Additionally, paste this code immediately after the opening tag: Zes weken fietsen door zeven Balkanlanden - Pagina 5 - Forum Wereldfietser

Zes weken fietsen door zeven Balkanlanden

123 berichten
Zaterdag 26 mei 2018. Van Mostar naar Draga, 60 km

Afbeelding

Terwijl we door de stad fietsen, passeren we een prachtig gerenoveerd gebouw in een neomoorse stijl, dat hier 120 jaar geleden - in de Oostenrijks-Hongaarse periode - is gebouwd. Vanaf het begin was dit een gymnasium, tegenwoordig zit er ook een internationale school in. Uniek voor Mostar is dat leerlingen van alle 'zuilen' er welkom zijn.

Afbeelding

We verlaten het dal van de Neretva, waar je niet veel verder over rustige wegen kunt fietsen, en klimmen de Dinarische Alpen in. Vandaag willen we het Meer van Blidinje bereiken. Na 20 km zien we zelfs een fietsroutebordje naar dit meer wijzen. Het lijkt niet ver meer, maar we moeten nog wel een bergpas over. Mountainbikers die we tegenkomen, kijken wat bezorgd naar onze bepakking en vragen of we gewend zijn om op slechte wegen te rijden.
"No problem", zeg ik. Zo zwaar als een paar jaar terug op de Mahlknechtjoch zal het hier wel niet zijn.
De fietsers vertellen ons dat de rit naar het Meer van Blidinje wel de mooiste tocht is die je hier kunt maken en dat er dicht bij het meer een motel is. Dat is goed om te weten, want we hebben hier weer geen internet. Corrie heeft weliswaar een Bosnische telefoonkaart aangeschaft, maar die lijkt niet te werken.

Afbeelding

Om half twee hebben we 800 m geklommen. In de zon komt de temperatuur nu ruim boven de 35 graden. Dat vind ik op een vlak traject al veel te heet, maar hier is het niet te doen. Een mengsel van zweet, zout en zonnebrandcrème gutst van mijn voorhoofd en bijt in mijn ogen. Ik droog mijn gezicht met een sjaaltje, dat ik vervolgens om mijn lekkende hoofd knoop. Ik hoop dat de zon snel zal verdwijnen achter de stapelwolken die ik in de verte zie groeien.
"Niet normaal, deze hitte", mopper ik.
Corrie, die sneller kan klimmen en goed tegen hitte kan, ziet dat ik aan een pauze toe ben en stopt bij een rots met wat schaduw. Dan lengt ze lauw bidonwater aan met limonadesiroop en schenkt het in onze mokken. Vervolgens pakt ze haar camera om mijn gemoedstoestand vast te leggen.

Afbeelding

Boven de 1100 m wordt het minder benauwd. Asfalt wordt grind, waar nog goed op te fietsen is.

Afbeelding

Een stukje verder verandert het fietsbare pad in een grindbak, waar zelfs lopen moeilijk wordt. Op steile stukken duwen we met z'n tweeën eerst de ene fiets een stuk omhoog. Dan lopen we terug om met de andere fiets hetzelfde te doen. Even denk ik aan de mogelijkheid van een lift, wanneer een oude roetspuwende vrachtwagen ons voorbijrijdt. Maar die komt ook zonder ons al met moeite vooruit. Waar het steiler wordt, zien we twee mannen uit de cabine stappen en achter op de laadklep plaatsnemen, zodat de achterwielen door het extra gewicht wat meer grip op de weg krijgen. Het doet me denken aan een 'bakkie', waarmee ik lang geleden een onvergetelijke lift kreeg op een vergelijkbare weg in Lesotho (zie dit verhaal).

Afbeelding

Tegen de avond zijn we op 1400 m, is het een stuk koeler en begint de weg te dalen.

Afbeelding

Maar we zijn er nog lang niet. Er ligt nog 9 km Bosnisch grindpad voor ons. Omhoog en omlaag, variërend van net befietsbaar tot meedogenloze grindbak.

Afbeelding

Een gedenksteen tegen een rots herinnert aan twee mannen die hier zijn omgekomen. Het jaar 1993, een kruis en latijns schrift doen vermoeden dat het Kroaten zijn, strijders of slachtoffers in de Bosnische oorlog.

Afbeelding

's Avonds om zeven uur ligt er nog 2,5 km grindpad voor ons. Ik voel me nu fitter dan vanmiddag, maar voor Corrie, die meer moeite heeft met slechte wegen, is de rek er uit.

Afbeelding

We moeten wat eten en pauzeren met uitzicht op de kale bergtoppen. Achter die bergen moet het Meer van Blidinje liggen.

Afbeelding

Om half acht bereiken we de asfaltweg, die weer steil omhoog gaat. Ik klim nu een stuk sneller dan Corrie, wat betekent dat zij echt kapot is. De pashoogte ligt op 1400 m. Dan volgt een heerlijke afdaling naar 1200 m. In de verte zien we het Meer van Blidinje liggen, maar niets dat op een motel lijkt. Om kwart over acht stoppen we aan de oever van het meer bij een vakantiehuis waar we mensen zien. Zij vertellen ons dat het motel nog 5 km verder is.

Afbeelding

We doen onze lichten en gele hesjes aan en fietsen dan nog 5 km in de avondschemering. We hebben nu vals plat met tegenwind, maar zien de lichtjes van het motel steeds dichterbij komen. Nog even, en het leed is geleden. Het vooruitzicht van een warme maaltijd, een hete douche en een comfortabel bed geeft ons kortstondig nieuwe energie.
Het parkeerterrein voor het motel staat vol met auto's.
"Misschien is alles wel volgeboekt" zeg ik half voor de grap en half bezorgd wanneer Corrie naar de receptie loopt. Ze keert terug met goed nieuws en slecht nieuws.
"Er zijn geen lege kamers meer."
"Je maakt een grapje."
"Nee, echt waar. Maar we kunnen hier wel eten en we mogen in de tuin kamperen."
"We kunnen toch ook wel douchen?"
"Nee, helaas niet. Er zijn alleen maar douches in de kamers."

We zetten snel de tent op en genieten van een uitstekende maaltijd in het restaurant. Voor we gaan slapen, warmen we een paar liter water op voor een snelle maar heerlijke bidondouche op het donkerste plekje in de tuin van het motel. Na bijna acht uur fietsen (dus exclusief pauzes) en 1700 m klimmen vallen we als een blok in slaap.

wordt vervolgd
Zondag 27 mei 2018. Van Draga naar Livno, 72 km

Afbeelding

We ontbijten in het motel, waar we ook wat brood voor de lunch kunnen krijgen. Corrie vraagt gelijk hoe de kwaliteit van de route door de bergen naar het Meer van Rama is. Daar had ik vandaag heen willen fietsen, om daarna een route te kunnen volgen die Erik van den Boom acht jaar geleden in de omgekeerde richting heeft gefietst.
"Hier zeggen ze dat de weg naar dat meer minstens zo slecht is als het grindpad van gisteren", vertelt Corrie. We concluderen dat het waarschijnlijk een prachtige route is, maar dat we vandaag toch liever op asfalt fietsen. We vouwen de grote kaart van Bosnië open en gaan op zoek naar een alternatieve route. De handigste route gaat via Tomislavgrad, Livno en Glamoc naar Drvar. Helaas lopen tussen Tomislavgrad en Livno alle binnenwegen dood, zodat we daar over een drukkere weg moeten fietsen. Het is vandaag wel zondag, dus veel vrachtverkeer zal er niet zijn. We besluiten om het er maar op te wagen.

Om half tien zitten we weer op onze fietsen. Eerst fietsen we 7 km terug langs het Meer van Blidinje, ditmaal met vol daglicht, vals plat naar beneden en de wind in de rug.

Afbeelding

Na Tomislavgrad wordt het, zoals te verwachten was, drukker op de weg. Niet angstaanjagend, maar wel zodanig dat fietsen niet ontspannend is. De laatste 7 km voor het Meer van Buško zijn we blij met een lange afdaling, waar we zo hard naar beneden gaan dat auto's achter ons blijven. Bij het meer slaan we af naar een iets minder drukke weg. We vinden een mooie picknickplek naast een islamitische begraafplaats met uitzicht op het meer.

Afbeelding

We fietsen verder onder een dreigende buienlucht door een stenig en struikerig karstlandschap, waar kuddes geiten het gras kort houden.

Afbeelding

In een tuin langs de weg staat een prachtige stenen wereldbol. Tuinglobes heb je in alle soorten en maten, maar dit is echt een joekel. Misschien woont hier net zo'n kaartenfreak als ik (zie dit topic)!

Afbeelding

Wanneer we Livno naderen, wordt het weer druk op de weg. Dat is de keerzijde van doorfietsasfalt. We zijn in ieder geval weer een stuk verder gekomen.
Campings zijn hier in de wijde omtrek niet te vinden, dus melden we ons bij een hotel in een mooi park aan de rand van de binnenstad. Daar is niet alleen wifi, maar ook een een receptioniste die feilloos de juiste instellingen voor de Bosnische prepaid telefoonkaart op mijn iPad weet te vinden. Dus hebben we voor de rest van onze tocht weer internet, zolang we bereik hebben. In Kroatië kunnen we weer een Nederlandse kaart gebruiken, want daar geldt het EU-tarief.

Maandag 28 mei 2018. Van Livno naar Glamoc, 39 km

Afbeelding

's Ochtends gaan we eerst koffie drinken in Livno. De eerste 10 km moeten we weer over een doorgaande weg fietsen, dus kan de ochtendspits maar beter voorbij zijn. Een nadeel is dan wel dat het gelijk al heet is. Ruim voor de ochtendspits gaan fietsen was hier ook geen optie, omdat je zo vroeg nog niet kunt uitchecken in het hotel. Bovendien ben ik geen ochtendmens. Bij normale temperaturen voel ik me later op de dag fitter dan 's ochtends vroeg. Corrie is wel een ochtendmens en zij kan ook goed tegen hitte, maar ze is sneller moe wanneer we tot de avond doorfietsen.
Vandaag kunnen we treuzelen, want het is amper 40 km naar Glamoc, waar een hotel is. Daarna is er 65 km vrijwel onbewoond gebied tot aan Drvar. Wild kamperen is daar niet verstandig omdat er veel gevochten is en er nog landmijnen en blindgangers liggen op plekken die wij niet kennen. We zouden ook nog wel 105 km op een dag af kunnen leggen, maar dan zouden we geen tijd meer hebben voor fotosessies, bijzondere ontdekkingen en ontmoetingen en - last but not least - siësta's. Met een Nederlandse doorfietsmentaliteit kun je niet van de Balkan genieten.

Tot Glamoc zijn er niet veel plekken die uitnodigen om af te stappen. Een picknick bij het Veselinjeklooster wordt verstoord door een vage oude man, misschien wel de dorpsgek, die onverstaanbare dingen tegen ons zegt en ongemakkelijk dicht bij ons bankje blijft hangen.

Een kilometer verder staan enkele verweerde islamitische grafstenen als paddestoelen in het veld.

Afbeelding

In Glamoc zijn de gevolgen van de Bosnische oorlog goed zichtbaar. Het stadje is doorspekt met afgebrande en ingestorte gebouwen. Tussen de ruïnes staan huizen die grondig of halfslachtig zijn gerenoveerd. Terassen zijn gevuld met etende, drinkende, pratende en rokende mensen, die zich niets lijken aan te trekken van het alom aanwezige lawaai van drilboren en kettingzagen.

Glamoc loopt al jaren leeg. In 1931 had het stadje nog 25.000 inwoners. In 1991 was dat aantal gehalveerd. Tot dan bestond circa 80 procent van de bevolking uit Serviërs, zo'n 17 procent Bosniakken en nog wat Kroaten en merkloze Joegoslaven. In 1992 werd Glamoc veroverd door Servische troepen (zie deze video), die vervolgens een etnische zuivering uitvoerden. Drie jaar later namen Kroatische troepen de stad in (zie deze video). Serviërs sloegen toen massaal op de vlucht. Hun plek werd voor een deel weer ingenomen door vluchtelingen uit delen van Bosnië waar Servische troepen de baas waren gebleven. Van hen zijn sommigen in Glamoc gebleven. Ook is een deel van de gevluchte Serviërs later teruggekeerd. In 2013 telde de stad nog maar 4000 inwoners, waarvan 44 procent Serviërs, 32 procent Bosniakken en 23 procent Kroaten.

Het hotel waar we bivakkeren, is niet gevuld met toeristen maar met bouwvakkers. 's Avonds willen we hier uitchecken, zodat we morgen vroeg kunnen vertrekken. De baas van het hotel vinden we in de bar, omringd door kettingrokende bouwvakkers met bierbuiken en tatoeages.
"Toen de wederopbouw op gang kwam, zijn we hier weer gaan wonen", vertelt hij. "We hoopten dat alles hier weer op zou bloeien. De laatste tijd vraag ik me steeds meer af wat er met dit land gaat gebeuren. Misschien gaan we wel weer terug naar Oostenrijk. Waarom zou ik mijn kinderen hier op laten groeien?"
We lopen weer terug naar onze kamer.
"Als ik die mannen hier zo zie zitten, allemaal in de veertig, vraag ik me wel af wat zij hier 25 jaar terug allemaal hebben uitgespookt", vraagt Corrie zich af. Dit zal iedereen zich hier wel afvragen.

wordt vervolgd
Fantastisch die grote wereldbol, Kees! Dat soort dingen vind ik altijd machtig mooi van de landen die ooit achter het gordijn lagen. Oekraïne is er ook mee bezaaid. Mooi weer Kees, dank!
Dinsdag 29 mei 2018. Van Glamoc naar Drvar, 65 km

Afbeelding

Om zeven uur stappen we op onze fietsen. Eerst nog even naar de bakker om vers brood en iets voor bij de koffie te halen, dan verder noordwaarts. Als we bijna de stad uit zijn, valt mijn oog op een islamitisch oorlogsmonument, herkenbaar door de bouwstijl en een korantekst.

Afbeelding

Na 10 km verlaten we de hoofdweg en even later gaat het asfalt over in goed befietsbaar grind. Dan zien we een dorp liggen, waarvan de meeste huizen niet meer bewoond worden.

Afbeelding

Aan de andere kant van de weg ligt een begraafplaats met Servische teksten op de graven.

Afbeelding

Dan valt mijn oog op een nieuwe grafsteen voor twee mensen die blijkbaar nog niet zijn overleden. Namen, geboortejaren en foto's staan al op de steen, maar een exact sterfjaar ontbreekt bij beiden. Wel wordt verwacht dat ze de volgende eeuw niet meer zullen halen...

Afbeelding

Een orthodoxe kerk met een rood dak is hier het enige gebouw dat na de oorlog hersteld is.

Afbeelding

Om half tien hebben we er 24 km opzitten. Hoog tijd voor koffie, maar waar? De vrijwel boomloze polje waar we ons bevinden, heeft veel weg van een gatenkaas. Naast blindgangers en landmijnen moeten we in dit karstlandschap ook nog beducht zijn op verdwijngaten. Er staan hier nergens waarschuwingen voor mijnenvelden, dus gaan we dichtbij de weg op een vlak stuk kalksteen zitten, waar we redelijk safe en comfortabel koffie kunnen zetten.

Afbeelding

Na de koffie fietsen we verder over de verlaten weg met hier en daar een spookdorp. Huizen zijn er vakkundig vernield. In die huizen kunnen nog boobytraps liggen. De weinigen die naar deze streek zijn teruggekeerd, bouwden liever een nieuw huis in een dorp dat nog bewoond is.

Afbeelding

Afbeelding

Om 11 uur zijn we het hoogste punt van vandaag, iets boven de 1000 m, gepasseerd. We hebben nu een wijds uitzicht over het kale karstlandschap, waar een eenzame herder zijn geiten gaat grazen. Nu is alles nog groen en staat alles in bloei, maar wie hier in september fietst zal waarschijnlijk een dorre steppe aantreffen.

Afbeelding

Afbeelding

Nog 10 km verder zien we de bewoonde wereld voor ons opdoemen en volgt een mooie afdaling.

Afbeelding

Aan het begin van de middag hebben we 50 km afgelegd. Het is nu bloedheet en een koel terras of een mooie siëstaplek zou meer dan welkom zijn. Tot onze verrassing staat er ineens een overdekte picknickbank met een vlag en reclame op de overkapping, tegenover een huis waarvan we denken dat het wel een café zal zijn. We gaan zitten en wachten af of er iemand komt vragen wat we willen drinken. Er komt echter niemand. Wel zien we dat er bij het huis wat jongens rondhangen bij een krat met lege bierflesjes. Ik loop erheen en probeer erachter te komen of dit een café is. De jongens spreken echter geen woord over de grens, of hebben daar geen zin in. Wel haalt een van hen een oude man, die hier blijkbaar de baas is. De man neemt mij mee naar binnen en wijst naar een krat bier en wat kleine kartonnetjes waar vermoedelijk frisdrank inzit. Het is net half één geweest en voor bier vind ik het nog wat vroeg, maar verder is alles beter dan warm bidonwater. Ik koop een paar kartonnetjes en loop terug naar de picknickbank.
"Het lijkt me eerder een soort hangplek dan een café", zeg ik. "Laten we ons eigen brood hier maar opeten, want in dat huis is niks te koop."
Na de lunch begint Corrie aan een siësta, terwijl ik de route voor de komende dagen bestudeer en regelmatig een blik op het huis werp. Daar stopt af een toe een busje, dat de jongens meeneemt of andere jongens daar aflevert. Ik vermoed dat het jongeren zonder vast werk zijn, die daar wachten tot iemand mensen nodig heeft voor de een of andere klus. De oude man heeft vroeger misschien een kroeg gerund en verdient hier nu nog wat met hand- en spandiensten voor een koppelbaas - wie zal het zeggen?

Afbeelding

We blijven een paar uur wachten op een onweersbui die maar niet wil gaan vallen. Er vallen wat spetters en dan klaart het toch weer op. Tegen half drie besluiten we om weer verder te fietsen.
Veertig minuten later rijden we Dvrar binnen en barst het noodweer toch nog los. Een paar honderd meter verder vluchten we een rokerig café in, waar we een dik uur blijven zitten en gelijk op zoek gaan naar een overnachtingsplek. Er is een hotel in de stad, maar Corrie vindt op haar smartphone ook een appartement. Ze boekt er een overnachting voor 20 euro.

Wanneer we geen hagelstenen meer op het dak horen knallen, trekken we onze regenjacks aan en gaan we op zoek naar het appartement. Op de plek waar het volgens de smartphone zou moeten zijn, staat niets dat lijkt op de foto die op de boekingssite staat. De naam van de straat klopt niet eens. Gelukkig is Drvar geen wereldstad, al zal iedereen die voor 1990 op een Joegoslavische school heeft gezeten, wel geleerd hebben dat hier een grot is waar Tito zich in de Tweede Wereldoorlog heeft verstopt voor de Duitsers.
Uiteindelijk vinden we de juiste straat. Tegenover het huis is een garage waar we even kunnen schuilen terwijl Corrie de verhuurder van het appartement belt. Na enig heen en weer praten met iemand die niet zo goed Engels spreekt, lukt het haar om duidelijk te maken dat we pal tegenover het appartement staan.
Een oude man opent de deur en begeleidt ons naar een onwijs grote verdieping in een sfeervolle Villa Kakelbont. Terwijl hij uitlegt hoe alles hier werkt, schenkt hij drie glaasjes rakija in en drinkt het zijne gelijk leeg. Ik neem een paar slokken en ook Corrie doet haar best. Wanneer de man even wat gaat halen, kiepert ze haar glas leeg in de gootsteen. Dat had ze beter niet kunnen doen, want zodra de man weer terug is, giet hij haar glas met een vrolijke blik weer vol.

wordt vervolgd
Als je je afvraagt waarom het in Bosnië zo groen is, dan heb je meteen je vraag al beantwoord door op te merken dat er nog al wat regen valt, die valt in de zomer ook, daarom zal het in de herfst er niet veel minder groen zijn, in tegenstelling tot de kustgebieden van Kroatië waar weinig regen valt omdat dat tegengehouden wordt door de bergruggen langs de kust.
De kerk is overigens de kerk van Petrus en Paulus
@Kees: bedankt voor de mooie verhalen en foto's.
Jan
_Peter_ schreef:
za 15 dec, 2018 16:10
De kerk is overigens de kerk van Petrus en Paulus
Op Google Earth is er een foto van te vinden, met Servisch bijschrift. Dat bijschrift heb ik gekopieerd en vervolgens als zoekwoord gebruikt, met als resultaat hier een heel verhaal met foto's over de restauratie van deze kerk (of een leuke fotografische potpourri van orthoxe kerken, met enkele schitterende 'suikertaarten'). Met Google Translate krijg je de volgende vertaalpoging over de geschiedenis van de kerk: De bouw van de huidige tempel begon in de christelijke archeologische site - de oude kerk site, terug in 1890, en ingewijd in 1910. In de Tweede Wereldoorlog werd het in 1941 afgebrand door de Ustashas van NDH. Dus ontheiligd en vernield, onbedekt en onbeschermd, was tot 1972, toen zijn aankomst in de dienst van de priester Vagan Đuro Kljajić met vrome mensen Glamočko velden in de moeilijke communistische tijd, het begint te verlengen tot 1972 weten te dekken en gedeeltelijk vernieuwd. Sinds juli 1995 is de val van de Servische Krajina gebied begint een nieuwe verwoesting van deze tempel, de eerste van het reguliere leger van de Kroatische staat, en vervolgens door de NAVO-troepen, die in het veld Glamočko gevestigde militaire training "Barbara", in de visserijzone waarvan hij de tempel. Sinds de ontploffing van de strijdkrachten van de NAVO, terwijl het doen van de oefeningen, de muren van de tempel werden verder afgeleid en raslabljeni.

Dankzij de betrokkenheid van de burgemeester van Glamoc Radovan Markovic, de Commissie voor het herstel en de wederopbouw van de tempel in Vagan, dan trouwe Glamočak oorspronkelijk uit gewogen en Glamoc, met de zegen van bisschop Athanasius van 2014 begonnen met de restauratie van deze prachtige tempel. De tempel werd onlangs behandeld in een toekomst voor elektoinstalaterski, gevel, voorgevel en ambachtelijke werkt aan de opstelling van de binnen en buiten.
Google moet nodig naar school, want dit lijkt nergens op. :wink:
Woensdag 30 mei 2018. Van Drvar naar Kulen Vakuf, 47 km

Afbeelding

We vertrekken weer vroeg uit Drvar en beginnen met een klim van 250 m. De zon tegemoet, terwijl boven het dal van de Unac nog een wolkendek hangt.

Afbeelding

Dan volgt een mooie afdaling naar het dal van de Una, dat 400 m lager ligt.

Afbeelding

Beneden in Martin Brod treffen we een spektakel van stromend en vallend water, oververzadigd met kalk uit de karstbodem. Overal waar dit water terecht komt, kunnen kalkdeeltjes neerslaan die zich op kunnen hopen tot kalktuf (niet te verwarren met tufsteen, dat een vulkanische oorsprong heeft). Hier is kalktuf uitgegroeid tot natuurlijke dammen, die het rivierwater opstuwen.

Afbeelding

Afbeelding

We drinken appelsap van een lokale fruitkweker op een terras bij een watermolen, waar ook een oervorm van de wasmachine is te zien. Zo dicht bij het koele water hebben we geen last van de hitte.

Afbeelding

Om drie uur zijn we in Kulen Vakuf. Daar vinden we een overdekt terras, net op tijd voor de stortbui die we aan zien komen.

Afbeelding

Vier minuten later heeft het noodweer onze plek bereikt.

Afbeelding

Voor het eerst op onze tocht zien we hier ook een Bed-&-Bike-bordje. Wij fietsen echter door naar de camping, want de regen duurde maar kort en het klaart al op.

Afbeelding

Het gras is nog drijfnat van de regen. We zetten snel de tent op en gaan naar het eetcafé.

Afbeelding

Vanuit het eetcafé zien we witte wieven boven de Una hangen.

Afbeelding

Hoog boven de camping valt nog een laatste glimpje zon op het kasteel van Ostrovica.

Afbeelding

wordt vervolgd
Donderdag 31 mei 2018. Van Kulen Vakuf naar Orašac, 20 km

Afbeelding

Het is fris en nevelig wanneer we vertrekken. Na een paar kilometer zien we het dorpje Klisa oplichten in de zon.

Afbeelding

Hoog boven Orašac torent de ruïne van een middeleeuwse burcht uit. Deze werd later door de Turken versterkt en uitgebreid met een omwalling, waarbinnen ook een moskee gebouwd werd. Eeuwenlang lag hier de grens tussen het Habsburgse en Ottomaanse rijk. Aan de westzijde van deze grens, in de Kroatische Krajina, stimuleerden de Habsburgers immigratie van christelijke, anti-Turkse Serviërs uit het Ottomaanse Rijk. Aan de oostzijde, in de Bosnische Krajina, moedigde de Turkse sultan de vestiging van moslims en de bekering van christenen aan.

Afbeelding

We volgen een verlaten grindweg langs de Una. Deze weg eindigt bij een grote waterval. Daar willen we koffie drinken, maar 4 km eerder ziet Corrie al een terras bij een pension annex camping. We gaan er zitten en even later drinken we koffie met de eigenaar van het pension.
"Gisteren had ik hier nog gasten", vertelt hij. "Zij bleven hier ook eten. Ik heb toen een visschotel voor ze gemaakt."
Corrie vraagt of de camping al open is.
"Jazeker. Hiernaast kunnen wat tenten en campers tussen de fruitbomen staan."
"Soms zoeken we overnachtingsplekken op het internet"
, vervolgt Corrie. "Maar niet alles is online te vinden."
"Ons pension ook niet, want we zien het liefst gasten die via via van ons hebben gehoord, of hier bij toeval langskomen, zoals jullie. Met booking.com krijg je veel meer Arabieren en ander raar volk in huis. Wij hebben liever gasten uit Noord-Europa, want dat zijn tenminste betrouwbare mensen. We hebben ook wel eens Arabieren over de vloer gehad, maar ik zit er niet op te wachten. Ze zijn onbeleefd, maken een hoop rotzooi en doen hier alles wat in hun eigen land verboden is. Dat wil zeggen, de mannen. Hun vrouwen mogen niks. Waar fietsen jullie nu naartoe?"
"Vandaag naar Bihac en morgen naar Plitvice."

De man grijnst en schud zijn hoofd. "Plitvice? Waarom wil iedereen daar toch heen? Het is er duur en druk geworden door al die Chinezen. Echt een gekkenhuis daar. Gaan jullie eerst nog naar de Strbacki watervallen aan het eind van deze weg"
"Jazeker, en na die watervallen willen we door het bos omhoog fietsen, zodat we de grote weg kunnen omzeilen."

De man schudt opnieuw zijn hoofd. "Daar kun je niet fietsen. De weg door dat bos is nog slechter dan die langs ons huis en gaat steil omhoog."
"We zullen het wel zien. Als het niks is, rijden we wel een stukje om."


We fietsen het laatste stukje naar de watervallen en zetten de fietsen daar aan een picknickbank vast. Te voet lopen we verder over trappen en vlonders langs de oever van de Una. De grote waterval is indrukwekkend.

Afbeelding

Corrie had in onze reisgids al gelezen dat je op de Una fantastisch kunt raften. Ze leek ook wel zin te hebben om het eens met mij te proberen, op een stuk van de rivier dat geschikt is voor beginners. Zelf ben ik bepaald geen waterrat. Met zwemmen heb ik vroeger alleen het meest simpele diploma gehaald, omdat ik het verschrikkelijk vond om onder water te zwemmen. Ook heb ik geen talent voor zo'n beetje alles waarbij je snel moet kunnen reageren in chaotische en gevaarlijke situaties. Daarom heb ik ook nooit leren skieën, terwijl ik wel graag ga langlaufen (zoals hier en hier).
Hier is het al spannend om te zien hoe geoefende rafters te werk gaan. Eerst gaan ze met een rubberboot de rivier op tussen de grote en de kleine waterval.

Afbeelding

Dan glijden ze met de boot van de kleine waterval. De gele boot die wij vanaf verschillende standpunten met onze camera's volgen, doet dat best goed.

Afbeelding

De volgende ploeg moet vechten tegen het kolkende water, maar houdt de boot nog onder controle. Verder stroomafwaarts raken ze wel een peddel kwijt.

Afbeelding

Daarna zien we er eentje kapseizen.

Afbeelding

In de chaos die dan volgt, moet iedereen uit het water zien te komen.

Afbeelding

Corrie heeft het nu maar niet meer over een rafting-lite-tripje voor senioren met watervrees, als er al zoiets bestaat. We lopen terug naar de fietsen om te gaan lunchen. Zodra we wat verder van het koele water verwijderd zijn, is het gelijk bloedheet. Veel animo om nu nog over een slecht bospad bergopwaarts te fietsen, hebben we niet meer.

"We kunnen ook hier blijven en straks de tent opzetten bij die aardige mensen waar we vanochtend koffie hebben gedronken"
, stelt Corrie voor. Dat lijkt me geen slecht idee. Gewoon een dagje lanterfanten bij een wilde rivier. De enige keer dat we een rustdag hadden, is alweer 16 dagen terug in het Kosovaarse Jakovë. We lopen naar het café bij de parkeerplaats en nemen nog een paar koppen Bosnische koffie. Met de reisgids en een verse krant op de iPad komen we de hete uren weer goed door.

Afbeelding

Aan het eind van de middag fietsen we terug naar onze eerste koffiestop, waar we hartelijk worden ontvangen. Stiekem hopen we dat onze gastheer nog wat eten in voorraad heeft en - net als gisteren - ook voor zijn gasten wil koken. We worden echter niet uitgenodigd en gaan het liever ook niet vragen. Later komen zijn broer en schoonzus langs en die blijven ook eten. We snappen dat zij niet op ons zitten te wachten. Geen probleem, want we hebben nog noodrantsoen bij ons, dat we zeker niet mee terug naar huis willen nemen: de laatste gedroogde maaltijd uit het Leidse filiaal van een bekende outdoorwinkel. Even water koken, in het pak gooien en na tien minuten ligt er een warme maaltijd op onze borden te dampen.
Dan zetten we de tent op het versgemaaide gras tussen de fruitbomen. Deze kampeerplek doet niet onder voor een NTKC-terrein of een Deense overnatning-i-det-fri-tuin.

Afbeelding

wordt vervolgd
Vrijdag 1 juni 2018. Van Orašac naar Bihac, 45 km

Afbeelding

Helaas moeten we het dal van de Una nu verlaten omdat er in de kloof bij de watervallen geen ruimte voor een weg is. Het plan om daar door de bossen te fietsen, hebben we definitief geschrapt. Voordat het heet wordt, willen we de eerste klim van 400 m achter de rug hebben. Dus nemen we de asfaltweg, al betekent dat wel dat we later wat langer een grote weg moeten volgen.
Halverwege de klim zetten we koffie bij een tappunt met bankjes. Het moet goed water zijn, want een automobilist vult er een tiental grote jerrycans mee. Hij is eigenaar van een pension en laat er geen twijfel over bestaan dat hij de kwaliteit van dit bronwater veel beter vindt dan wat er bij hem uit de kraan komt. We hebben het vaker gezien, auto's die stoppen bij een bron of een kraantje langs de weg.

Afbeelding

Naast deze bron ligt een islamitische oorlogsbegraafplaats. Hier liggen mannen die zijn omgekomen in 1992, toen het beleg van Bihac begon. Drie jaar lang bleef Bihac een enclave, die werd omsingeld door Servische troepen. Tot 1995, toen het Kroatische leger de Serviërs uit Kroatië en het westen van Bosnië verdreef.

Afbeelding

Na het klimmen bereiken we de grote weg naar Bihac, die aan het eind van de ochtend niet heel erg druk blijkt te zijn. Bovendien fietsen we nu 11 km lang steeds sneller naar beneden. Met snelheden tussen de 40 en 60 km/uur vliegen we over het hete asfalt. Dan zijn we weer terug bij de Una, die nu door een breed dal stroomt. Daar fietsen we verder over een rustige weg op de andere oever. Zodra we in de volle zon slechts 20 m moeten klimmen, voel ik mijn ingebouwde hitte-alarm al afgaan. Het is nog maar 12 uur wanneer we voor de poort van een schaduwrijke camping staan, maar we beseffen dat het hier de komende uren een stuk aangenamer zal zijn dan in Bihac.
We zetten de tent op, gooien de wasmachine vol en wringen de gewassen kleren goed uit. Dan span ik een lijn tussen een paar bomen, hang de was op en blijf minstens een half uur op het koele gras liggen.

Afbeelding

Later gaan we naar de oever van de Una om de bui te zien vallen die we al de hele middag verwachten. Hier blijft het echter bij een paar spetters, terwijl 5 km verder de hel losbreekt. We gaan wat eten, zodat we later nog tijd hebben om een rondje te fietsen. De camping hebben we nu wel gezien.

Afbeelding

's Avonds fietsen we heen en weer naar Bihac, waar we aanschuiven op een van de terrassen waar stadsbewoners deze zwoele avond doorbrengen met ijskoffie en lokale brouwsels van de Bihacka pivovara. Hoewel de meeste mensen hier Bosniakken zullen zijn, krijg ik niet de indruk dat men zich nu veel aantrekt van de ramadan. Dan zien we enkele vrouwen met zwarte hoofddoeken, hijabs en nikabs voorbijlopen in gezelschap van hun niet bijzonder opvallende mannen en jonge kinderen. Iedereen kijkt nu even op, sommigen met een verbaasde of afkeurende blik. Ik vermoed dat dit zo'n groep Arabische toeristen is, waar onze gastheer van gisteren het bij de koffie al over had (zie dit artikel).

wordt vervolgd
Het was weer mooi en boeiend Kees.
Bedankt
Dirk
Zaterdag 2 juni 2018. Van Bihac naar Plitvice, 51 km

Afbeelding

Vandaag willen we Plitvice bereiken. Dat is niet ver, maar wel een stuk omhoog. Rond half acht verlaten we de camping onder een strakblauwe hemel. Hoog boven ons zien we het pas gerestaureerde fort van Sokolac, dat samen met een minaret de oude grens van het Ottomaanse Rijk markeert.

Afbeelding

Bihac hebben we gisteravond al even gezien, dus daar fietsen we nu snel doorheen. Voor de koffie willen we eerst een stuk geklommen hebben.
We rijden nu recht op de bergen af en zien in de verte iets dat op oude graven lijkt, of een Keltische stenen cirkel. Ik maak er een foto van en kom, zoals wel vaker, pas veel later achter de betekenis. Het zijn 'spomenika', monumenten uit de tijd van Tito, waar voormalig Joegoslavië mee bezaaid is. Op deze interactieve kaart zijn ook deze stenen te vinden. Ze zijn hier in 1981 neergezet ter nagedachtenis van duizenden Serviërs, Joden en Roma uit Bihac, die in 1941 op deze heuvel van Garavice werden vermoord. In opdracht van het fascistische Kroatië, een door Hitler en Mussolini gecreëerde marionettenstaat (zie hier). Ik lees verder dat deze spomenik tijdens het beleg van Bihac (1992-1995) door beschietingen, en later door vandalisme, zwaar beschadigd is: 'today, the spomenik complex lays in ruin, largely vandalized, marginalized and forgotten. While some modest remembrance ceremonies are still held here occasionally, the site sits mostly un-utilized, playing host mostly to the grazing sheep who flock across the hillsides.' Er zijn plannen om dit complex te restaureren, maar je zou ook kunnen stellen dat in dit land een monument de waan van de dag pas is ontstegen, wanneer het een ruïne is geworden. Elke generatie herschrijft hier de geschiedenis en zet nieuwe monumenten neer, waar de volgende generatie weer schapen tegenaan kan laten plassen. Om verder te kunnen met elkaar, zonder te bezwijken aan een overdosis historische trauma's.

Afbeelding

Een half uur later treffen we naast een moskee nog meer vergane glorie aan. Mooie verweerde grafstenen, zoals we die al eerder hebben gezien, maar nu met met nog goed zichtbare kleuren en teksten.

Afbeelding

In het laatste dorp voor de Kroatische grens kopen we koffie van onze laatste bammen (BAM staat voor Bosnische inwisselbare mark, die buiten Bosnië alleen waarde heeft voor verzamelaars van monopoliegeld). Op het terras krijgen we bezoek van een prachtige vlinder, die geduldig een fotosessie uitzit.

Afbeelding

Vroeg in de middag bereiken we Jezerce. Elk huis is hier een pension, maar wij willen naar dat ene airbnb-adres waar we in de tuin kunnen kamperen. Op de online kaart staat echter niet de juiste plek aangegeven. Driemaal fietsen we 1,5 km heen en weer in de dorpsstraat, zonder het juiste huisnummer te vinden. Wanneer Corrie het aan een dorpeling vraagt, weet die het ook niet. Uiteindelijk komen we erachter dat we tussen twee huizen een zijweg in moeten fietsen. Snel zetten we de tent op in een mooie grote boomgaard, waar we twee nachten zullen bivakkeren. Hier hebben we veel meer rust en ruimte dan op de officiële camping van Plitvice, die 6 km van de ingang van het nationale park ligt en ook nog eens 300 m lager. Nu is de afstand slechts 4 km en hoeven we maar 30 m te dalen en te klimmen.

Afbeelding

Om drie uur fietsen we naar het nationale park. We merken dat we hier op bijna 700 m hoogte zitten, want het is niet meer zo heet en benauwd als het de afgelopen dagen rond deze tijd was. We hebben nu tenminste weer zin om actief te zijn.

We kopen toegangskaarten voor twee dagen bij de hoofdingang, waar we eerder het gevoel hebben dat we naar een pretpark gaan dan naar een natuurgebied. Na een korte boottocht over een langgerekt meer maken we een mooie wandeling over paden en vlonders. Voor het eerst sinds Mostar lopen we weer tussen de toeristen. Dat is even wennen, maar gelukkig wordt het tegen de avond rustiger. En de wandeling is zeker de moeite waard. Morgen willen we een groter stuk gaan lopen.

Afbeelding

Afbeelding

wordt vervolgd
Zondag 3 juni 2018. Wandelen in Nationaal Park Meren van Plitvice.

Afbeelding

We fietsen weer naar de ingang van het park en lopen naar het pontje dat naar het begin van de langste wandelroute vaart. We hebben waarschijnlijk pech dat we hier precies in het weekend zijn, want er staat een lange rij toeristen op de steiger. Al zijn de vele Chinezen hier vast geen weekendgasten.

Afbeelding

Net als enkele dagen terug in Martin Brod, gutst ook hier water over natuurlijke dammen van kalktuf (zie hier voor een beschrijving van dit proces).

Afbeelding

Afbeelding

Het waterballet is hier nog wat grootser en spectaculairder dan in Martin Brod, en goed te bekijken vanaf vlonders en knuppelpaden, die ook zonder goede wandelschoenen te belopen zijn. Helaas is het hier ook veel drukker. Net als de Baai van Kotor, de binnenstad van Dubrovnik en de wijk rond de Stari Most in Mostar, staan de Meren van Plitvice op de Werelderfgoedlijst van Unesco. Een zekere mate van drukte hoort natuurlijk bij een stad, maar in een natuurgebied zou je niet het gevoel moeten krijgen dat je in de Efteling bent beland.

Afbeelding

Gelukkig zijn de toeristen hier niet gelijkmatig verspreid, maar zijn ze, net als wij, eerst met een pontje overgezet. Wanneer we even wachten tot de mensen die met ons pontje zijn gearriveerd, ons allemaal gepasseerd zijn, duurt het wel tien minuten voordat de eerste passagiers van het volgende pontje hier zijn. Die pontjes hebben hetzelfde effect als stoplichten: een vloedgolf aan passanten bij groen licht en een tijdje rust bij rood licht. Zolang het ons lukt om tussen twee menselijke vloedgolven te blijven, kunnen we redelijk ontspannen genieten van de natte groene jungle om ons heen.

Afbeelding

Afbeelding

Onder water is goed te zien hoe dood materiaal dat al een tijdje in het kalkrijke water ligt, wordt omhuld met een laagje kalktuf. Na zeer lange tijd kan die laag zo dik worden, dat deze het wateroppervlak bereikt. Wanneer er genoeg dingen in het water terecht komen, zoals bomen, takken en selfie sticks, kunnen deze in de verre toekomst uitgroeien tot barrières van kalktuf die het water op kunnen stuwen.

Afbeelding

Wanneer we weer terug zijn bij de tent, overleggen we hoe we naar Zagreb zullen fietsen. Via een rechtstreekse route door Kroatië kunnen we er al in twee à drie dagen zijn. Corrie heeft in de reisgids iets gelezen over een moerassig gebied met veel houten huizen, waar het wemelt van de ooievaars en waar nog een ouderwetse Midden-Europese sfeer hangt.
"Dat is ten oosten van Zagreb", zeg ik. "Langs de oevers van de Sava. Helaas ligt dat niet op de route, tenzij we een omweg via Bosnië maken."
"Ik zou best nog meer van Bosnië willen zien. De sfeer die je daar had, mis ik een beetje in Kroatië. Het was daar ook minder druk"
, vindt Corrie.
Het roer is om. Ik begrijp wat Corrie bedoelt. Ook ik ben een beetje bang dat het binnenland van Kroatië veel op Oostenrijk of Tsjechië gaat lijken, zonder die bijzondere Balkansfeer die we de afgelopen weken hebben geproefd. Na het eten maak ik een nieuwe gps-track naar Bosanska Krupa in Bosnië. Daarvandaan kunnen we een heel stuk stroomafwaarts langs de Una fietsen, die in de Sava uitkomt.

wordt vervolgd
Maandag 4 juni 2018. Van Jezerce naar Bosanska Krupa, 68 km

Afbeelding

Iets na half acht fietsen we weg, heuvelafwaarts naar de grens. Dan volgen we de nieuwe route over Bosnische binnenwegen langs een lappendeken van veldjes, bosjes, fruitbomen en hooibergen.

Afbeelding

's Middags is de Bosnische hitte ook weer terug. We vinden een perfecte picknickplek in de beeldentuin van het kasteel van Ostrozac.

Afbeelding

Het kost Corrie weinig moeite om te integreren met de kunstwerken om haar heen.

Afbeelding

Afbeelding

Afbeelding

Ondertussen maak ik een wandeling door de koele verlaten gangen van het kasteel.

Afbeelding

We passeren een gloednieuwe moskee, die een beetje eenzaam tussen de velden staat. Ik vraag me af of er er geen ouder, authentieker exemplaar in de buurt was, dat gerestaureerd had kunnen worden. Of zien islamitische geldschieters liever dat er grote glimmende moskeeën worden gebouwd op plekken waar ze opvallen? Ik moet hier even denken aan de refodomes, die de laatste tijd in de Nederlandse bijbelgordel worden gebouwd.

Afbeelding

Dan dalen we steil af naar het dal van de Una. In de diepte zien we Bosanska Krupa liggen. De bergen aan de overkant verdwijnen in een snel groeiende donderwolk.

Afbeelding

Net op tijd vinden we een tot café verbouwde vissershut op palen aan de Una. Vanaf het overdekte terras horen en zien we de bui losbarsten. De barman raadt ons aan om onze fietsen hier ook veilig en droog neer te zetten.

Afbeelding

We bestellen nog maar een paar koppen thee. Ondertussen leg ik het natuurgeweld vast.

Afbeelding

Afbeelding

Na de bui gaan we op zoek naar een winkel in Bosanska Krupa, een echte Bosnische stad met een gammele houten loopbrug, een rivierpromenade en een oud fort op een rots.

Afbeelding

Drie torens op een rij vertegenwoordigen de meest voorkomende religies in dit land, al wonen er niet veel orthodoxen en katholieken meer in deze stad. Duizenden Serviërs, honderden Kroaten en bijna de helft van de Bosniakken die hier vroeger woonden, zijn uit Bosanska Krupa vertrokken.

Afbeelding

Ook karakteristiek voor deze streek zijn de vissershutten op palen.

Afbeelding

's Avonds eten we op het balkon van onze hotelkamer, met een uitzicht waar geen terras aan kan tippen.

Afbeelding

wordt vervolgd
Dinsdag 5 juni 2018. Van Bosanska Krupa naar Hrvatska Kostajnica, 64 km

Afbeelding

We ontbijten weer prinsheerlijk op ons balkon. Wanneer we de fietsen uit de berging komen halen, vraagt de beheerder van het hotel ons nog of we echt geen ontbijt willen. Dat wimpelen we beleefd af, want we hadden allang gezien dat de ontbijtruimte in dit hotel weer zo'n zaaltje met migrainemuziek is, waar het stinkt naar spek, gebakken eieren en sigaretten.

Afbeelding

We fietsen door de vallei van de Una naar het noordoosten. We volgen steeds een weg op de stille oever van de rivier, tot vlak voor de Kroatische grens. We willen onderzoeken of fietsers daar de grens over kunnen, maar een man die ons vanuit zijn tuin de weg op ziet fietsen die waarschijnlijk bij de grens is versperd, schreeuwt dermate luid naar ons, dat we hem niet kunnen negeren. Wanneer we omkijken, gebaart hij dat we hier een brug over moeten om op de andere oever verder te fietsen.
Dat betekent dat we voorlopig nog op de Bosnische oever blijven, want de grens blijft vanaf hier de Una en de Sava volgen. Gelukkig is er ook hier vaak wel een stille weg te vinden, die parallel loopt aan de niet idioot drukke, maar toch niet zo fijne hoofdweg.

De Una verandert nu van een bergrivier met stroomversnellingen in een breed en traag stromend water met steeds meer stranden en ooibossen.

Afbeelding

De beloofde ooievaars zien we hier nog niet, wel een buizerd die bovenop een hooimijt de omgeving afspeurt.

Afbeelding

In Bosanska Kostajnica nemen we dan toch afscheid van Bosnië. De grens ligt hier niet midden in de Una, maar loopt door de uiterwaarden aan de Bosnische kant. Tussen de grens en de rivier ligt een oud fort, waarin eeuwenlang de grens van het Habsburgse Rijk werd bewaakt, al hebben deTurken het ook nog ruim een eeuw in handen gehad.

Afbeelding

wordt vervolgd
Ik neem aan nog 2 dagen te gaan Kees en dan is de reis voltooid.
Een fietsreis met informatie over land, volk, natuur, cultuur en geschiedschrijving.
En dat met een enorme lading foto's geïllustreerd.

Bedankt dat je dit met ons hebt gedeeld.
janenliseth schreef:
za 22 dec, 2018 19:02
Ik neem aan nog 2 dagen te gaan Kees en dan is de reis voltooid.
Een fietsreis met informatie over land, volk, natuur, cultuur en geschiedschrijving.
En dat met een enorme lading foto's geïllustreerd.

Bedankt dat je dit met ons hebt gedeeld.
Dikke vette +1. Kan niet wachten tot de kids uit huis zijn om dit samen met vrouwlief te gaan doen. :D
Woensdag 6 juni 2018. Van Bosanska Krupa naar Sisak, 71 km

Afbeelding

Het deel van Kroatië waar we nu fietsen, is een oase van rust. Heel anders dan rond Dubrovnik en Plitvice. Zelfs een slak heeft hier een een redelijke kans om ongeschonden de overkant van de weg te bereiken.

Afbeelding

Na een uur fietsen wordt het terrein helemaal vlak. We zijn nu in de brede vlakte waar de Sava doorheen stroomt. Af en toe passeren we een prachtig oud houten huis. Vaak zijn deze huizen tot schuur gedegradeerd en staat er een nieuw huis van saaie prefabstenen naast.

Afbeelding

In Bobovac staan ook oudere huizen van steen, waarvan het pleisterwerk vol kogelgaten zit.

Afbeelding

Volgens de OpenFietsMap zou er in Bobovac een pont over de Sava moeten zijn. Op de plek waar die ooit vandaan moet hebben gevaren, zien we echter niets dat in de verste verte op een veerboot lijkt.

We hopen dat er in het volgende dorp nog wel een pont vaart. We fietsen verder over de stille rivierdijk met mooie doorkijkjes door de ooibossen. Hier zijn voor goede speurders vast wel beverburchten te vinden.

Afbeelding

In Selišce Sunjsko bestaat de veerdienst nog wel. Een oude kabelpont vaart hier heen en weer tussen de beide oevers.

Afbeelding

Aan de overkant is het toeristischer en zijn veel houten huizen gerestaureerd. Het dorp Cigoc is de ooievaarshoofdstad van Kroatië. Hier is ook een camping. Als we nog een serieuze klim voor de boeg zouden hebben, hadden we hier vanwege de hitte vast en zeker onze tent opgezet. Op de vlakke rivierdijk hoeven we ons echter niet zo in te spannen. Ook creëren we door te fietsen nog wat verkoelende rijwind. Dus fietsen we nu verder, al slaan we de koffie en taart op het schaduwrijke terras van de camping niet af.

We zien nu ook overal ooievaarsnesten. Zou het toeval zijn dat dit dorp Cigoc heet en het Franse woord voor ooievaar cigogne is?

Afbeelding

Afbeelding

Op de dijk hebben we mooie vergezichten over de uiterwaarden van de Sava. Koeien hebben het grazen gestaakt en zoeken nu verkoeling in het water, als op een schilderij van Albert Cuyp.

Afbeelding

In Sisak zoeken we een hotel, bij gebrek aan een camping. Tot mijn schrik komen we er bij het inchecken achter dat ik mijn ID-kaart niet meer bij me heb. Deze kaart blijkt nog onder de klep van de scanner in het vorige hotel te liggen. Gelukkig heb ik voor deze reis ook nog een paspoort bij me. Mijn ID-kaart wordt opgestuurd en enkele weken later per snailmail bij ons thuis bezorgd.

wordt vervolgd
Donderdag 7 juni 2018. Van Sisak naar Zagreb, 71 km

Afbeelding

We zetten de tocht langs de Sava voort en fietsen door een niet heel spectaculair, maar wel heerlijk relaxed huisje-kerkje-ooievaartje-landschap.

Afbeelding

Om tien uur hebben we al 30 km afgelegd. In het mandenmakersdorpje Veleševec vinden we een bakker naast een café, de klassieke succesformule voor een geslaagde koffiestop. Langs de weg staat hier ook een grote mand met echte bloemen. Dat is bijzonder, want de afgelopen weken zagen we alleen maar boeketten en kransen van nepbloemen.

Afbeelding

Om twaalf uur hebben we er 55 km opzitten en is het nog maar een uur fietsen naar Zagreb. Dat stellen we nog even uit, want het is al veel te heet om door een grote drukke stad te fietsen. Liever liggen we nog een tijdje voor pampus in de schaduw van een grote boom in de tuin van een kerk, op loopafstand van een winkel met gekoelde dranken.

Om vier uur bereiken we een appartement met binnenplaatsje voor de fietsen, vlakbij het hoofdstation van Zagreb.
Tegen de avond wandelen we door de stad en vinden we zowaar een veganistisch restaurant met een terras op een binnenplaats. De menukaart is een welkome afwisseling op de gebruikelijke Balkan gerechten, waar we meestal de keuze hadden tussen heel veel vleesschotels, kebab, karper of - als het meezat - forel en Griekse salade. Wel zien we hier weer een tafeltje waar stevig wordt gepaft. Tabak is een plant, dus is roken niet in strijd met veganisme. Zeker niet op de Balkan.

Vrijdag 8 juni 2018. Dagje Zagreb

De laatste dag blijven de fietsen binnen en maken we een voettocht langs terrassen, schaduwrijke parken, aangenaam koele kerken en musea.

Afbeelding

De terugreis: per trein van Zagreb naar Leiden

Zaterdag 9 juni 2018. Dagtrein van Zagreb naar Wenen en nachttrein van Wenen naar Düsseldorf.

's Ochtends vroeg stappen we in de eurocity van Zagreb naar Wenen, waarin we gereserveerde fietsplekken hebben.

Afbeelding

Vroeg in de middag bereiken we Wenen. Dichtbij het station vinden een park met waterpartijen en een siëstaweide met wat bomen, waar we de hete uren doorbrengen. Daar is ook een terras, waar we voor het eerst in zes weken asperges op het menu zien staan. Zo wordt de laatste avond van deze reis het spiegelbeeld van de eerste, toen we in Keulen op een vergelijkbare plek met dampende asperges en koele riesling op de nachttrein zaten te wachten.

Hier eindigt dit dagelijkse beeldverslag van onze Balkantocht. Ik hoop dat velen ervan hebben genoten en inspiratie hebben opgedaan voor nieuwe fietsreizen. Verder wens ik iedereen nog fijne feestdagen en veel mooie tochten in het nieuwe jaar.