Additionally, paste this code immediately after the opening tag: Boek 'Fietsen in oorlogstijd' - Forum Wereldfietser

Boek 'Fietsen in oorlogstijd'

Bijlage D_1 Cover Fietsen in oorlogstijd.png
'Fietsen in oorlogstijd', een boek over oorlog, verraad en vriendschap.

Een eeuw geleden, te midden van de grimmige dagen van de Eerste Wereldoorlog, waagden honderden Nederlanders zich aan de allereerste meerdaagse fietstocht in eigen land. Op zoek naar dat verleden volgt Bart hun duizend kilometer lange spoor.

Onderweg ligt het conflict voortdurend op de loer. Zijn boek ‘Fietsen in oorlogstijd’ krijgt zelfs een letterlijke betekenis als z’n beste kameraad Sikko zonder opgaaf van reden de vriendschap opzegt. De strijd die dan losbarst verloopt even onvoorspelbaar als absurd. Een gevecht dat zich voortzet als Bart diagonaal door Duitsland, langs de frontlinie van de Eerste Wereldoorlog en over Nederlandse gravelwegen trekt.

Benieuwd naar het verhaal of zelf een route fietsen? Kijk op de website van Bart van der Aa voor meer informatie.
Broodbonnen

‘Zie dat jaartal!’ M’n boezemvriend Sikko steekt z’n enthousiasme niet onder stoelen of banken. ‘Dat pand is van ver vóór 1917!’
Ik knijp in de remmen. ‘Prachtig! Wat dacht je van een Oudnederlandse traktatie uit het Overijsselse Ane?’ Ik druk de klink van Bakkerij Slatman al omlaag. De hamer slaat met een hoge frequentie tegen de bel, het bruine interieur van de knusse winkel gaat al langer dan een mensenleven mee.
De bakkersvrouw groet me vriendelijk vanachter de toonbank.
‘Zodra ik jullie gevelopschrift las, wist ik het meteen. Het besef dat m’n voorgangers hier brood kochten, vervult me met weemoed.’
‘Voorgangers? Van welk kerkelijk genootschap bent u dan?’
‘Oh, ik bedoel de fietsers die me een eeuw geleden ten tijde van de Eerste Wereldoorlog voorgingen. Die pioniers reden de eerste meerdaagse fietstocht in eigen land.’
De verkoopster loopt rood aan. ‘Oei, dan moet ik u teleurstellen.’
Heb ik nou zo scheel gekeken? ‘Er staat toch ‘anno 1893’ op de pui?’
‘In dat jaar verkocht de overgrootvader van m’n man inderdaad zijn eerste brood. Maar lange tijd werd het elders gebakken en aan de man gebracht. Dit pand verrees pas na de Tweede Wereldoorlog.’
Waar gaat het heen als zelfs gevelopschriften niet meer te vertrouwen zijn? ‘Och, wat had ik graag de smaak van 1917 geproefd.’
Haar ogen twinkelen. ‘Maar dan bent u wél aan het juiste adres. Velen denken daarvoor aan de door de overheid in de oorlog geïntroduceerde eenheidsworst, met daarin alle beschikbare soorten vlees. Ons alternatief is echter veel smakelijker. De Slatmanskoek! Een Saksische kruidkoek, traditioneel gebakken volgens geheim recept.’
‘Doet u die dan maar. En graag een half gesneden donker volkoren.’
‘Prima, mag ik dan uw broodkaart.’
‘Euh, wat bedoelt u?’ Nu ben ik degene met rode wangen.
‘Ook ons land kende in die oorlog grote schaarste. Goederen als koffie, vlees, melk en steenkool waren op de bon. Net zoals brood, dus.’
‘Tja, zo’n kaart heb ik natuurlijk niet. Ik ben al blij dat ik bij elke controlepost m'n stempelkaart kan tonen.’
Streng slaat ze me gade. ‘Alleen al voor die twaalf sneetjes dient er een tegoed van driehonderd gram op je broodkaart te staan.’
Zelden hoorde ik mezelf zo stamelen. ‘Nou ja, zo bedoelde ik het nou ook weer niet.’
Ze giechelt. ‘Ik evenmin. Ik wilde u alleen graag een authentieke ervaring bezorgen.’

****

Een fragment uit m’n boek ‘Fietsen in oorlogstijd’. Wil je meer smakelijke verhalen lezen of zelf de route rijden? Kijk dan op m'n website voor meer informatie.
Het is BN De Stem ook ter ore gekomen dat m'n boek is verschenen:

https://archive.vn/nyXFD
Screenshot_20250429_223527_Chrome.jpg
03e.jpg
War, Krieg, Guerre

Krijg nou wat! Een in het Nederlands opgesteld informatiebord! ‘Arras, Toonbeeld van het Goede Leven in Artois.’
De primeur wordt direct gevolgd door een tweede. Een Fransman spreekt me aan in m’n moerstaal. ‘Eeuwen geleden reikte de Nederlandse invloed tot aan de nabijgelegen stad Arras, het vroegere Atrecht. Verschil in godsdienstopvatting dreef de protestantse Unie van Utrecht en de katholieke Unie van Atrecht uiteen. Slechts een enkeling is het Nederlands nog machtig.’
‘Nou, dat klinkt als een ingewikkelde geschiedenis.’
‘Ik hoor het al. U geeft de voorkeur aan de Eerste Wereldoorlog.’
‘Hoe dat zo?’
‘Die is lekker simpel. Twee jaar lang was die berg daar een onneembare Duitse vesting. In het vroege voorjaar van 1917 groeven de Canadezen gangen onder hun stellingen, propten die vol springstof en verjoegen de Moffen. Vandaar dat we die kale berg aan hen schonken.’
‘Petje af voor uw Nederlands, maar een bezoek aan de opticien kan geen kwaad. Die berg is allesbehalve kaal. In het bos was het zonet zelfs pikkedonker.’
Hij grinnikt. ‘Die bomen zijn na de oorlog geplant, één voor elke gevallene. Vele ouders en partners verloren hier hun geliefde zoon of man. Tijdens het vierdaagse offensief sneuvelden drieduizend Canadezen.’
De vent rekent me nog net niet het daggemiddelde voor, zoals m’n boezemvriend Sikko dat had gedaan voor het aantal gesneuvelden bij Verdun. Ik hoor het hem nog zo opdreunen. ‘In driehonderd dagen sneuvelden driehonderdduizend krijgers. Duizend doden per dag. Dag in dag uit. Stel je dat eens voor!’
‘Je bent zonet langs het meest prestigieuze Canadese oorlogsmonument in Europa gekomen. Alles bij elkaar overleden zestigduizend Canadezen. Een op de tien soldaten kwam niet levend thuis.’
Het maakt me stil. Niet omdat ik zonet, zonder een oceaan over te zijn gestoken, op Canadees grondgebied fietste. Wel omdat april 1917 een maand vol tegenstellingen was. Het ene land verloor vele ingezetenen, het andere zette voor het eerst een meerdaagse fietstocht van duizend kilometer uit.
‘Bedenk dat Canada in die tijd acht miljoen inwoners telde. Oftewel, één procent sneuvelde. Een hele generatie jonge mannen.’
‘Waarvoor toch?’
‘Voor hun oude land, jongen. Zij, of anders wel hun ouders, waren in Europa geboren en vochten vrijwillig voor hun voormalige continent.’
Ik denk terug aan de tijd dat ik in Canada studeerde. In dat jaar zat ik geregeld met andere Europese studenten in de Canadese kroeg. Nu probeer ik me in te beelden dat de Engelsman Alan, de Duitser Stephan en de Fransman Michel naar hun eigen land waren teruggeroepen om de wapens tegen elkaar op te nemen. Dat gaat elke voorstelling te boven.
Al stond er in 1917 geen enkele boom op deze berg, ook toen was het hier al aardedonker.