Ik heb nieuwe Hollowtech trapas-lagers op mijn MTB gezet. Omdat de fiets al niet fijn schakelde, wilde ik ook de uitlijning van de kettingbladen en de cassette controleren.
De vraag is hoe je dat doet ?
Ik heb de hieronder beschreven methode gevolgd, maar hoor graag of er mensen zijn die een handigere aanpak weten.
Ik gebruik een niet-flexibele metalen lineaal die ik aan beide kanten tegen het frame aandruk, horizontaal en op de hoogte van de tanden van het kettingblad. De onderbuis van mijn frame is ovaal, zodat de lineaal daar niet overal aanligt. Ik druk hem wel goed tegen de zitbuis aan.
Dan meet ik met een digitale schuifmaat eerst de afstand D1 tussen de tanden van het grootste kettingblad en de buitenkant van de lineaal als die links (dus niet aan de kant van het kettingblad) aanligt.
Vervolgens meet ik de afstand D2 tussen de binnenkant (de kant die tegen de zitbuis drukt) van de lineaal en de tanden van het grootste kettingblad.
De dikte van de lineaal is D3.
Dan is de afstand van het grootste kettingblad tot het midden van het frame : D4 = ½ (D1 + D2 - D3).
Omdat ik denk dat je de beste uitlijning hebt als het middenblad van een tripel vóór en het middelste kransje in de cassette recht achter elkaar staan, is de afstand tussen het grootste kettingblad en het middenblad nog van belang. Die is vast genormeerd, maar ik heb die waarde op internet niet kunnen vinden. Kent iemand die afstand? Ik schat deze afstand D5 op 6 mm en vond het verrassend moeilijk te meten.
De afstand van het middelste kettingblad tot midden frame is dan D6 = D4 - D5.
Ik heb geprobeerd een en ander zo duidelijk mogelijk in een tekening weer te geven, maar daar ben ik ook niet handig in.
De afstand van de uitvaleinden van de achtervork D7 heb ik gemeten met een ingeklemde achternaaf. Hij bleek prima overeen te komen met de genormeerde 135 mm.
De afstand van de tanden van het middelste kransje van de cassette tot het uitvaleinde rechts D8 was niet moeilijk te meten.
Hieruit volgt de afstand van het middelste kransje tot het midden van het frame : D9 = ½ D7 - D8.
Ik lees graag hoe anderen dit doen!
De vraag is hoe je dat doet ?
Ik heb de hieronder beschreven methode gevolgd, maar hoor graag of er mensen zijn die een handigere aanpak weten.
Ik gebruik een niet-flexibele metalen lineaal die ik aan beide kanten tegen het frame aandruk, horizontaal en op de hoogte van de tanden van het kettingblad. De onderbuis van mijn frame is ovaal, zodat de lineaal daar niet overal aanligt. Ik druk hem wel goed tegen de zitbuis aan.
Dan meet ik met een digitale schuifmaat eerst de afstand D1 tussen de tanden van het grootste kettingblad en de buitenkant van de lineaal als die links (dus niet aan de kant van het kettingblad) aanligt.
Vervolgens meet ik de afstand D2 tussen de binnenkant (de kant die tegen de zitbuis drukt) van de lineaal en de tanden van het grootste kettingblad.
De dikte van de lineaal is D3.
Dan is de afstand van het grootste kettingblad tot het midden van het frame : D4 = ½ (D1 + D2 - D3).
Omdat ik denk dat je de beste uitlijning hebt als het middenblad van een tripel vóór en het middelste kransje in de cassette recht achter elkaar staan, is de afstand tussen het grootste kettingblad en het middenblad nog van belang. Die is vast genormeerd, maar ik heb die waarde op internet niet kunnen vinden. Kent iemand die afstand? Ik schat deze afstand D5 op 6 mm en vond het verrassend moeilijk te meten.
De afstand van het middelste kettingblad tot midden frame is dan D6 = D4 - D5.
Ik heb geprobeerd een en ander zo duidelijk mogelijk in een tekening weer te geven, maar daar ben ik ook niet handig in.
De afstand van de uitvaleinden van de achtervork D7 heb ik gemeten met een ingeklemde achternaaf. Hij bleek prima overeen te komen met de genormeerde 135 mm.
De afstand van de tanden van het middelste kransje van de cassette tot het uitvaleinde rechts D8 was niet moeilijk te meten.
Hieruit volgt de afstand van het middelste kransje tot het midden van het frame : D9 = ½ D7 - D8.
Ik lees graag hoe anderen dit doen!