door
Aniphys » zo 11 feb, 2024 15:12
Dag 9: Mae Le – Hup Pa Tat (69.2 km – 23.4 km/u)
Het wordt een korte rit vandaag en dat is maar goed ook. Ik fiets naar Hup Pa Tat, een bestemming die ik om verschillende redenen heb gekozen. Eerst en vooral de naam! Wie wil er nu niet naar Hup Pa Tat! Toen ik tijdens de voorbereidingsavonden die naam op Google Maps zag verschijnen tussen alle ‘Attractions’ en ‘Things to do’ door wist ik het meteen: daar wil ik heen! Of op zijn minst passeren. Toch fantastisch wanneer je kan zeggen dat je in Hup Patat bent geweest? Bij deze. Later zouden mijn Thaise vrienden een pijnlijke grimas trekken toen ze hoorden hoe ik “Hup Patat” op zijn Nederlands uitsprak. Het blijkt “Hoeb Pha Thââââât” te zijn wat iets als “palmbosjesvallei” zou betekenen.
Maar er is nog een tweede reden voor bezoek: het is een mooi stukje natuur dat weinig gekend is onder de Thai en al bijna helemaal niet onder de toeristen. Klein maar fijn.
Reden nummer drie: er is zowaar een fietscafé!
Via de strakke 3504 fiets ik zuidwaarts en laat de lange heuvelkam achter me liggen. Geen dog chases meer hier, de baan is breed genoeg, het weinige verkeer is te snel. Lekker op het ligstuurtje en draaien met de beentjes. Het landschap is vlak met rijstvelden en suikkerriet en beboste heuvels bij de horizon. Ik heb het eerder gezien, maar het verveelt niet – het is aangenaam fietsen. Zoals gewoonlijk is de kwaliteit van de weg top.
Ter hoogte van Ban Khlong Koi neem ik de 3456 verder zuidwaarts tot die eindigt ter hoogte van de tweehonderd-meter-hoge steenpuist nabij het dorpje Pradu Yuen. Daar neem ik een kleine lokale weg die recht naar mijn bestemming leidt: het sterk geanticipeerde Hup Pa Tat. Lokale weg. Daar zijn ze weer. En dit maal in grote getale: ik word achterna gezeten door een achttal hysterisch blaffende honden. Ze willen niet onderdoen voor elkaar. Even de pedalen stilhouden vermindert soms hun jachtreflex. Niet vandaag. Een plots kort sissend SSSJJJJ maakt ook niet veel indruk. Dan maar zachtjes verder fietsen en een kalmerend tssjjj-tssjjjj-tsssjjjj proberen. Ze blijven me nog een tijdje volgen maar haken uiteindelijk af. Geen enkele had blijkbaar zin in mensenvlees. Dat komt goed uit. In de verte zie ik de rotspartijen van Hup Pa Tat verschijnen.
- In de verte kan ik Hup Pa Tat al ontwaren.
Hup Pa Tat is een soort grillige tafelrots met wat rotsheuvels er rond. Eén van die omliggende rotsheuvels was oorspronkelijk hol, maar het plafond van de grot is ingestort zodat een komvormige rotsmuur van honderd a tweehonderd meter hoog overbleef. Binnen in die kom ontwikkelde zich een peipklein stukje maagdelijk regenwoud. Pas in 1979 werd die kleine kom ontdekt door een monnik en enkele jaren later heeft men met dynamiet een toegang gemaakt doorheen de rotsmuur. Daarvoor moest enkel het diepste stukje van een natuurlijke grot worden opgeblazen. Nu is de kom dus publiek toegankelijk en heeft men er 700 meter aan stenen paadjes en trapjes in aangelegd. In Hup Pa Tat kan je enkele endemische soorten vinden waaronder de ‘shocking pink dragon millipede’ (
Desmoxytes purpurosea) – een miljoenpoot die cyanide kan afscheiden en shockingly pink is. Die wil ik zien. Helaas ben ik enkele maanden te laat want ze zijn enkel makkelijk te vinden tijdens het nat seizoen. Maar als getraind insectenzoeker ik ga toch proberen.
Ondertussen heb ik de toegangspoort tot de Hup Pa Tat vallei bereikt. Het is idyllisch mooi en… er blijken helemaal geen honden te zijn. Ik fiets verder tussen verticale rotswanden. De valleibodem is op verschillende plaatsen bezaaid met bloemen waartussen verhoogde instagramplatforms en kunstige bankjes en zeteltjes staan opgesteld. Toch zie ik nauwelijks mensen. Het lijkt alsof ik een beetje in een droomwereld ben terecht gekomen. Iets tussen hemel en aarde.
- Een gele old-timer verwelkomt me in de Hup Pa Tat vallei
- Toegangspoort tot Hup Pa Tat
- Een droomwereldje om in te fietsen...
- ...met kleurrijke bloemenvelden.