eindgebruiker schreef: ↑zo 10 nov, 2019 10:45
Fedor schreef: ↑zo 10 nov, 2019 10:16
Hoe zit dat als je bijv. met 15 fietsers (of zijn de groepen nooit zo groot) aankomt op het station, waarvan de meeste dezelfde kant op willen?
Op de laatste dag komen de mensen meestal verspreid in kleine groepjes aan. Ik kan me herinneren dat ik één keer (toevallig ook in Maastricht) besloot eerst ergens koffie te drinken en de volgende trein te nemen.
Op het station van Maastricht wemelt het op zomerse zondagmiddagen van de fietsers die met de trein naar het noorden willen. Voor de meeste treinen is het ook een kopstation, dus loont het om op de volgende trein te wachten, die heel even helemaal leeg is nadat iedereen er uitgestapt is. Verder noordwaarts, bijvoorbeeld in Sittard, Roermond of Weert, is de kans dan echter zeer klein dat er nog een fiets past in de treinen die uit Maastricht komen.
Daar komt bij dat er in het weekend altijd wel ergens geplande werkzaamheden zijn. Met Pasen was dat dit jaar het geval tussen Den Bosch en Utrecht. Wie toen met de fiets in de trein vanuit Limburg en Brabant naar de Randstad wilde, moest via Breda en Rotterdam reizen (of met een grote omweg via Nijmegen). In de intercitytreinen tussen Breda en Rotterdam is officieel slechts plek voor 4 fietsen (of 6 met een beetje proppen). Na de
Paastocht heb ik daarom maar besloten om pas de volgende dag terug naar huis te gaan.
HansvanderVeeke schreef: ↑za 09 nov, 2019 18:54
Ik snap dat de WF het reizen met de trein een warm hart toedraagt
Ook ik kies bij lange afstanden al jaren bewust voor de trein. Ik ben al meer dan 40 jaar lid van zowel reizigersvereniging
Rover als de
Fietsersbond en heb nooit rijles willen nemen omdat ik op mijn 18e al besefte dat er veel te veel auto’s rondreden. Helaas is men in de burelen van de NS al jaren de weg kwijt. De ‘zakelijke reiziger’ werd er bewierookt en ik kan me niet aan de indruk onttrekken dat er werd neergekeken op trouwe, al dan niet bewust autoloze reizigers, die ze als monopolist toch niet kwijt zouden raken. Een prestige-object als de Fyra mocht miljarden kosten terwijl op simpele voorzieningen die voor veel reizigers essentieel zijn (toiletten in sprinters, ruimte voor fietsen, koffers en kinderwagens) werd beknibbeld.
Daarom is het nu onvermijdelijk dat bij wereldfietsertochten met tientallen deelnemers een groot deel kiest voor de auto als voor- en natransport. En is het dus handig om van die tochten een rondje te maken.