Bericht uit Lijiang.
We zijn nu een week in China en hebben van uit Chengdu de trein naar Panzihua genomen.
Van uit deze stad zijn we naar het zeer toeristische Lijiang gefietst. Het Venetie van China is prachtig. Er zijn vooral veel chinese toeristen.
China is voor ons nieuw en een heel avontuur. Veel dingen zijn anders dan bij ons.
Veel China experts waarschuwde dat het niet makkelijk zou zijn. Toch was de trein inclusief de fietsen vlot geregeld. John en Harm moesten zich in alle bochten wringen om boven in de treincoupe hun plekje te vinden. De hotels zijn makkelijk te regelen en voorzien van ruime kamers met warme douche en airco, handdoeken etc. Ze zijn vrij goedkoop voor ons. 70 rmb is ongeveer 7 euro en daar heb je een prachtige schone kamer voor.
Iedere toerist roept het eten is geweldig. Het eten is schrikken, de eerste avond bestelde we een Sichuan hotpot, en we maakte "duidelijk" aub geen vlees. Er werdt een flinke pan met groentesoep geserveerd en na een minuut kwam er een partijtje slachtafval omhoog drijven. We keken naar twee kippenkoppen en de klauwen, darmen, enz. Verder duiken we op het platteland zelf de keuken in en wijzen we de ingredienten voor ons diner aan. Verder zijn de zinnen "niet te peperig en geen vetsin" erg handig.
De omgeving van Panzihua was iets minder. Er wordt hier veel steenkool gewonnen. Verder rijden er veel vrachtwagens met steenkool rond en daardoor, fietsten we een dag door de industrie en een minder landschap rond. 's avonds en smorgens snuiten we onze neuzen en er komt zwart snot uit. We zien er uit als zwervers. Alles was vies en groezelig geworden.
Daarna begon het rustieke "platte" land. We zien veel mensen werken in de rijstvelden en het romantische China wat wij voor ogen hadden komt hiermee aardig overeen.
De mensen zijn vriendelijk. Af en toe zien we minderheden in mooie kleding.
We lunchen bij een familie onderweg en worden daar heel hartelijk ontvangen.
Om de 10km een dorpje met lemen huizen met zwarte pannendaken. De wegen zijn van zeer hoge kwaliteit, net Duitsland. Je merkt dat veel dorpen en steden met het oog op de toekomst worden gepland. In de stad verdubbeld het aantal rijbanen zodat men makkelijk kan parkeren, laden lossen enz.
Het is flink bergachtig in Yunnan en beklimmingen van 1000 meter is meer regel dan uitzondering. Toch is het geen ramp, de Chinezen zijn echt goede wegenbouwers, nergens zijn beklimmingen steiler dan 8%.
Onderweg slapen we in een oude verlaten school, omdat we het dorp met een hotel niet konden halen. In de oude school veegden we de troep aan de kant en rolden onze matjes neer. Bij de boerderij aan de overkant van het riviertje konden we een douche nemen. We kregen 2 levende kippen aangeboden voor het eten. Dit aanbod hebben we maar vriendelijk afgeslagen. We kookten onze eigen zuurkool met worst.
Twee dagen terug kruisten we de Jangtze rivier, en daalden we 1000 meter af. Hierdoor nam de temperatuur zo erg toe dat de kilometerteller 52 graden celcius in de zon aan gaf.
We branden onze handen aan alles wat we beetpakten. Boven op 2300 meter hoogte in Lijiang is het op dit moment regenachtig. Jammer want ons uitzicht op de hoge bergen wordt hierdoor verpest. Morgen gaan we een wandeling maken en blijven nog even in Lijiang om de toerist uit te hangen. De dag daarna vertrekken we weer per fiets om 5 dagen later in Zhongdian aan te komen, wat op 3200 meter hoogte ligt. Een Nederlandse jongen die wij hier in Lijiang hebben ontmoet heeft voor ons de route uitgetekend.
Veel groeten
Gudy en John
We zijn nu een week in China en hebben van uit Chengdu de trein naar Panzihua genomen.
Van uit deze stad zijn we naar het zeer toeristische Lijiang gefietst. Het Venetie van China is prachtig. Er zijn vooral veel chinese toeristen.
China is voor ons nieuw en een heel avontuur. Veel dingen zijn anders dan bij ons.
Veel China experts waarschuwde dat het niet makkelijk zou zijn. Toch was de trein inclusief de fietsen vlot geregeld. John en Harm moesten zich in alle bochten wringen om boven in de treincoupe hun plekje te vinden. De hotels zijn makkelijk te regelen en voorzien van ruime kamers met warme douche en airco, handdoeken etc. Ze zijn vrij goedkoop voor ons. 70 rmb is ongeveer 7 euro en daar heb je een prachtige schone kamer voor.
Iedere toerist roept het eten is geweldig. Het eten is schrikken, de eerste avond bestelde we een Sichuan hotpot, en we maakte "duidelijk" aub geen vlees. Er werdt een flinke pan met groentesoep geserveerd en na een minuut kwam er een partijtje slachtafval omhoog drijven. We keken naar twee kippenkoppen en de klauwen, darmen, enz. Verder duiken we op het platteland zelf de keuken in en wijzen we de ingredienten voor ons diner aan. Verder zijn de zinnen "niet te peperig en geen vetsin" erg handig.
De omgeving van Panzihua was iets minder. Er wordt hier veel steenkool gewonnen. Verder rijden er veel vrachtwagens met steenkool rond en daardoor, fietsten we een dag door de industrie en een minder landschap rond. 's avonds en smorgens snuiten we onze neuzen en er komt zwart snot uit. We zien er uit als zwervers. Alles was vies en groezelig geworden.
Daarna begon het rustieke "platte" land. We zien veel mensen werken in de rijstvelden en het romantische China wat wij voor ogen hadden komt hiermee aardig overeen.
De mensen zijn vriendelijk. Af en toe zien we minderheden in mooie kleding.
We lunchen bij een familie onderweg en worden daar heel hartelijk ontvangen.
Om de 10km een dorpje met lemen huizen met zwarte pannendaken. De wegen zijn van zeer hoge kwaliteit, net Duitsland. Je merkt dat veel dorpen en steden met het oog op de toekomst worden gepland. In de stad verdubbeld het aantal rijbanen zodat men makkelijk kan parkeren, laden lossen enz.
Het is flink bergachtig in Yunnan en beklimmingen van 1000 meter is meer regel dan uitzondering. Toch is het geen ramp, de Chinezen zijn echt goede wegenbouwers, nergens zijn beklimmingen steiler dan 8%.
Onderweg slapen we in een oude verlaten school, omdat we het dorp met een hotel niet konden halen. In de oude school veegden we de troep aan de kant en rolden onze matjes neer. Bij de boerderij aan de overkant van het riviertje konden we een douche nemen. We kregen 2 levende kippen aangeboden voor het eten. Dit aanbod hebben we maar vriendelijk afgeslagen. We kookten onze eigen zuurkool met worst.
Twee dagen terug kruisten we de Jangtze rivier, en daalden we 1000 meter af. Hierdoor nam de temperatuur zo erg toe dat de kilometerteller 52 graden celcius in de zon aan gaf.
We branden onze handen aan alles wat we beetpakten. Boven op 2300 meter hoogte in Lijiang is het op dit moment regenachtig. Jammer want ons uitzicht op de hoge bergen wordt hierdoor verpest. Morgen gaan we een wandeling maken en blijven nog even in Lijiang om de toerist uit te hangen. De dag daarna vertrekken we weer per fiets om 5 dagen later in Zhongdian aan te komen, wat op 3200 meter hoogte ligt. Een Nederlandse jongen die wij hier in Lijiang hebben ontmoet heeft voor ons de route uitgetekend.
Veel groeten
Gudy en John