitgepakt geweest, maar met het zonnetje er op is de tent in een mum van tijd droog. Na een verfrissende douche lopen we de trap achteraan de camping op om bij het daar gelegen Italiaanse restaurant niet alleen van het eten maar ook van het uitzicht te genieten. De kaart biedt naast de gebruikelijke pizza en pasta veel andere keuze en met tiramisu als dessert hebben we onze buikjes weer vol. We willen perse naar Rotterdam terugfietsen (en niet een stukje met de trein of zo) dus de dagafstanden moeten wat aangepast wor-den. We hebben echter nog een dag speling dus het zal ons wel gaan lukken, denken we.

MAANDAG 29 JULI: MILTENBERG – FRANKFURT AM MAIN (106,6 KM)
Om de hitte wat voor te zijn staan we extra vroeg op zodat we om 07.05 al bepakt op de fiets zitten. Bijna direct zien we een bakkerij annex Stehcafé (wat een uitvinding toch van die Duitsers) zodat we direct een vers ontbijtje met koffie en thee voorhanden hebben. We fietsen door naar Asschaffenburg waar we trek krijgen in wat lekkers. Maar in tegenstelling tot alle andere plaatsen onderweg staan er nu geen bordjes met verwijzingen naar een Gasthaus. Verder dan maar en enkele kilometers later vlak bij Seligenstadt zien we een truckerscafé waar we lunchen, tussen allemaal stoere vrachtwagen-chauffeurs. Ondertussen stijgt de zon en de temperatuur tot het niveau ‘bakoven’ maar het fietsen gaat zo lekker dat we besluiten door te gaan naar Frankfurt in plaats van al te stoppen bij Offenbach. Onderweg laten we onze vermoeide voetjes afkoelen in de Main, een welkome verfrissing. De bordjes geven een steeds kleiner aantal kilometers aan, maar Frankfurt blijft ver weg! Uiteindelijk zijn we er en we vinden ook al snel de camping. We weten uit reisliteratuur dat deze camping niet aanbevelens-waardig is, maar ach we willen er toch maar een nacht slapen. Nou niet dus, we hebben nog nooit zo’n vieze camping gezien, verwaarloosd, overal zwerfvuil en tentplaatsen vol steen en glas. Het pu-bliek behoort tot de categorie die we niet graag ’s avonds na zessen tegen willen komen. Dan maar niet kamperen en wat duurder uit. Terug richting stad en op zoek naar de jeugdherberg. Die vinden we al snel, vlak aan de oever van de Main. Helaas zijn we niet de enigen. De herberg zit behoorlijk vol, de enige mogelijkheid is de slaapzaal voor acht personen en daar zijn we niet dol op. Toch maar doen, we zetten de bagage achter slot en grendel en rammelend van de honger gaan we de stad in. Dit keer wordt het iets simpels: de Burger King. Na dit copieuze diner gaan we terug naar de Altstadt, de wijk Sachsenhausen. Die heeft wel iets weg van het Parijse Quartier Latin. Veel kroegjes en restaurantjes van allerlei origine. En ook een leuk en betaalbaar hotel voor morgenavond. We drinken een Iers bier-tje bij een echte Ierse pub en daarna is het bedtijd want zo’n 107 kilometer in de benen voelen we wel.

DINSDAG 30 JULI: RUSTDAG IN FRANKFURT
We worden pas om 8.20 wakker, is de wekker nou niet afgelopen of hebben we ‘m niet gehoord? Snel douchen want het ontbijt is in een jeugdherberg maar tot negen uur. Om half tien moeten we van de kamer af zijn en ondanks de behoorlijke hoeveelheid bagage lukt ook dat. We fietsen naar ons over-nachtingadres van vanavond om daar de bagage alvast te stallen: hotel Primus. Een prima hotel, de kamer is al beschikbaar en de Iraanse hotelbaas aardig. Onze plannen voor vandaag bestaan voorlo-pig uit het bezoeken van een of meer museums en kerken en gewoon wat rond banjeren in de stad. We gaan naar het museum voor communicatie, een leuk en gratis museum (hè, die Hollanders toch). Na de lunch halen we informatie over eetgelegenheden op bij de VVV en kopen nieuwe onderbroeken in een soort Hema. Moe van al dat geslenter in de stad gaan we rustig liggen / zitten in de Chinese tuin van de stad. Er zijn meer mensen op dat idee gekomen, geen wonder bij deze temperatuur, het is 33 graden! Terug wandelen naar het hotel om wat folders te bekijken. Uiteindelijk gaan we niet op de VVV informatie af, maar gebruiken we een folder uit het hotel. Op loopafstand is er een Ethiopisch restaurant waar het eten uitstekend is. Als afsluiter een avondwandelingetje over de Mainkade. De kermis wordt opgebouwd maar is nog niet open dus een rondje reuzenrad zit er niet in.

WOENSDAG 31 JULI: FRANKFURT – BINGEN (79,0 KM)
Na een goed en stevig ontbijt vertrekken we uit hotel Primus in Frankfurt. Het binnenkomen van deze stad leek lang te duren, er kwam maar geen einde aan die afstandsbordjes! Het weggaan is een nog veel grotere ramp: de route verwijst ons dwars door drukke straten richting luchthaven. Na enkele kilometers besluiten we dat we dit niks vinden en slaan af richting de Main in de hoop dat daar een fietspad is. En ja, zelfs een van prima kwaliteit. Bij Höchst steken we met het veer de rivier over om de stuw verderop te vermijden. Die schijnt volgens de beschrijving met bepakking bijna niet te nemen te zijn. In het dorp Höchst is de chemigigant Hoechst gevestigd en dat merken we: we rijden onszelf vast op de toegangspoort van de fabriek. We mogen er niet doorheen steken: we kunnen bedrijfsspionnen zijn, toch? Omrijden dus, zo’n 8 kilometer om het fabrieksterrein heen. Uiteindelijk komen we aan in Mainz waar de Main en de Rijn samenkomen en vanaf nu volgen we die laatste rivier richting Nederland. In Mainz missen we de brug om over te steken en we blijven op de noordelijke oever rijden: tot onze enkels in de modder, dwars over puin en keien, door plassen van drie meter lang. Gelukkig kunnen we dit ‘uitstekende’ pad bij Mittelheim weer verlaten door met de pont over te steken. Een klein stukje verder stoppen we bij de camping van Bingen am Rhein. Voor het avondeten gaan we het dorp in, maar Bingen is tot nog toe het enige dorp waar zelfs geen pizzeria is. Dan maar naar de snackbar van de camping. We kletsen met andere fietsers, waaronder een ouder Nederlands echtpaar dat al tweeenhalve maand onderweg is vanuit Italie via Frankrijk. Een tocht van bijna 4000 kilometer en dat voor een eerste fietsvakantie, knap hoor. We gaan slapen: morgen wacht de Lorelei op ons!

DONDERDAG 1 AUGUSTUS: BINGEN – KOBLENZ (74,2 KM)
Om kwart over zes loopt de wekker af. Niet helemaal naar de zin van Trudy, ze ligt nog zo lekker in die warme slaapzak! Tijdens het opbreken van de tent begint het te miezeren en dat houdt de rest van de ochtend niet meer op. Het is even puzzelen om de route weer op te pikken maar al snel zien we groene fietsbordjes richting Bacharach. Dit deel van de route is schitterend, Aniek maakt dan ook heel wat foto’s. In St. Goar drinken we koffie/thee met heerlijke kwarktaart terwijl we vlak daarvoor de Lorelei hebben gezien. Het beeldje van die dame is ongeveer net zo groot als het zeemeerminbeeldje in de haven van Kopenhagen dus het is dat we goed opletten, maar we hadden het bijna gemist. We-derom mooie plaatjes langs het water: veel wijnranken op steile hellingen. We vragen ons af hoe ze die druiven er af halen. In Rhens krijgt Aniek last van de hongerklop maar het terras waar we plaats nemen is ongeschikt. De ober is zo klantonvriendelijk dat we alleen iets drinken en snel op zoek gaan naar een ander etablissement. Iets verder, vlak voorbij de stadsgrens van Koblenz vinden we een hotel-restaurant waar we een (h)eerlijke boterham met ham en kaas krijgen voorgezet. Verder langs de Rijn, de route is goed aangegeven en al snel zijn we bij de camping. Die ligt op het punt waar de Moezel in de Rijn stroomt bij het zogeheten ‘Deutsche Eck’. Hier kun je aan de overkant de burcht van Koblenz en het grote standbeeld van Keizer Wilhelm zien. Onze tent staat precies aan het water en we kijken uit op deze publiekstrekkers. De camping beschikt over een wasmachine en een droger dus we hoeven niet meer te stinken! Daarna is het tijd wat te eten. Onderweg naar de camping hebben we een Japans eethuisje gespot en daar eten we heerlijke misosoep en sushi. Voor de prijs hoeven het dit keer zeker niet te laten, een dependance in Rotterdam is zeer welkom.

VRIJDAG 2 AUGUSTUS: KOBLENZ – BONN (71,7 KM)
Na een campingontbijtje (lekker simpel) vertrekken we richting Andernach. De nood tot cafeïne wordt erg hoog als de redding nabij is: maak vandaag McDonalds dag! Koffie (en thee) maar ook lekker McFruhstucken met chocolademuffins, een bagel en croissants. Een groot stuk van de route gaat verder langs de Rijn, een deel over het fietspad langs de B9, de provinciale weg. Om hier maar gelijk filosofisch te zijn: we zien in Duitsland werkelijk allerlei soorten wegen. Landweggetjes vol stof, kuilen, plassen, losliggend puin of gravel (lekker en dan heuvel af…), bospaden vol wortels, dorpen en ste-den met kinderkopjes als wegdek, plavuizenboulevards, buitenwijken met asfaltwegen vol kuilen en plukken ‘nieuw’ asfalt waarvan het lijkt alsof ze zo maar neergeplakt zijn. Maar gelukkig ook glad, nieuw en zoevend asfalt. Dat zorgt tenminste voor een verhoging van de gemiddelde snelheid en het zelfvertrouwen! Voor we goed en wel beseffen zitten we in de buitenwijken van Bonn en nog iets ver-der al in het centrum. Bonn is lang niet zo groot als we van een voormalige hoofdstad gedacht heb-ben. In het Rijnpaviljoen drinken we wat en vragen er de weg. Daarna blijkt het klimmen te zijn! Den-ken we vlak langs de Rijn te rijden en alle bergen en heuvels gehad te hebben. Ligt de jeugdherberg op een berg van zo’n 150 meter! Veel afzien dus (vooral voor Trudy) maar het ijsje bij de jeugdherberg en het genot van een tweepersoonskamer met eigen badkamer maken veel goed. We gaan richting stad, geen vooropgezet doel, gewoon wat slenteren. De Basiliek St. Martin op de Münster Platz is een heel mooie kerk. Bij het beeld van Maria Immer Hilfe brandt Trudy een kaarsje en via de pastoraal werkster laten we een mis voor Pa lezen. We zijn zelf niet bij deze mis aanwezig, te moe en te honge-rig. Het gaat om de intentie moet je maar denken. We bekijken ook nog de kerk van de Minorieten (Fransiscus van Assisi-broeders), ook een mooie kerk maar wel veel soberder. Een terrasje met cock-tailaanbiedingen lokt en het avondeten is Mexicaans: enchilada’s, jalapeñopepers en tacootjes. Terug naar de jeugdherberg doen we met de bus, direct naar bed al is het pas kwart voor negen, we zijn doodop!

ZATERDAG 3 AUGUSTUS: BONN – NEUSS (89,6 KM)
Het ontbijt in de jeugdherberg is ‘pas’ om half acht dus zitten wij om 7.32 (punctueel hè) aan de ontbijt-tafel. Dit ontbijt mag er zijn – zeker voor jeugdherbergbegrippen – verschillende soorten cereals, twee soorten yoghurt, meerdere broodsoorten, melk, verschillende soorten thee, koffie, zoet en hartig beleg en ook nog jus d’orange. Dus na dit stevige ontbijt zoeven we bepakt de Venusberg weer af waar de zweetdruppels van gisteren al weer vergeten zijn. De Rijnoever bereiken we weer zo’n vijf kilometer voorbij de jeugdherberg. De route gaat voorlopig nog steeds langs het water en het Kreis Bonn blijkt groter te zijn dan wij wisten want er komt geen eind aan de rij met voorstadjes. Het weer is minder en al snel doen we onze regenjassen aan. Rond 11.00 rijden we het centrum van Keulen binnen, tijd voor een stop met koffie en thee op een terrasje. Hierbij worden we door een Keulse zwerver ‘entertaint’ waar we echter niet zo’n prijs op stellen. Met zijn broekspijp half omhoog staat hij gewoon op straat te plassen. Het uitzicht daarop is minder fraai. Omdat hij vlak naast onze fietsen staat kijken we met argusogen toe of deze wel schoon blijven. We nemen bij een kraampje een kaaspretzel en terwijl Tru-dy de fietsen bewaakt maakt Aniek een paar foto’s van de Keulse Dom. We gaan niet naar binnen, het is nat en met steeds stoppen en ergens binnen gaan worden we er niet warmer op. Dat donderen in Keulen komt nog wel een keer. Wij rijden door flink wat industriegebied en merken goed dat dit het ‘Ruhrgebiet’ is, en komen onder meer langs grote fabrieken van Leverkusen AG en de Bayer-firma. We moeten de oever van de Rijn weer verlaten, voor we het weten zitten we weer op een bedrijfster-rein. Een stuk verder, ook op een industrieterrein, maakt Trudy tijdens het oversteken van een spoor-rails een val op haar rechterknie. Goed schrikken en vooral heel pijnlijk. Gelukkig staat Neuss al op de bordjes aangegeven dus de route hoeft niet meer zo lang te zijn, bovendien rijden we om zeker te zijn dat we niet omrijden over het fietspad langs de B9, de provinciale weg. De jeugdherbergen in Uedesheim en in Düsseldorf hebben alleen nog plaats op de slaapzalen. Daar hebben we geen zin in. In Düsseldorf is er dit weekend een kleding- en lingeriebeurs dus alle hotels in de omtrek zijn of vol of afgrijselijk duur. Als we dan ook de contouren en logo van het enige Bastionhotel in Duitsland ontdek-ken zijn we blij. Iets minder blij als de receptioniste ons de prijs vertelt: € 94 met of € 76 zonder ontbijt voor een tweepersoonskamer. De assistent-manager, Ilja, is Nederlandse en daarmee wordt de con-versatie toch wat eenvoudiger. Zij gaat voor ons op zoek naar andere overnachtingsmogelijkheden als ze onze bezwaren rond de prijs hoort. Er zijn geen goedkopere kamers beschikbaar dus we stellen de planning bij: geen rustdag in Düsseldorf want een dure nacht is genoeg. Om het nog een beetje be-taalbaar te houden nemen we een kamer zonder ontbijt. De kamer is heerlijk en het bed voldoet prima voor een tukje na 89 kilometer volgens Trudy. McDonalds is op loopafstand dus het diner en morgen het ontbijt zijn geregeld want we halen voor morgen alvast wat muffins en croissants. Koffie en thee mogen we van Ilja gewoon morgen nemen in de ontbijtzaal. De route dwars door Neuss, een behoor-lijk grote stad, schrijven we met behulp van een plattegrond in het hotel uit zodat we hopelijk de Rijn-oever weer snel bereiken.

ZONDAG 4 AUGUSTUS: NEUSS – REPELEN
Met een precieze beschrijving in de hand gaat het doorrijden van Neuss behoorlijk vlot, gelukkig is het zondagochtend en is er weinig verkeer op de weg. Eerst een klein stukje landelijk gebied en we halen opgelucht adem. Te vroeg gejuicht: uren lang rampenplan komen er aan. Uerdingen, Krefeld en Duis-burg vol bebouwing. Grote, grijze industriesteden waar bordjes en routeverwijzingen ontbreken. Er is geen fietspad te bekennen en we dolen maar wat rond. Gelukkig is ook in Duitsland de politie je beste vriend dus een tweetal agenten maar om advies gevraagd. Het advies dat zij geven is dat wij de route aan de andere zijde van de Rijn, in Duisburg, moeten volgen want daar is volgens hen een mooi fiets-pad. Helaas, wij kunnen dit fietspad niet ontdekken. Wel komen we terecht in een grondwaterbe-schermingsgebied en na enkele kilometers lang doorploeteren van meer dan kuithoog gras met een wielspoor van enkele centimeters breed staan we voor een redelijk hoog en vooral erg dicht hek. Te-ruggaan vinden we geen optie dus we laden we de fietsen af en alle bagage en de fietsen tillen we over en langs het hek. Zwaar verboden natuurlijk! Nadat we tig buitenwijken van Duisburg hebben gezien vragen we maar de weg. We blijken behoorlijk te zijn afgedwaald maar de dame aan wie we de weg vragen schrijft heel nauwkeurig een routebeschrijving voor ons op. De gezochte stadsdelen Ruhrort en Homberg zijn snel gevonden en we rijden richting een brug over de Rijn. Het is behoorlijk schrikken (en er vallen een paar minder mooie woorden) als we een bord met ‘Brücke gesperrt’ zien staan. We hoeven toch niet weer terug? Het valt mee, tussen de machines van asfalteerders door kunnen we de brug over en een half uur later zitten we in het dorpje Baerl bij Gasthaus Zum Dudel aan grote glazen appelsap. We vragen naar een overnachtingsmogelijkheid maar helaas kunnen ze ons in Zum Dudel daar niet aan helpen. Wel 12 kilometer verder, in het dorpje Repelen. De eigena-resse van Zum Dudel vindt ons als fietsters blijkbaar zo zielig dat ze aanbiedt de fietsen in de garage te stallen en ons met bagage per auto naar Repelen te brengen. Ze haalt ons dan morgenochtend weer op. Op die manier hoeven we nu niet verder te fietsen en blijven we in de buurt van de route. We nemen haar aanbod graag aan. Het hotel in Repelen. Wellings Hotel Zur Linde, is behoorlijk kakki-neus. Bellboys nemen direct onze bagage van ons over en ook de kamer wordt a la minute voor ons gereed gemaakt. De prijs is er dan ook weer naar: € 76 zonder ontbijt. We douchen even want aan de gezichten van het hotelpersoneel te zien ruiken we niet zo fris meer en gaan het dorp verkennen. Schuin aan de overkant van het hotel is een bakkerij annex Stehcafé dus het ontbijt morgen is al ge-regeld. Vanavond schaft de pot weer pizza en pasta met een wandelingetje als dessert om uit te bui-ken. We lopen door het Jungbornpark, genoemd naar een pater uit begin 20e eeuw met nogal alterna-tieve geneeskundige denkbeelden. Zo schreef hij licht- en luchtbaden voor en oefeningen lijkend op tai-chi – in je blootje! En dat rond 1920. Na een drankje op het terras is het bedtijd, we zijn moe. We hebben er tot nu toe dan ook al ruim 1100 kilometer opzitten.

MAANDAG 5 AUGUSTUS: REPELEN – TILL (65,9 KM)
Om half negen rijdt onze ‘taxi’ voor: mevrouw L. die ons een kwartier later afzet bij Gasthaus Zum Dudel. Onze fietsen zijn snel opgeladen en we vervolgen de route langs de Rijn. Het eerste deel hier-van was van heel slechte kwaliteit zodat we geen tijd hebben om rond te kijken, het wegdek vraagt alle aandacht. Dan volgen er de nodige omzwervingen door Orsoy, Rheinberg, Borth en Meselen tot we in Xanten uitkomen. Eerst aan de Kaffee mit Kuchen op de markt, vermoedelijk voor het laatst deze vakantie. We bezoeken het Archeologisch themapark met gebouwen en voorwerpen uit de Ro-meinse tijd die kunstig ge(re)construeerd zijn. Zo zien we een tempel, een amfitheater, een speelhal en een stuk badhuis. Na dit culturele uitstapje kost het wat moeite om uit Xanten weg te komen. We denken slim te zijn en de Via Romana te moeten volgen want die loopt immers naar Nijmegen. Maar elk bordje, ongeacht de richting, stuurt ons trouw terug richting het centrum van Xanten. Het weer wordt er niet beter op en in Kalkar halen we informatie over overnachtingsmogelijkheden. Het wordt de camping Wisseler See, vlakbij het plaatsje Till. In het campingrestaurant eten we eerst friet, een ge-zonde snack voor vermoeide fietsers… Gelukkig is het weer droog als we de tent gaan opzetten. Even het laatste deel van de route bepalen aan de hand van de LF-kaarten. Voorlopig rijden we nog langs de Rijn en dan willen we de Lek gaan volgen. We zullen wel zien onderweg. ’s Avonds gaan we ons in het campingrestaurant te buiten aan een BBQ-schotel met veel ‘vleesch’: spareribs, drumsticks, kip-penvleugels, gepofte aardappel, sla en sausjes. Even energie tanken voor morgen en hopelijk is het dan wat beter weer.

DINSDAG 6 AUGUSTUS: TILL – POTTUM (76,3 KM)
Vannacht heeft Aniek de fietsbroeken die aan de waslijn buiten hingen naar binnen gehaald: het re-gende dat het goot. Ze zijn dus nog nat als we ze aantrekken maar dat is niet zo erg want het regent nog steeds. Vrij snel bereiken we de Nederlandse grens en nog voor het middaguur zijn we in Nijme-gen. Vanaf daar volgen we een stuk de Waal. Bij Dodewaard kijken we uit naar de kerncentrale (voor een stralende vakantiedag) maar blijkbaar is die al weg, geen koeltoren te zien. De dagafstand wordt wat korter dan we gepland hebben, en ook korter dan Aniek hoopte (zij wil erg graag in twee dagen naar Rotterdam fietsen) want Trudy’s knie doet verschrikkelijk pijn. Dus gaan we op zoek naar een SVR-camping. Volgens het lijstje moet er een in Pottum zijn. Voor het eerst deze vakantie gaan we niet uit eten maar eten bij de tent, Aniek heeft boodschappen bij de Aldi gehaald. Een rustig avondje, lekker lezen, morgen verder naar Schoonhoven.

WOENSDAG 7 AUGUSTUS: POTTUM – SCHOONHOVEN (77,5 KM)
Nog voordat de wekker afloopt zijn we allebei al om half zeven al wakker. We reden daarom om iets voor achten al weg van de minicamping. De eerste uren zien we weinig tot niets van het landschap om ons heen omdat het zo ontzettend mistig is. Soms hebben we maar zo’n 20 meter zicht. In Tiel stop-pen we voor een kop koffie en thee bij een benzinestation (handig hoor, zo’n automaat). Via Avezaath en Zoelen bereiken we Leerdam waar we picknicken met onder meer verse pruimen die we vanmor-gen bij een boerderij aan de route hebben gekocht. Vanaf Leerdam wordt het de Lingeroute met pa-den langs boomgaarden en even later de Lek. Beesd, Rhenoy en Meerkerk komen voorbij en bij Tien-hoven / Ameide steken we met de pont over richting Schoonhoven. Langs de dijk aan de Lek komen we rond twee uur aan bij minicamping Henkie, een boerencamping die niet aangesloten is bij Vekabo of SVR en ook erg weinig voorzieningen heeft. De boerin vertelt ons dat er een stuk verder, vlak voor Schoonhoven, een andere en veel grotere camping is. We fietsen maar door dan zijn we morgen ook wat dichter bij huis. De camping annex jachthaven ligt vlak aan het water en we zetten de tent op een lekker ruim veldje op. Direct daarna ontstaat er een fikse onweersbui gepaard met stortregens. Weg idee om Schoonhoven in te gaan want tegen de tijd dat het weer redelijk droog is, zijn winkels en mu-sea gesloten. ’s Avonds gaan we bij een Chinees restaurant eten. Morgen onze laatste etappe…..

DONDERDAG 8 AUGUSTUS: SCHOONHOVEN – ROTTERDAM (32,9 KM)
Voor het laatst deze zomervakantie breken we de tent af en stappen op de fiets. Het is fris en mistig dus we besluiten om de makkelijke weg te nemen: het fietspad langs de provinciale weg over Krimpen en Capelle aan den IJssel. De toeristische route laten we maar even voor wat hij is. Tegen tien uur zijn de contouren van Rotterdam al duidelijk zichtbaar en om 11.00 stappen we bij af bij onze eigen voor-deur. De fietsvakantie zit er op, we hebben het gehaald!

Is deze bijdrage leuk voor de Europese Fietsroutemarkt op 28 maart in Rotterdam? Een thuiswedstrijd voor Trudy en Aniek. Helaas niet in de Kuip, Ahoy, of de Doelen, maar wel in het Nivon, Dirk Smitsstraat (bij de Jonker Fransstraat).
Trudy en Aniek zijn jullie op de Wereldfietsdag in Utrecht op 6 november a.s.?

bert sitters schreef:Is deze bijdrage leuk voor de Europese Fietsroutemarkt op 28 maart in Rotterdam? Een thuiswedstrijd voor Trudy en Aniek. Helaas niet in de Kuip, Ahoy, of de Doelen, maar wel in het Nivon, Dirk Smitsstraat (bij de Jonker Fransstraat).
Trudy en Aniek zijn jullie op de Wereldfietsdag in Utrecht op 6 november a.s.?
Sorry Bert, niet op 6 november. En het Nivonhuis kennen we. Als het interessant bevonden wordt door jou/anderen, misschien. Ik kan nu nog niet zover vooruit plannen. Kun je mij wat meer info geven over het eventueel daar aanwezig zijn? We hebben natuurlijk ook uitgebreide fietsverslagen in mappen met veel foto's. Meerdere routes: Denemarken/Zuid-Zweden, Ierland (County Claire), Passau-Rotterdam, Passau-Boedapest, Zeeuws-Vlaanderen naar Boulogne-sur-Mer, een deel van een verslag (is nooit afgemaakt, wel foto's) van een 2200 km lange route door Duitsland en Nederland (o.a. R1, Weserroute, LF10, LF1), Zuidwest-Hongarije en een deel van de Vlaanderen-fietsroute.

Ziet er indrukwekkend uit.
Ik geef het door aan Freek Verbakel van de activiteitencommissie van De Wereldfietsers.
Wat zijn jullie plannen?

Groetjes,

Bert

bert sitters schreef: Wat zijn jullie plannen?
Plannen? Voor komend jaar bedoel je? We hopen Japan, als we voldoende kunnen sparen. En anders Thailand ofzo. Misschien zelf, misschien via AWOL (Vlieg & Fiets vinden we te duur). Onze grote droom is om ooit nog eens een hele lange tocht te maken van een tot anderhalf jaar. Maar ja, koophuis, vaste baan, we durven nog even niet. Misschien blijft het een droom, misschien komt-ie ooit uit.

Maar behalve verre reizen hebben we ook nog wat dichterbij op ons verlanglijstje staan. En niet eens het geld dat ons tegenhoudt maar tijd, we hebben gewoon te weinig tijd. We willen nog eens de Noordzeeroute doen, het derde deel van de Donauroute, naar Estland/Letland, naar de Alandeilanden + Finland, naar Zuid-Frankrijk. Kortom tot ons 80-ste zijn we wel bezig, als we dan nog fietsen kunnen...!

Dat is leuk,

De ware mentaliteit van een wereldfietser!
Thailand is ook leuk. Heb er 8 keer gefietst. Ga 13 november weer. Een nieuwe route uitzetten voor Asian Way of Life. Te zien in maart op de Op Pad Beurs.

Groetjes,

Bert