[i]Een praktisch verslag van fietsers voor fietsers.[/i]
[b]Aanleiding[/b]
We hadden al lange tijd de wens om dit land te bezoeken maar wilden nu tevens een goed doel aan de reis koppelen. Na enkele uren online surfen kwamen we op de site van het “Spanky project” (www.spankyproject.org) en dit sprak ons direct aan! Deze Canadese organisatie begeleidt Cubaanse dierenartsen met het opereren en behandelen van kleine huisdieren. De vrijwilligers die zich met hart en ziel voor deze organisatie inzetten lichten ook de lokale bevolking voor over o.a. de dagelijkse verzorging van hun huisdier. Op Cuba is aan veel dingen gebrek, zo ook aan dierbenodigdheden en operatiemateriaal. Hieraan wilden wij een bijdrage leveren. Onze bagage raakte dus al snel gevuld met allerlei medisch materiaal beschikbaar gesteld door Dierendokters Ede en onze werkgever Ziekenhuis Gelderse Vallei, Ede. In Havana hebben wij alle spullen persoonlijk afgegeven aan twee nauw betrokken medewerksters van het project. Zij zorgen o.a. voor de registratie en distributie van donaties.
En dan de fiets...
Tijdens een bezoek aan Dordrecht kwamen we in contact met Koos , eigenaar van het bedrijf “Maia ligfietsen” aldaar. Na een aantal modellen geprobeerd te hebben demonstreerde hij een tandem , de Pino. Dit is niet de bekende blauwe vogel, maar een zit-ligtandem van het merk Hase. Toen we dit model gezien hadden wisten we dat deze het moest worden. Koos was na het horen van onze plannen ook enthousiast en bereid om ons (project) te steunen.
Een groot voordeel van deze tandem is dat je niet tegen de rug van de ander aan kijkt maar allebei ruim zicht hebt. Uiteraard sta je ook tegelijk bovenaan een berg, is het prettig om de krachten te kunnen verdelen en bovendien is het gezellig. Doordat de voorste persoon niet hoeft te sturen kan deze makkelijk kaart lezen tijdens het fietsen. In een drukke stad als Havana is dit een zeer welkome bijkomstigheid. Een handige bagagekar kon makkelijk aan de fiets gekoppeld worden .
[b]Fiets en vlucht[/b]
We hadden de fiets aangemeld bij het boeken van het ticket. De bagage voorwaarden van Martinair zijn: 23kg maximaal per persoon (bagage & fiets). De verpakking van de fiets voor vervoer mag zowel een plastic hoes als een doos zijn. Deze fiets kon in 2 stukken gedeeld worden, maar dat had niet onze voorkeur. Gezien de omvang van de fiets in vol ornaat, was het inklappen van stuur, zadel en voorste stoel voldoende en hoefde er in dit geval geen doos of hoes omheen. De banden hadden we niet leeg laten lopen en dit bleek ook niet noodzakelijk te zijn. In Cuba aangekomen stond de fiets al keurig, ongeschonden bij de bagageband, rijklaar voor het grote avontuur.
[b]Wegen op Cuba[/b]
De wegen in het land zijn meestal van redelijke kwaliteit. Het verkeer houdt veel rekening met fietsers, hetgeen een veilig en vertrouwd gevoel geeft. Wij werden door vrijwel iedere passant of tegenligger vrolijk toegezwaaid, -geroepen of- gefloten uit enthousiasme over onze bijzondere fiets. De stad uit rijden was met alle zwarte uitlaatgassen van de vervuilende voertuigen bepaald geen pretje, maar eenmaal op de snelweg ging het als een speer. De rechterbaan daar is voor fietsers, ossenkarren en al het overige langzame verkeer. Deze verkeren in redelijk goede staat. Overigens, er is zeer weinig verkeer op de snelweg. Wij hebben er zo’n 20km gereden en zo’n 30 voertuigen gezien. Het leukst fietsen is echter toch van de grote wegen af door de dorpen en langs de akkers. Ook hier zijn de wegen zeker niet druk te noemen. Je zult meer paardenkarren en ossenwagens aantreffen dan gemotoriseerd verkeer.
Zodra we de snelweg afdraaiden merkten we ook meteen dat Cuba niet vlak is. We hadden gelezen dat er weinig echte bergen waren, maar voldoende aaneengesloten kleine klimmetjes met volle bepakking geven ook aanleiding tot de nodige kreun- en steunpartijen. Zowel in het westen van Cuba als in het oosten is het landschap zeer glooiend. Soms is de weg zelfs stijl te noemen en zal er dus rekening gehouden moeten worden met langere tijd aanspannen van been- en kuitspieren.
Daarnaast zul je met gaten in de weg rekening moeten houden en oneven asfalt. Met name in het oosten is dit vaker aan de orde. Kustwegen kunnen wel druk zijn met ...duizenden overstekende landkrabben!
[b]Fietstijden[/b]
Wij hebben gereisd van 20 mrt t/m 13 april, de “koelere” en droge periode op Cuba. Later in het jaar (mei-sept) is het er vanwege de hoge luchtvochtigheid en temperatuur niet meer aangenaam om te fietsen. Het was onze eerste fietsreis in de tropen. We hebben moeten constateren dat 100km in 4 uur rijden, zoals in Nederland, hier niet op gaat. De warmte, het nemen van foto’s, het soms moeten zoeken naar eten/drinken etc. maakt dat je de dag anders gaat indelen: fietsen tussen 7 en 12 uur en dan al rijdend plannen waar je gaat/kunt overnachten. De alarmklok stond iedere fietsochtend op 6 uur, want bij temperaturen die rond 11 uur al opliepen tot 30 graden is het niet verstandig de hele dag te fietsen. Na 17uur is de temperatuur weer een stuk aangenamer maar je zult ook rekening moeten houden met het uur dat het weer donker wordt. Straatverlichting lijkt net als voedsel in Cuba op de bon en is dan ook zeldzaam. In het donker fietsen adviseren wij niet!
Kortom...laat de Nederlandse fietsmentaliteit in Nederland en ga mee in het ritme van de tropen!
[b]Overnachten en eten[/b]
Wij vonden het leuk om zoveel mogelijk van het “echte” Cuba te zien. Een mogelijkheid hiertoe is het verblijven in een “casa”. Dit is een kamer bij mensen aan huis die verhuurd mag worden aan particulieren. Het contact met de mensen hebben wij als zeer warm ervaren. Een stukje betrokkenheid bij de bevolking en toch ook je eigen privacy.
Er zijn honderden casas verdeeld over Cuba. Veelal weten de eigenaren van de ene casa wel weer een geschikte andere voor je volgende bestemming. Staat deze je niet aan, dan is een andere zo gevonden. Casas worden namelijk aangegeven met een bordje op de deur dat je snel herkent.
Heerlijk eten kun je veelal in een casa maar er zijn ook “paladares”, ofwel huiskamerrestaurants. Het eten in bovengenoemde gelegenheden is veel lekkerder dan dat in de staatsrestaurants ,waar met weinig liefde wordt gekookt.
Wat eten en drinken betreft tijdens het fietsen; over het algemeen is er onderweg voldoende te koop. Heerlijk fruit, belegde broodjes, vers suikerrietsap en allerhande zaken in de “Dollar Stores” of bij “El Rapido”, een soort fastfoodketen. Maar een enkele keer lukte het niet om aan water/eten te komen, dus ons advies luidt: koop voldoende water en eten daar waar het kan en neem voor “nood” wat energierepen uit Nederland mee.
[b]Veiligheid[/b]
Nergens op Cuba hebben wij ons onveilig gevoeld. Niet op straat en niet in het verkeer. De mensen hebben zeer veel respect voor andermans eigendom. Zo werd onze fiets nooit aangeraakt zonder daarvoor eerst toestemming aan ons te vragen. Vaak werd alles op alles gezet om de fiets een veilig onderkomen te bieden. Om een paar voorbeelden te noemen: in een hotel was het geen probleem om de fiets in onze kamer te stallen,mits we deze zelf naar boven tilden. In een koloniale woning, waar wij zouden overnachten op de 2e verdieping, regelde de gastvrouw dat onze fiets bij oma (een paar huizen verderop) in de woonkamer kwam te staan. Tijdens een excursie mocht onze fiets in een kantoor geparkeerd worden, waarna de deur op slot ging. In de stad zijn er de nodige bewaakte parkeerplaatsen te vinden voor brommers en fietsen. Ook hier hoef je dus niet bang te zijn voor je materiaal. Voorzichtigheid en oplettendheid blijft natuurlijk altijd een must.
[b]En als ik een keer niet wil fietsen?[/b]
De lange afstanden hebben wij overbrugd met een goede bus voorzien van airco. Voor zover wij weten is “Viazul” het enige gerenormeerde busbedrijf dat lange afstanden aflegt en tevens fietsen in het ruim toestaat. De extra kosten voor de fiets bedragen veelal maar een paar Cubaanse Peso (CUC). De fiets wordt dus gezien als normale bagage.
Dat Cubanen makkelijk in het leven staan bleek al snel. De taxichauffeur op het vliegveld leek allerminst onder de indruk van het formaat van de fiets. Hij trok wat banken uit zijn busje en schoof de fiets in zijn geheel naar binnen. Dit scheelde ons weer 20km fietsen in het donker door een onbekende stad. Ook achterin een grote oude Buick bleek onze tandem (weliswaar in 2 stukken gedeeld) prima te passen.
[b]Afstanden[/b]
Wij hebben de fiets als vervoermiddel gebruikt en niet het fietsen als doel gezien. Wij fietsten per dag meestal zo’n 85km en bleven dan gemiddeld 2 dagen op locatie om de omgeving te verkennen. In 3,5 week hebben wij ongeveer 700km gefietst.
Georganiseerd of zelf regelen
Zelf de dagindeling bepalen en flexibel blijven, dat is onze manier van reizen. Met behulp van het boekje “Bicycling Cuba”, geschreven door Wally and Barbara Smith, waarin o.a. mooie en goed gedetailleerde routes zijn opgenomen, was het geen enkel probleem om onze weg te vinden. Het helpt als je een paar woorden Spaans spreekt, zeker buiten de grote steden, bovendien is het contact met de Cubanen daardoor veel leuker!
Voor diegenen die al het zoekwerk en geregel liever aan een ander over laten zijn er natuurlijk de georganiseerde fietstours, zowel met als zonder bagagevervoer. Over het algemeen wordt er dan gefietst volgens een vastgestelde route en is er lokale ondersteuning bij vragen en problemen.
Het is wel handig om wat fietsgereedschap en klein materiaal mee te nemen want ondanks het feit dat Cubanen zeer behulpzaam zijn en er hier en daar wel reparaties kunnen worden uitgevoerd, is er weinig materiaal verkrijgbaar. Maar limiteer de mee te nemen items want iedere kilo telt!
Uiteindelijk zijn wij vanuit Havana via de noord west kust naar Viñales gereden, ook wel bekend als de “tabaksroute”. Hier is met name het landschap bijzonder door de kalksteenformaties, mogotes genoemd, en de fraaie tabaksplantages. Ons tweede deel van de tocht was in centraal Cuba. Vanuit Cienfuegos naar Remidos en via Sancti Spiritus en Trinidad weer terug naar Cienfuegos. Deze route bevat meer culturele en historische hoogtepunten. Wij hebben onze reis afgerond met een paar heerlijke dagen op een hagelwit zandstrand zoals je die op veel plekken op Cuba kunt aantreffen.
Aanbevelingen
Casas die wij “bijzonder” vonden:
Viñales: Casa Vladimir y Gladys, Adela Azcuy no 10A (tel +53 48 79 33 14)
Santa Clara: Hostal Lic. Zaida Barreto Garcia, Berenguer 11 (tel +53 42 294 844)
Remedios: Casa Colonial, Andres del Rio, vlakbij het centrale plein (noordkant).
La Boca (Trinidad): Hospedaje Hostal “vista al mar”, Calle Real 47, Playa la Boca (tel +53 1419 93716)
Restaurant:
Paladar La Guarida, Concordia 418, Centro Havana. Hier is de film “Fresa y chocolate” ook deels opgenomen.
Documentatie:
“Te gast in Cuba”: Uitgeverij Informatie Verre Reizen (ISBN 9789460160028) en
“Cuba”: Koninklijk Instituut voor de Tropen (ISBN 9068323741)
[b]Aanleiding[/b]
We hadden al lange tijd de wens om dit land te bezoeken maar wilden nu tevens een goed doel aan de reis koppelen. Na enkele uren online surfen kwamen we op de site van het “Spanky project” (www.spankyproject.org) en dit sprak ons direct aan! Deze Canadese organisatie begeleidt Cubaanse dierenartsen met het opereren en behandelen van kleine huisdieren. De vrijwilligers die zich met hart en ziel voor deze organisatie inzetten lichten ook de lokale bevolking voor over o.a. de dagelijkse verzorging van hun huisdier. Op Cuba is aan veel dingen gebrek, zo ook aan dierbenodigdheden en operatiemateriaal. Hieraan wilden wij een bijdrage leveren. Onze bagage raakte dus al snel gevuld met allerlei medisch materiaal beschikbaar gesteld door Dierendokters Ede en onze werkgever Ziekenhuis Gelderse Vallei, Ede. In Havana hebben wij alle spullen persoonlijk afgegeven aan twee nauw betrokken medewerksters van het project. Zij zorgen o.a. voor de registratie en distributie van donaties.
En dan de fiets...
Tijdens een bezoek aan Dordrecht kwamen we in contact met Koos , eigenaar van het bedrijf “Maia ligfietsen” aldaar. Na een aantal modellen geprobeerd te hebben demonstreerde hij een tandem , de Pino. Dit is niet de bekende blauwe vogel, maar een zit-ligtandem van het merk Hase. Toen we dit model gezien hadden wisten we dat deze het moest worden. Koos was na het horen van onze plannen ook enthousiast en bereid om ons (project) te steunen.
Een groot voordeel van deze tandem is dat je niet tegen de rug van de ander aan kijkt maar allebei ruim zicht hebt. Uiteraard sta je ook tegelijk bovenaan een berg, is het prettig om de krachten te kunnen verdelen en bovendien is het gezellig. Doordat de voorste persoon niet hoeft te sturen kan deze makkelijk kaart lezen tijdens het fietsen. In een drukke stad als Havana is dit een zeer welkome bijkomstigheid. Een handige bagagekar kon makkelijk aan de fiets gekoppeld worden .
[b]Fiets en vlucht[/b]
We hadden de fiets aangemeld bij het boeken van het ticket. De bagage voorwaarden van Martinair zijn: 23kg maximaal per persoon (bagage & fiets). De verpakking van de fiets voor vervoer mag zowel een plastic hoes als een doos zijn. Deze fiets kon in 2 stukken gedeeld worden, maar dat had niet onze voorkeur. Gezien de omvang van de fiets in vol ornaat, was het inklappen van stuur, zadel en voorste stoel voldoende en hoefde er in dit geval geen doos of hoes omheen. De banden hadden we niet leeg laten lopen en dit bleek ook niet noodzakelijk te zijn. In Cuba aangekomen stond de fiets al keurig, ongeschonden bij de bagageband, rijklaar voor het grote avontuur.
[b]Wegen op Cuba[/b]
De wegen in het land zijn meestal van redelijke kwaliteit. Het verkeer houdt veel rekening met fietsers, hetgeen een veilig en vertrouwd gevoel geeft. Wij werden door vrijwel iedere passant of tegenligger vrolijk toegezwaaid, -geroepen of- gefloten uit enthousiasme over onze bijzondere fiets. De stad uit rijden was met alle zwarte uitlaatgassen van de vervuilende voertuigen bepaald geen pretje, maar eenmaal op de snelweg ging het als een speer. De rechterbaan daar is voor fietsers, ossenkarren en al het overige langzame verkeer. Deze verkeren in redelijk goede staat. Overigens, er is zeer weinig verkeer op de snelweg. Wij hebben er zo’n 20km gereden en zo’n 30 voertuigen gezien. Het leukst fietsen is echter toch van de grote wegen af door de dorpen en langs de akkers. Ook hier zijn de wegen zeker niet druk te noemen. Je zult meer paardenkarren en ossenwagens aantreffen dan gemotoriseerd verkeer.
Zodra we de snelweg afdraaiden merkten we ook meteen dat Cuba niet vlak is. We hadden gelezen dat er weinig echte bergen waren, maar voldoende aaneengesloten kleine klimmetjes met volle bepakking geven ook aanleiding tot de nodige kreun- en steunpartijen. Zowel in het westen van Cuba als in het oosten is het landschap zeer glooiend. Soms is de weg zelfs stijl te noemen en zal er dus rekening gehouden moeten worden met langere tijd aanspannen van been- en kuitspieren.
Daarnaast zul je met gaten in de weg rekening moeten houden en oneven asfalt. Met name in het oosten is dit vaker aan de orde. Kustwegen kunnen wel druk zijn met ...duizenden overstekende landkrabben!
[b]Fietstijden[/b]
Wij hebben gereisd van 20 mrt t/m 13 april, de “koelere” en droge periode op Cuba. Later in het jaar (mei-sept) is het er vanwege de hoge luchtvochtigheid en temperatuur niet meer aangenaam om te fietsen. Het was onze eerste fietsreis in de tropen. We hebben moeten constateren dat 100km in 4 uur rijden, zoals in Nederland, hier niet op gaat. De warmte, het nemen van foto’s, het soms moeten zoeken naar eten/drinken etc. maakt dat je de dag anders gaat indelen: fietsen tussen 7 en 12 uur en dan al rijdend plannen waar je gaat/kunt overnachten. De alarmklok stond iedere fietsochtend op 6 uur, want bij temperaturen die rond 11 uur al opliepen tot 30 graden is het niet verstandig de hele dag te fietsen. Na 17uur is de temperatuur weer een stuk aangenamer maar je zult ook rekening moeten houden met het uur dat het weer donker wordt. Straatverlichting lijkt net als voedsel in Cuba op de bon en is dan ook zeldzaam. In het donker fietsen adviseren wij niet!
Kortom...laat de Nederlandse fietsmentaliteit in Nederland en ga mee in het ritme van de tropen!
[b]Overnachten en eten[/b]
Wij vonden het leuk om zoveel mogelijk van het “echte” Cuba te zien. Een mogelijkheid hiertoe is het verblijven in een “casa”. Dit is een kamer bij mensen aan huis die verhuurd mag worden aan particulieren. Het contact met de mensen hebben wij als zeer warm ervaren. Een stukje betrokkenheid bij de bevolking en toch ook je eigen privacy.
Er zijn honderden casas verdeeld over Cuba. Veelal weten de eigenaren van de ene casa wel weer een geschikte andere voor je volgende bestemming. Staat deze je niet aan, dan is een andere zo gevonden. Casas worden namelijk aangegeven met een bordje op de deur dat je snel herkent.
Heerlijk eten kun je veelal in een casa maar er zijn ook “paladares”, ofwel huiskamerrestaurants. Het eten in bovengenoemde gelegenheden is veel lekkerder dan dat in de staatsrestaurants ,waar met weinig liefde wordt gekookt.
Wat eten en drinken betreft tijdens het fietsen; over het algemeen is er onderweg voldoende te koop. Heerlijk fruit, belegde broodjes, vers suikerrietsap en allerhande zaken in de “Dollar Stores” of bij “El Rapido”, een soort fastfoodketen. Maar een enkele keer lukte het niet om aan water/eten te komen, dus ons advies luidt: koop voldoende water en eten daar waar het kan en neem voor “nood” wat energierepen uit Nederland mee.
[b]Veiligheid[/b]
Nergens op Cuba hebben wij ons onveilig gevoeld. Niet op straat en niet in het verkeer. De mensen hebben zeer veel respect voor andermans eigendom. Zo werd onze fiets nooit aangeraakt zonder daarvoor eerst toestemming aan ons te vragen. Vaak werd alles op alles gezet om de fiets een veilig onderkomen te bieden. Om een paar voorbeelden te noemen: in een hotel was het geen probleem om de fiets in onze kamer te stallen,mits we deze zelf naar boven tilden. In een koloniale woning, waar wij zouden overnachten op de 2e verdieping, regelde de gastvrouw dat onze fiets bij oma (een paar huizen verderop) in de woonkamer kwam te staan. Tijdens een excursie mocht onze fiets in een kantoor geparkeerd worden, waarna de deur op slot ging. In de stad zijn er de nodige bewaakte parkeerplaatsen te vinden voor brommers en fietsen. Ook hier hoef je dus niet bang te zijn voor je materiaal. Voorzichtigheid en oplettendheid blijft natuurlijk altijd een must.
[b]En als ik een keer niet wil fietsen?[/b]
De lange afstanden hebben wij overbrugd met een goede bus voorzien van airco. Voor zover wij weten is “Viazul” het enige gerenormeerde busbedrijf dat lange afstanden aflegt en tevens fietsen in het ruim toestaat. De extra kosten voor de fiets bedragen veelal maar een paar Cubaanse Peso (CUC). De fiets wordt dus gezien als normale bagage.
Dat Cubanen makkelijk in het leven staan bleek al snel. De taxichauffeur op het vliegveld leek allerminst onder de indruk van het formaat van de fiets. Hij trok wat banken uit zijn busje en schoof de fiets in zijn geheel naar binnen. Dit scheelde ons weer 20km fietsen in het donker door een onbekende stad. Ook achterin een grote oude Buick bleek onze tandem (weliswaar in 2 stukken gedeeld) prima te passen.
[b]Afstanden[/b]
Wij hebben de fiets als vervoermiddel gebruikt en niet het fietsen als doel gezien. Wij fietsten per dag meestal zo’n 85km en bleven dan gemiddeld 2 dagen op locatie om de omgeving te verkennen. In 3,5 week hebben wij ongeveer 700km gefietst.
Georganiseerd of zelf regelen
Zelf de dagindeling bepalen en flexibel blijven, dat is onze manier van reizen. Met behulp van het boekje “Bicycling Cuba”, geschreven door Wally and Barbara Smith, waarin o.a. mooie en goed gedetailleerde routes zijn opgenomen, was het geen enkel probleem om onze weg te vinden. Het helpt als je een paar woorden Spaans spreekt, zeker buiten de grote steden, bovendien is het contact met de Cubanen daardoor veel leuker!
Voor diegenen die al het zoekwerk en geregel liever aan een ander over laten zijn er natuurlijk de georganiseerde fietstours, zowel met als zonder bagagevervoer. Over het algemeen wordt er dan gefietst volgens een vastgestelde route en is er lokale ondersteuning bij vragen en problemen.
Het is wel handig om wat fietsgereedschap en klein materiaal mee te nemen want ondanks het feit dat Cubanen zeer behulpzaam zijn en er hier en daar wel reparaties kunnen worden uitgevoerd, is er weinig materiaal verkrijgbaar. Maar limiteer de mee te nemen items want iedere kilo telt!
Uiteindelijk zijn wij vanuit Havana via de noord west kust naar Viñales gereden, ook wel bekend als de “tabaksroute”. Hier is met name het landschap bijzonder door de kalksteenformaties, mogotes genoemd, en de fraaie tabaksplantages. Ons tweede deel van de tocht was in centraal Cuba. Vanuit Cienfuegos naar Remidos en via Sancti Spiritus en Trinidad weer terug naar Cienfuegos. Deze route bevat meer culturele en historische hoogtepunten. Wij hebben onze reis afgerond met een paar heerlijke dagen op een hagelwit zandstrand zoals je die op veel plekken op Cuba kunt aantreffen.
Aanbevelingen
Casas die wij “bijzonder” vonden:
Viñales: Casa Vladimir y Gladys, Adela Azcuy no 10A (tel +53 48 79 33 14)
Santa Clara: Hostal Lic. Zaida Barreto Garcia, Berenguer 11 (tel +53 42 294 844)
Remedios: Casa Colonial, Andres del Rio, vlakbij het centrale plein (noordkant).
La Boca (Trinidad): Hospedaje Hostal “vista al mar”, Calle Real 47, Playa la Boca (tel +53 1419 93716)
Restaurant:
Paladar La Guarida, Concordia 418, Centro Havana. Hier is de film “Fresa y chocolate” ook deels opgenomen.
Documentatie:
“Te gast in Cuba”: Uitgeverij Informatie Verre Reizen (ISBN 9789460160028) en
“Cuba”: Koninklijk Instituut voor de Tropen (ISBN 9068323741)