Kijk voor foto's op: http://www.jimvandenberg.nl
Karakter
Fietsvakantie in april 2005 van Jim met Carolien, Freek en Klaas in Syrië plus stukje Libanon en Jordanië. We sliepen uitsluitend in hotels, voor de zekerheid hadden we wel tent plus alle kampeeruitrusting bij ons, maar dit bleek achteraf niet nodig. Mijn vakantie duurde 2 weken, de anderen gingen nog 2 weken door naar Egypte.
DE MAILBERICHTEN
Amman
Ik ben zaterdag 9 april 2005 gearriveerd in Amman, Jordanië, waar ik ben ontvangen door Samir Hussein, met wie ik via internet (de Hospitality Club) contact heb gezocht. Hij heeft mij met zijn auto opgehaald van de airport, fiets achterin en daarna naar zijn kantoor, waar hij een klein appartementje heeft waar ik mocht slapen. Super natuurlijk en erg makkelijk, een hartelijk ontvangst in Jordanië.
Busrit
Ik kon redelijk goed slapen en ben de volgende ochtend weer door Samir opgehaald. We hebben eerst samen Mount Nebo en het stadje Madaba bezocht, waarna ik in de middag bij het busstation een kaartje koop voor de rit van Amman naar Aleppo in Syrië, een rit van 9 uur, kosten 10 euro inclusief fiets. Omdat de bus maar 1 keer per dag gaat en pas in de middag om half drie vertrekt wordt het een latertje. Ik heb Freek een sms-je gestuurd over mijn late aankomst, hopen dat ze die nog lezen (NB: nee dus, zij hadden geen van drieën ontvangst in Syrië).
In de bus heb ik gezelschap van Hamada, een net afgestudeerde apotheker, die nu in Aleppo bijna 2 jaar een apotheek runt. Hij heeft een a.s. vrouw in Jordanië, dus reist hij regelmatig op en neer van huis naar haar. Hij spreekt goed Engels, en ik kan al een aardig beeld krijgen van wat me te wachten staat in Syrië. Hij is erg aardig en als we tegen 24.00 uur aankomen in Aleppo brengt hij me nog naar het hotel.
Ik had tevoren in NL al een hotel geboekt, te weten het Tourist Hotel, van madame Olga, waar ze gelukkig van mijn komst weten. Een goede schone kamer kost 10 euro per nacht, ik kan de fiets kwijt op het balkon op de 1e etage en wordt verwezen naar kamer 8, waar iemand van mijn groepje zou slapen. Na een aantal keer flink kloppen komt er een verwarde Klaas in de deuropening en we zijn blij elkaar te zien. Ze wisten volstrekt niet waar ik was en of ik nog zou komen. Hun telefoons hebben nl. geen bereik, we hebben nog niet gemaild, dus de ontmoeting was aanvankelijk redelijk ongewis. Maar ik ben er gelukkig.
De busreis is redelijk comfortabel, we hadden jammer genoeg niet een heel mooie bus, die rijden er namelijk wel rond hier in deze regio, maar deze ging er net mee door. In de bus krijg je soms wat water, maar verder comfort en voorzieningen zijn er niet, en bij iedere stop wordt volstrekt geen info gegeven (bijv. Jordanië uitgaan en dat we bij de Syrische grens komen).
Uiteindelijk, met hulp van de apotheker, gaat alles goed, en ben ik blij dat de 9 uur voorbij zijn.
De nacht slaap ik slecht, want het was bloedheet op de kamer, dus redelijk moe beginnen we de eerste dag in Syrië. Verrast zijn Freek en Carolien als ze mij zien, alles is toch volgens afspraak gegaan. We gaan vandaag lekker lummelen in Aleppo.
Aleppo
Aleppo is de grootste stad van Syrië, met 4 miljoen inwoners. We bezoeken de souks, een enorm stelsel van straatjes met winkeltjes, zowat alles overdekt door verkoelende daken. Daarna de Citadel en de grote moskee en dat was het wel eigenlijk wat ons betreft. We zijn geen van allen zulke cultuurmensen, dus we vinden het prima zo.
Syrië ziet er op het eerste oog wel redelijk welvarend uit, wat rommelig, af en toe lijkt het wat op Spanje van jaren terug. Ik praat dan over de stad, het platteland zal wel minder zijn, dat gaan we de komende dagen ontdekken.
Freek, Klaas en Carolien hebben er al 2 flinke fietsdagen van ieder 140km opzitten, en dat is niet misselijk zo met die bergen hier. Ze zijn dan ook blij met zo'n rustdagje.
Eerste fietsdag
We fietsen vandaag 147km om bij Apamea aan te komen. Iets wat we achteraf niet hadden ingecalculeerd, zo'n lange etappe. Maar we starten vroeg, zitten rond 7 uur op de fiets, na op de kamer te hebben ontbeten. We verlaten Aleppo en op de weg is het nog niet zo heel druk als je zou verwachten van zo'n miljoenenstad. Uiteraard is er al volop vrachtverkeer, taxi's, busjes etc. En dit zal de komende dagen niet anders zijn. Het is ook veel drukker met verkeer dan ik in al mijn eerdere fietsvakanties heb meegemaakt. Wat dat betreft is Syrië niet echt een fietsland. Maar de bevolking maakt veel goed.
Thee drinken
De Syriër is heel hartelijk, zeer gastvrij en niet opdringerig. We worden de hele dag door gewenkt om maar een bakje thee te drinken bij mensen thuis.
Vandaag nemen we de uitnodiging aan bij enkele oude mannetjes in een sober huisje, waar we op de grond op tapijtjes mogen zitten. Wij in ons "ondergoed", ofwel strakke fietskleding. Alleen Carolien is degelijk gekleed, ze heeft altijd een lange broek, een shirt met lange mouwtjes en een hoofddoek op. We lurken heel kort even aan de waterpijp en drinken enkele kopjes thee. We lachen wat, proberen te communiceren, maar dat is begrijpelijkerwijs nauwelijks mogelijk.
Lange etappe
We vervolgen onze weg naar Idlib, waar we in het parkje zitten, bij de schoenpoetsers, en ons weer thee wordt aangeboden. Het fietsen gaat erg makkelijk, ondanks dat ik niet zoveel fietskilometers in de benen heb, en de heuveltjes vormen geen probleem. We fietsen gestaag door en hebben al een flink stuk afgelegd en besluiten in Kafr Nabil om toch het laatste stukje (14km of is het nu 40km?) af te leggen naar Apamea, een bekende opgraving hier in Syrië. Het blijken er dus achteraf meer dan 40km te zijn, en dat nog wel in bergachtig terrein, we moeten soms flink klimmen een aardige heuvel over om de Orontes-vallei te bereiken, waar Apamea ligt. We vragen herhaaldelijk of we goed zitten en welke kant het uit is. Als ze ons al begrijpen dan roepen ze gestaag: "5 km". Iedere keer 5km, da's toch verdacht. En zo fietsen we maar door, we hebben geen keus, we worden al aardig moe, en de tijd begint te dringen. Eindelijk krijgen we een afdaling en kunnen we met hulp van de plaatselijke bevolking een hotelletje bereiken. Dat is onverwacht mooi, met restaurant en zwembad. We zijn doodop. Gelukkig konden we een paar km terug nog een gegrilde kip kopen en we storten ons op dit heerlijk gebraden kippetje, want we hebben niet veel gegeten vandaag.
Water is hier overigens soms een probleem. We dachten dat we overal wel flessen water konden krijgen, maar in deze regio is dat vaak onmogelijk, dus kopen we maar ten einde raad cola en 7up, wie weet moeten we daar zelfs een keer onze pasta mee koken.
Hotel Taj Apamea
Het hotel is op zich prima, lekker warme douche, weer een meevaller. De kamer kost 500 pond (na afdingen) diner 850 en ontbijt ook 850, steeds voor 4 personen. Omgerekend 3 euro diner, 3 euro ontbijt, kamer 4 euro p.p. Het ligt vlakbij Apamea.
Apamea
De volgende ochtend uitslapen, 7 uur gaat pas de wekker, en rond half 9 vertrekken we bepakt en bezakt naar Apamea, hier 2 km vandaan. Apamea is een schitterende oude stad, daterend uit de Griekse tijd, waarvan met name de zuilengalerij zeer bezienswaardig is. Dit is een 2 km lange straat uit de Grieks-Romeinse tijd, aan weerszijden geflankeerd door pilarengalerijen. Heel bijzonder, wellicht de langste pilarengalerij die nog over is uit die tijd. We kunnen zelfs fietsen over de 2000 jaar oude straat en we zijn alle 4 zeer onder de indruk van deze oudheden, het is echt meer dan zomaar een hoopje stenen. We stellen ons dan ook voor hoe het was geweest hier, 2 à 3 duizend jaar geleden.
Op weg naar Krak
Nieuwe dag. We gaan op pad voor een veronderstelde lichtere etappe, achteraf toch weer 90 kilometers, die vooral zwaar waren omdat we eerst veel hebben rondgekeken bij Apamea en de etappe aan het einde van de dag een groot aantal zeer steile hellingen kende. Wederom is het veel zoeken hier, en veel vragen, hetgeen ook al een hele opgave is. Iedereen bemoeit zich ermee en voortdurend komt er een nieuw of ander stukje info. Met eigen inzicht, combineren van de 4 verschillende kaarten die we bij ons hebben en de info van de plaatselijke bevolking komen we dichtbij Krak, ons volgende doel. Een 5-tal km voor Krak vinden we een hotel, op zich prima, mooi gelegen hoog in het dorpje met uitzicht op de burcht van Krak, maar waar we uiteindelijk wel wat discussie hebben over de kamers en vooral over de prijs. Het is dus heel erg belangrijk om heel goede afspraken te maken over de prijs hier, want we hebben vaak misverstanden, die ook in de groep doordringen, ook al omdat we zo moe zijn einde van de dag. De onderlinge wrijvingen worden op een heel goede manier opgelost en uitgesproken, en met de hoteleigenaar weten we uiteindelijk nog een acceptabele prijs uit te onderhandelen (42 euro voor 4 personen, logies, ontbijt, diner).
Krak des Chevaliers
Vandaag staan we wederom wat later op, 7 uur. We kunnen ontbijten in het hotel, en dat is toch wel zo gezellig, leuker dan een toastje smeren op de hotelkamer. We dalen de gigantisch steile helling van het hotel richting dorp veilig af, heel behoedzaam, stapvoets, en zetten koers richting Krak.
Krak des Chevaliers is een kruisvaardersburcht, zo'n 1000 jaar oud, de grootste en mooiste burcht die resteert uit de tijd van de kruisvaarders. We zijn erg onder de indruk, en kunnen wel uren rond blijven hangen. We bekijken veel vertrekken en kunnen ons goed de drukte voorstellen die hier moet hebben geheerst. Toen zaten er zeker 2000 soldaten boven op elkaar in deze relatief beperkte ruimte om zich te verdedigen tegen de vijand, hetgeen ze achteraf toch niet helemaal is gelukt.
Ook de klim naar Krak is zeer steil, maar niet zo steil als de klim naar het hotel gisteren, dus we halen alle vier fietsend de top: proficiat.
Fietsen
Het fietsen gaat mij makkelijk af, ik voel me goed en de anderen zijn ook erg fit. Wel merk ik dat ik bergop iets sneller ben, maar dat komt omdat ik de helft van het gewicht heb te verstouwen. Ik heb veruit de lichtste fiets, en ik heb maar 2 fietstassen, Freek en Klaas hebben 6 tassen! En dat scheelt natuurlijk enorm als je tegen de zwaartekracht moet optornen tijdens een klim.
Het fietsen in Syrië is overigens niet heel erg fijn. Ik vind het te druk, en het verkeer is voortdurend bezig met je te begroeten met een uitbundig geclaxonneer. Wel leuk hoor, maar soms wordt je horendol van al die herrie hier.
Vandaag hebben we 40km op de snelweg gefietst, en ik zal er niet veel over zeggen, maar dit was een kleine ramp.
De mensen
De mensen zijn superaardig. We worden steeds uitgenodigd en nemen ook af en toe een uitnodiging aan, zoals ook gisteren in het veld, waar we bij de vrouwen mogen zitten. Het is erg gezellig, we lachen ons rot met die vrouwen en 1 vrouw heeft duidelijk een oogje op Klaas, hetgeen ze absoluut niet onder stoelen of banken steekt. Ze omarmt hem om een leuke foto te laten maken. Wei weet wordt het nog wat.
Homs
We zijn zonet aangekomen in Homs (500.000 inwoners), en hebben onze intrek genomen in een oud krakerig hotel, dat veel sfeer heeft. We voelen er ons meteen op ons gemak en betalen graag de 400 pond (6 euro) voor de kamer. Morgen zullen we hier ook wel blijven. Vandaag eerst de was wegbrengen, internetten, geld wisselen en een beetje bijtanken.
Palmyra
We genieten vandaag een rustdag en zitten in Homs (Hims), een mooi stadje dat ons prima bevalt, geen toeristen, erg gemoedelijk allemaal. We huren een taxi de hele dag voor 37 euro en brengen een bezoek aan Palmyra (Tadmoor) de belangrijkste bezienswaardigheid in Syrië.
Palmyra ligt 160 km van Homs en dat gaat bijna allemaal door woestijn. Onderweg kom je haast geen huis tegen en de weg is bijna kaarsrecht. Het is wel mooi asfalt, dus voor fietsers op zich wel te doen in 1 dag als je windmee hebt, maar het is toch erg saai. Daarbij zien we de nodige wilde honden en dat baart ons wel zorgen als we hier als fietser zouden rondtoeren.
Palmyra is een aaneenschakeling van allemaal oude stenen en enkele pilaren, soms staan nog muren overeind. Het is één van de belangrijkste romeinse ruïnes in het midden oosten, en aanvankelijk vinden we er niet zoveel aan, maar hoe meer we bij de grote overblijfselen komen, hoe meer we onder de indruk raken. We stellen ons een beetje voor hoe het hier was geweest 2000 jaar geleden, maar dat is niet makkelijk, omdat erg veel verweerd is en onder het woestijnzand heeft gelegen. Veel is omgevallen tijdens aardbevingen of verwoest door vandalen en andere volkeren (zoals noormannen, eskimo's en papoea's). Gelukkig staat er nog wel het nodige en kan je volop genieten.
Jammer genoeg is Carolien wat ziek en na enkele uren besluiten we dan ook om de terugweg te maken, werd ook hoog tijd, want Freek en Klaas hebben er samen geloof ik alweer 200 foto's bijgeschoten vandaag. Heel fotogeniek dus dat Palmyra.
Terug naar Homs
We karren in 1 ruk door naar het hotel met een gangetje van 140km per uur op deze provinciale weg en leveren Carolien en mij af bij het hotel. Freek en Klaas zijn het nog niet zat en brengen een bezoekje aan Hama, een stadje 50km ten noorden van Homs, waar de beroemde norias (waterraderen) te zien zijn.
Ik ga nog even naar de kapper (1,50 euro) en ga een tukkie doen.
's-Avonds eten we in een chique restaurant vlakbij het hotel. Aanvankelijk gingen we voor de gein de prijzen vragen en we waren toen verbaasd hoe goedkoop het was. De tent is echt ongelooflijk mooi en smaakvol ingericht, er loopt een leger aan personeel rond en we eten uitgebreid voor zo'n 17 euro met z'n vieren.
We gaan nog even langs de voor ons inmiddels bekende ijssalon en halen daar ook water, cake en andere lekkernijen en zijn toch erg moe geworden van deze "lummeldag", een dag met bezoek aan tempels en ruines is nog zwaarder dan een dag fietsen.
Busje zoeken
Vandaag staan we om 6 uur op en Carolien meldt dat ze echt goed ziek is, een behoorlijke verhoging, verder misselijk en diarree. Ons plan was om weer op de fiets te stappen, maar zij kan absoluut niet mee. We besluiten dan ook om nog een dagje Homs te doen en daarna kijken we wel verder. Carolien begint vandaag met een antibioticakuur, dus dat kan alleen maar beter worden.
De mannen gaan met de bus naar Tripoli in Libanon.
Eerst een heel gedoe om de juiste bus te vinden en om de juiste prijs af te spreken. Ikzelf vind dat wel leuk en ben daar niet zo snel gestresst van en uiteindelijk belanden we in een stokoud minibusje die ons voor 3 euro in Tripoli brengt.
De auto's hier zijn voor een groot deel de afdankertjes uit Europa, ze zijn allemaal een beetje verrot en stinken enorm, vooral de dieselmodellen.
De rit zou volgens het boekje 2 uur duren, maar wij doen er doodleuk 3,5 uur over. Dat komt vooral omdat er veel stops zijn over de 130km, we stoppen in totaal 8 keer. Allemaal autoriteiten- en papierwerk. We moeten Syrië eerst uit, dan moeten we Libanon in, per handeling 2 keer een stop, verder moeten de Syriërs zelf ook nog bij een of ander kantoortje wat handgeld afgeven, en zo hobbelen we vooral van stop naar stop.
Lekke band
En dan zijn we Libanon goed en wel binnen en we treffen onmiddellijk een verschrikkelijke weg aan. Het is hier allemaal onverhard, ze zijn over een enorme lengte aan de weg bezig, al het asfalt is er zo'n beetje af, dus het rijden hier gaat vaak stapvoets. Er zijn ook nog enkele zeer rommelige stukken tussen waar de keien overal bovenuit springen en het busje heeft dan ook prompt een lekke band. We kijken toe hoe de chauffeur dit vakkundig weet te repareren en we gaan in laag tempo naar ons einddoel, Tripoli (Trablous).
Tripoli
Het stadje is best wel aardig, maar niet echt bijzonder. We bezoeken de citadel en de moskee vooral van de buitenkant en slenteren lekker door de souk. Het leven is hier wel een stuk duurder dan in Syrië, we moeten ook weer helemaal wennen aan een volledig nieuwe valuta. We raken er soms nu al de kluts van kwijt.
Als we pakweg 2 uur het stadje hebben rondgelopen, dat is vergeven van verkeer, gaan we op zoek naar de bus naar Homs, die om 3 uur zou vertrekken. Het wordt een half uurtje later en we rijden doodleuk nog een paar rondjes door Tripoli, in de hoop dat er nog een paar passagiers mee willen naar Homs en Aleppo.
Eindelijk gaan we op weg en bij de grens hebben we weer de bekende hindernissen, paspoort inleveren, formulieren invullen, maar het loopt al met al redelijk soepeltjes, al duurt het wel errruug lang. Op de snelweg is het niet prettig en hebben we een bijna-dood-ervaring als de bus midden op de snelweg met hoge snelheid een noodstop moet maken als een vrachtwagen ons bijna de vangrail in rijdt. Vreselijk hoe deze chauffeur rijdt, links en rechts inhalen en constant toeteren. Na 3,5 uur rijden zitten we op de snelweg rond Homs en worden we er ineens uitgegooid: "dit is Homs". Ja hoor, dit is helemaal niet Homs, dit is een stuk snelweg en in de verte ligt ergens Homs. We zijn pissig en we krijgen dan ineens alternatief vervoer naar de stad. Eerst een privé-auto, dan een busje en tenslotte een taxi, dat allemaal voor ons geregeld is door de "geheime dienst". Dat was dan wel weer redelijk goed opgelost.
We gaan via het hotel, waar Carolien niet meer is, naar hetzelfde luxe restaurant, en kijken hoe de gegoede burgerij van Syrië erbij zit, en dat is beslist niet slecht. Er is hier uiteraard een groot gat tussen arm en rijk.
We bestellen weer allerlei heerlijke dingen, plus ook lekkere taartjes als afsluiter en gelukkig weet Carolien ons te vinden in het restaurant. Ze is al aan het opknappen, heeft vandaag tot 3 uur in de middag geslapen!
Naar Libanon
Vandaag weer eindelijk de fiets, 6 uur opstaan, 7.20 uur fietsen. We leggen 105km af en klimmen meer dan 1000 hoogtemeters.
We ontbijten in het gezellige erkertje van het hotel en nemen afscheid van dit alleraardigste adresje waar we een kamer hebben gehad voor 4,5 euro per nacht.
Het fietsen Homs uit gaat best makkelijk, het is in de ochtend nog niet zo druk op de snelweg, de Syriër begint niet zo vroeg, ze leven juist in de avond-uren. We komen inderdaad weer op de snelweg uit, dat is onvermijdelijk, en die moeten we 15km lang volgen. En dat is best jammer van het fietsen hier, de wegen zijn niet zo geschikt voor fietsen eigenlijk. Gelukkig wordt de weg naar Baalbek gaandeweg steeds beter.
We komen net als gisteren weer bij de Libanese grens. We mogen Libanon in en we hoeven geen visum te kopen, de eerste 2 dagen is namelijk gratis! Echt iets waar wij Hollanders over te spreken zijn. Tussen Syrië en Libanon bevindt zich een stuk van 10km niemandsland en eenmaal in Libanon is het best lekker fietsen.
Bekaa-vallei
We bevinden ons nu in de Bekaa-vallei en rechts en links van ons zijn enorm hoge bergen, voor een groot deel nog steeds besneeuwd. Mooi om te zien en om in te fietsen, dit is de mooiste dag tot nu toe. De weg klimt wel, maar het gaat heel geleidelijk.
De Libanezen hier zijn aanhangers van de Hezbollah, en ze heten ons allemaal heel hartelijk en uitbundig welkom. Veel mensen roepen en zwaaien enthousiast naar ons. Het is een heel warme ontvangst, je voelt je echt een welkome gast hier. We worden ook niet moe van het vele zwaaien en het vele groeten.
In Baalbek zoeken we een geschikt hotelletje, en dat is hier niet zo makkelijk, want het is redelijk duur en redelijk toeristisch. Uiteindelijk hebben we iets gevonden en we zitten in een kamer van 15 euro, die wel groot en modern is, maar het is niet schoongemaakt, en we hebben niet of nauwelijks warm water. En als beloning laten ze nog een enorme dieselmotor direct boven ons dak brullen, die we maar eens hebben laten stoppen als het bedtijd is.
Het eten was ook al geen succes hier, we zitten in een luxe tent, betalen een fikse prijs, 47 euro voor vier personen, en de kwaliteit is maar zozo. We hadden gehoopt op uitzicht op de ruïnes van Baalbek, maar vandaag heeft Libanon de elektriciteit uitgezet en valt er niets te zien in het donker.
Baalbek
Gelukkig zijn we vanmiddag naar de oude stad Baalbek geweest en deze was zeer indrukwekkend, daar waren we het alle vier over eens. We hadden geluk met het weer en met het licht, we zaten er nl. aan het einde van de middag en hadden prachtig strijklicht. De ruïnes hier zijn van een uitzonderlijke schoonheid en we raken zeer geïmponeerd door de grootsheid van deze oude stad, waarvan de tempel van Bacchus al enorm groot is en behoorlijk intact (alles 2000 jaar oud!), maar de tempel van Jupiter was nog veel en veel groter. Daar moet je wel wat voorstellingsvermogen voor hebben, want er staan nog maar enkele zuilen overeind. Deze zijn van giga-afmetingen, je snapt niet hoe ze dit hebben kunnen bouwen. En van een esthetische schoonheid zo mooi, we kunnen hier wel uren blijven. We houden het ook lang vol tot bijna sluitingstijd en keren weer terug naar ons hotel.
Terug naar Syrië
We fietsen vandaag ruim 100km over drukke of zeer drukke wegen, met het nodige klimwerk en tegenwind de tweede helft van de etappe. Gelukkig gaat alles goed met iedereen, niemand is ziek, we kunnen het goed vinden samen, erg belangrijk als je in verre oorden fietst.
Vanuit Baalbek starten we vroeg, staan om 6 uur op en zitten half 8 op de fiets. We maken ons eigen ontbijt in het binnenpleintje van het hotel, waar Freek zijn brander gebruikt om een lekker kopje thee te zetten. We hebben nog genoeg brood, wat sardientjes en ander beleg, en gaan op weg richting Syrië.
Druk verkeer
De weg is erg slecht, het verkeer erg druk met dikke dieselroet-rokende auto's en vrachtauto's, dus is het niet steeds een pretje om hier te fietsen, integendeel. Gelukkig houdt het verkeer wel rekening met ons, maar we worden soms toch wel moe van al dat verkeer met hun hevige getoeter. Maar ja, dat hoort erbij in deze regio.
De omgeving is wel aardig, we bevinden ons tussen twee bergruggen, beide nog besneeuwd van afgelopen winter. Af en toe fietsen we door een mooi landelijk en groen stukje, maar veelal zijn er gebouwtjes langs de weg of zijn het dorpjes en stadjes in een lange lintbebouwing.
Na 40km nemen we onze eerste pauze bij een luxe bakkerij, waar ze heerlijk gebak hebben. Een goed moment om even op adem te komen, je hersenen worden soms horendol van al dat lawaai hier.
Jammer is ook dat de mensen in deze regio geen oog hebben voor het milieu. Soms ligt het hele landschap, tot in de verste uithoeken bezaaid met plastic, allemaal zakjes en rotzooi dat door het landschap waait en dat blijft hangen aan alle graspollen en kleine struikjes. Niet fraai om te zien en heel jammer voor hun eigen omgeving.
De mensen zijn wel erg aardig en zwaaien ons uitbundig toe. Je moet alleen niet teveel over politiek praten, want sommigen kunnen dan wel wat fanatieker worden, overigens zonder dat dat hinderlijke vormen aanneemt.
Na het gebak krijgen we een lange klim voor de kiezen, die zwaar is omdat we tegenwind hebben en omdat al dat verkeer ook langzaam omhoogklimt, en waarvan de uitlaatgassen uitbundig onze longen bereiken.
We hebben het dan ook zwaar, we moeten tussendoor nog weer de nodige stops doen bij de douanes van Libanon en Syrië, die overigens vlekkeloos verlopen, en we mogen eindelijk de afdaling inzetten. Hier hebben we te maken met een forse tegenwind en het wegdek zorgt er ook voor dat we niet al te hard moeten gaan, want er duiken vaak onverwachtse gaten op, waar je maar liever niet in wil duiken.
Gelukkig houdt ons materiaal het erg goed, af en toe schiet een fietstas enigszins los, maar dat mag de pret niet drukken. We naderen toch iets sneller dan verwacht Damascus en proberen het centrum te vinden, hetgeen niet al te moeilijk is. Wel is het lastig zoeken naar een geschikt hotelletje, en we kruisen dan ook enkele verschrikkelijk drukke wegen, om uiteindelijk in Hotel Gazalh aan te komen, waar we een mooie grote 6-pers. kamer met z'n vieren kunnen delen. De kamer kost 22 euro per nacht en dit hotel is 1 van de beste tot nu toe, heel prettige sfeer, goed sanitair, rustige ligging midden in het stervensdrukke centrum van Damascus.
We eten snel even in de stad, gaan nog internetten en sluiten de avond af met en fles wijn die we nog hadden meegenomen uit Libanon.
Damascus
Rustdag vandaag, we slapen uit tot 9 uur en hebben de hele dag om de stad te bezoeken.
We gaan naar de oude stad, passeren de citadel, die dicht is vanwege werkzaamheden, en gaan via de souk naar de grote Ommayaad moskee hier. Deze valt toch iets tegen, vooral omdat het beschreven is als 1 van de mooiste en belangrijkste in de wereld. Wellicht zijn we verwend of hadden we te hoge verwachtingen. Uiteraard is er het schitterend mozaïek, maar het grootste deel daarvan is verwoest of vernietigd. Gelukkig hebben ze nog een deel kunnen restaureren.
We slenteren verder door de oude stad en schieten af en toe zomaar een klein binnenplaatsje in. Zo komen we op visite bij de Association de l'Environnement de Syrië, een NGO met vrijwilligers, die proberen het milieu in Syrië te verbeteren. Ze zijn nog erg klein, en beginnen nog maar net, dus er is erg veel werk te doen. Maar ze denken dat er al kleine lichtpuntjes zijn.
Verder lopend komen we langs een schooltje waar we een kijkje nemen en waar Freek en Carolien zich voordoen als Engelse leerkrachten. Ze mogen zomaar een korte Engelse les geven samen voor een klasje van pakweg 40 leerlingen, prachtig om te zien dat dat zomaar kan hier, natuurlijk erg leuk. Ze worden uitgenodigd om dat ook bij een andere groep te doen zo komen wij op plekken en doen we dingen die andere toeristen nooit bereiken.
We slenteren daarna wat door de souk, die immens groot is, de grootste en mooiste die ik in mijn beleving heb gezien tot nu toe. Onderweg bezoeken we nog een sjiietische moskee, waar het redelijk tolerant aan toe gaat, mannen en vrouwen lopen hier wat meer door elkaar, er worden volop foto's gemaakt en we voelen er ons erg op ons gemak. Het is een heel nieuwe moskee, met veel kitscherige inrichting, maar wij vinden het allemaal prachtig.
Onze slentertocht gaat voort in de souk en we worden erg moe van al dat gekuier. We maken dan ook makkelijk de dag vol en hebben nauwelijks de tijd om eens rustig ergens te gaan zitten.
Na de kaart te hebben bestudeerd voor de route die we morgen willen fietsen gaan we weer eten bij hetzelfde restaurantje, waarna we even snel internetten om toch vroeg het bedje op te zoeken, morgenochtend gaat immers om 6 uur weer de wekker.
Naar Suweida
20 april: 118km, 745m geklommen
We stappen weer op de fiets. Een rustdag, zoals gisteren, vind ik op zich wel fijn hoor, maar ik ben gek genoeg altijd vrij snel uitgekeken op een stad, hoe mooi dit Damascus ook is, redelijk interessant, toch ben ik weer blij te mogen fietsen.
We verlaten ons oergezellige hotelletje Gazalh, echt een aanrader voor Damascus, en fietsen vrij gemakkelijk de stad uit. Het is allemaal niet zo heel groot, deze stad, dus vrij snel zitten we op de snelweg (ja, alweer!), nu richting airport, de richting die we ook aanvankelijk even op moeten gaan. Jammer genoeg raken we elkaar hier bijna kwijt. Klaas rijdt nu een keer voorop en bij een afslag, waar Carolien, Freek en ik een klein bordje hebben gezien met "Suweida 94km", kijkt hij niet om en blijft stug in stevig tempo doorrijden, niet omkijkend. We moeten naar Suweida en we stoppen dan ook bij de afslag, in de hoop dat Klaas ons toch nog in de gaten heeft. Helaas, dat duurt te lang, ik ga dan ook maar achter hem aan, Carolien en Klaas achterlatend bij de afslag. Klaas is al uit het zicht en ik fiets constant 34/35km om hem bij te halen, hetgeen net voor de volgende afslag lukt. En wat schetst mijn verbazing, hier wordt ook Suweida aangegeven, nu wel wat duidelijker. Blijkbaar zijn er 2 afslagen die ons op weg kunnen brengen. Klaas en ik moeten echter nu toch weer terugfietsen naar Carolien en Freek, die zeker een half uur, inmiddels ongerust, op ons staan te wachten bij de vorige afslag. Jammer van dit heel vervelende incident, we vervolgen met gemengde gevoelens onze weg.
Lange saaie weg
We fietsen op een bijna kaarsrechte weg naar As Suweida, 90km ver ZW gelegen. Het is een lange en saaie etappe, geen echt inspirerende omgeving, dus wordt het stoempen geblazen, We tellen af, iedere 10km staat een bord Suweida, dus rijden we van bord naar bord. In de loop van de ochtend wordt Freek helaas goed ziek. Hij heeft diarree en de krachten vloeien zienderogend uit zijn lichaam.
Omdat ik in het voordeel ben met mijn lichtgewicht fiets en bagage sleur ik het hele eind op kop, een stevige tegenwind trotserend. Ook Carolien vangt veel wind, om toch Freek enigszins mee te kunnen laten fietsen, want hij is er echt beroerd aan toe. Al met al wordt het een zware dag zo. De temperatuur is eigenlijk wel goed, stijgt van 13 naar 17 graden en we komen maar 1 keer een groep wilde honden tegen, die ons gelukkig met rust laten.
We hebben onderwijl wat pittige gesprekken over de gang van zaken onderling deze vakantie tot nu toe en het lijkt erop dat we niet veel langer meer als groepje bijeen kunnen blijven, een andere oplossing lijkt nu niet meer voorhanden.
De weg is lang en saai en we slepen ons voort naar Suweida, waar we aan het eind van de dag nog de nodige klimmetjes voor de kiezen krijgen, vooral voor Freek slopend, nu hij ziek is.
In Suweida nemen we een privétaxi die Carolien, Freek en ik voor 7 euro naar Bosra brengt. Klaas legt deze laatste 25km fietsend af, juist een heel prima en mooie weg om te fietsen.
Restaurant Bosra
We komen in Bosra bij een heel sfeervol restaurant, direct naast het amfitheater, waar we ook kunnen slapen in een grote algemene ruimte, op de grond. Het is arabisch ingericht, met veel kleden en matrassen op de vloer en we voelen ons hier meteen op ons gemak. We betalen slechts 7,5 euro p.p. voor de overnachting, het diner en ontbijt, warme douche direct boven de hurk-wc inbegrepen.
Jammer genoeg is het amfitheater bij onze late aankomst al gesloten dus verkennen we maar het stadje en lopen alle zaken binnen die we tegenkomen. Met Freek en Carolien is het altijd dikke pret, ze zijn zo gek als een deur en niets is te dol. We maken echt met iedereen een praatje, geen enkele Syriër is meer veilig voor ons.
Bosra
21 april: 97km, 740m geklommen
Onze reis wordt gekenmerkt door een overvol programma, we hebben het zelfs nu in Syrië druk-druk-druk. Zo bezoeken we vanochtend het amfitheater Bosra en vanmiddag de ruïnes van Jerash, toch niet de minste wereldmonumenten. O ja, en tussendoor hebben we nog 100km gefietst en zijn we de grens overgegaan, zou ik bijna vergeten.
Binnen onze groep kunnen we helaas niet meer op 1 lijn komen, we hebben veel pogingen gedaan, fietsen al bijna 2 weken samen, maar Klaas kiest ervoor zijn eigen weg te gaan en wij blijven gedrieën over. Jammer dat het zo is gelopen, maar je weet eenmaal dat je zo'n risico moet incalculeren als je ver weg vele weken met een klein groepje onbekenden op stap gaat.
Het amfitheater van Bosra is weer zo'n enorm indrukwekkend monument, tevens voor Freek en Carolien een uitgelezen plek om weer eens helemaal los te gaan. Ze geven een mooie show weg hier op de bühne. Ik heb toch erg veel geluk met deze twee.
Grens Jordanië
Freek is inmiddels weer behoorlijk opgeknapt en we kunnen op de fiets stappen. We vertrekken veel later dan anders, omdat het amfitheater pas om 8 uur opengaat. Gelukkig hebben we nu een stevige rugwind en daalt het de eerste 40km lichtjes. We bereiken dan ook een recordgemiddelde van 30km per uur de grens van Jordanië, waar we eerst nog heerlijke zoetigheden kopen alvorens dit nieuwe land binnen te fietsen.
We betalen de 11 euro voor het Jordaanse visum en ook hier gaat het met de grensovergang heel soepeltjes allemaal.
Jerash
We fietsen verder, in normaal tempo nu, richting Jerash, de volgende "opgestapelde keien uit de oudheid". Jerash is een oude Romeinse stad en is thans 1 van de best bewaarde opgravingen uit die tijd. Enkele straten zijn nog helemaal in tact en het wemelt van de paleizen, kerken en tempels. Vooral mooi zijn de colonnade van 800m lange pilaren, het forum, een rond plein eveneens omgeven door pilaren. Plus de 2 amfitheaters, waar Carolien en Freek uiteraard gratis voorstellingen geven van de snip en snap revue aan een dankbaar publiek, compleet met ballet, jodel-act en het Wilhelmus.
Moe na deze overvolle dag met vele indrukken en ook mentale inspanningen bekijken we het enige hotel hier. Zo'n 5km klimmen hogerop is nog een ander hotel, die laten we maar even voor wat het is. De kamers kosten weliswaar 37 euro voor 3 personen incl. ontbijt, veruit het duurste deze vakantie, maar het ziet er goed uit en we zijn er wat blij mee.
's-Avonds diner in het beste restaurant deze vakantie, voor 5 euro p.p. overheerlijke mezze (voorgerechten), kebab-grill, verse jus d'orange.
Jordaan-vallei
22 april: 108km, ruim 2200m klimmen
Voor mij de laatste etappe van de vakantie en meteen de zwaarste, omdat er een loodzware klim op het heetst van de dag in zit.
Tot nu toe was het weer ons fietsers gunstig gezind, steeds temperaturen van 20-25 graden. Echter, nu we de Jordaanvallei infietsen wordt het aanzienlijk warmer en klimmen de temperaturen gemakkelijk naar de 30 misschien wel 40 graden. De vallei ligt namelijk ruim onder zeeniveau, met hoge temperaturen als gevolg.
We klimmen eerst vanuit Jerash naar het zo'n 700m hoger gelegen Ajluin en genieten van een mooie bergachtige omgeving op minder drukke wegen, eindelijk weer lekker fietsen nu er minder auto's zijn.
Helaas wordt Freek een keer belaagd door jochies die het nodig vinden een grote steen zijn richting te gooien, die ook prompt vol zijn achtertas raakt. Dat is schrikken en we kunnen er de humor niet van inzien. Gelukkig genieten we wel van de mooie omgeving, ook als we de eindeloze afdaling inzetten naar de Jordaanvallei.
De sfeer lijkt hier wat meer gereserveerd dan aan de andere kant van de bergen, het lijkt iets minder gastvrij en uitnodigend.
De eerste kilometers in de vallei gaan over een onverhard stuk waar ze met de weg bezig zijn en prompt krijgen we te maken met de 1e lekke band en wel de voorband van Carolien. Met deskundigheid wordt dit snel verholpen, toch makkelijk zo'n erkende mekanieker als Carolien in ons midden.
Afscheid
Het moment van afscheid dient zich aan. Mijn vakantie eindigt morgen definitief met de terugvlucht vanuit Amman terwijl Carolien en Freek nog 2 weken doorfietsen, dus scheiden onze wegen hier. Ik heb best moeite afscheid te nemen van "snip en snap" en bij deze onderstreep ik dan ook nogmaals dat ik aan hen een puik gezelschap heb gehad: wordt vervolgd!
Loodzware klim
Vanuit de Jordaanvallei moet ik weer dezelfde bergrug op als waar we vanmorgen vanaf zijn gedenderd en ik kies voor een weg die achteraf veruit de zwaarste en steilste klim is van alle beklimmingen. Achteraf hoor ik dat ook veel auto's deze weg vermijden, ivm kokende motoren.
Ik wist dat niet en kruip dan ook meter voor meter omhoog over deze loodzware weg. Ik start op –200 en klim eerst tot ruim +600m, met een gemiddeld stijgingspercentage van meer dan 10%, dus vaak hoger. Na veel harken en ploeteren kom ik aan op een vlakker deel en een lichte afdaling, waarna nog een klim volgt, nu naar +1100m, deze in een wat gematigder stijging. Maar bij mij is dan allang de kaars uit. Ik heb moeten de zwaarste klim gedaan op het heetst van de dag en ben behoorlijk uitgeput. Ik moet echter door.
Amman
De weg naar Amman is nog ruim 30km, en ik heb geen benen meer over. Ik worstel, ploeter en zwoeg verder, nu door druk verkeer, richting en in Amman. Deze stad ligt in de heuvels, dus krijg ik nog de nodige klimmetjes voor de kiezen. Doodop kom ik uiteindelijk aan in het Sheraton, waar ik met Samir, mij gastheer hier in Amman, heb afgesproken. Vlakbij is zijn kantoortje plus appartement waar ik weer gebruik van mag maken.
Ik ga nog even snel junkfood eten bij Hardees, een Amerikaanse fastfood-keten, en val daarna in een diepe slaap.
Thuis
Ik slaap ruim 10 uur aaneen, die had ik blijkbaar nodig na de zware dag van gisteren, en net op tijd komt Samir mij ophalen en brengt me naar de Airport.
Ik pak de fiets weer in de fietsdoos, die ik nog bij Samir had achtergelaten, en kom keurig op tijd weer aan in NL.
Kortom, alles weer goed gegaan deze trip, geen mankementen, noch lichamelijk noch met het materiaal.
Bevolking
De mensen zijn zeer gastvrij, vriendelijk en beslist niet opdringerig. Het toerisme in Syrië is beperkt van omvang, je wordt overal heel hartelijk ontvangen. Veel mensen roepen, zwaaien en toeteren enthousiast naar ons en we voelden ons absoluut veilig. Vele malen werden we uitgenodigd om thee te komen drinken, hetgeen we dan ook een aantal keren hebben geaccepteerd. De bevolking spreekt niet geweldig Engels, dus communiceren is soms lastig. De Syrische bevolking is een mix van verschillende volkeren, je ziet dan ook donkere arabieren naast blanke mensen met blauwe ogen.
Weer
Het weer in april is perfect om te fietsen, temperaturen steeds 20-25 graden. We fietsten in het westelijke gedeelte, meestal tussen 400 tot 1000m boven zeeniveau.
Wegen
Er zijn niet erg veel wegen in Syrië en de kaarten (we hadden 4 verschillende) zijn geen van allen echt betrouwbaar. Met herhaaldelijk vragen en gezond verstand zijn we altijd goed terecht gekomen.
De wegen zijn redelijk goed, alles is geasfalteerd, maar bij dorpen en steden (die vaak uit lange lintbebouwing bestaan) zijn talloze bulten en kuilen, soms veroorzaakt door slecht onderhoud, maar meestal gemaakt om het autoverkeer enigszins af te remmen.
In het westen van Syrië is er redelijk wat klimwerk, dagelijks overbrugden we een hoogteverschil van 1000m.
Verkeer
Er is veel verkeer op alle wegen, zoveel verkeer heb ik in eerdere fietsvakanties bij lange na niet gehad. Elke dag reden we wel een behoorlijk stuk op een drukke snelweg, eigenlijk niet echt een fietsland dus, al gedragen de weggebruikers zich tov ons fietsers heel voorbeeldig. Daar komt nog bij dat het wagenpark vaak verouderd is, de sloopmodellen van Europa gaan weer deze kant uit, en stoten dan ook rijkelijk hun stinkende dikke roet walmende dieselwalmen over ons uit.
Terugkijkend slaat de balans toch nog wel positief uit wat betreft het fietsen in Syrië, gewoon instellen op druk verkeer, en je krijgt veel terug dankzij vriendelijke bevolking en schitterend monumenten.
Fietsen
Je ziet in Syrië veel fietsers in de bebouwde kom, daarbuiten eigenlijk helemaal niet. Er zijn genoeg fietswinkels, allemaal met het bekende middelmatige chinese materiaal. Wij zijn slechts 1 vakantiefietser tegen gekomen.
Eten
Met wat zoeken en improviseren is altijd wel eten voorhanden, alhoewel uiteraard niet de dikke bruine boterham met kaas of een echt hollands ontbijt. 's-Avonds meestal iets van kip of kebab, yoghurt, sla, soms mezze (voorgerechten). Niet echt een heel uitbundige keuken. Wel is het oppassen wat je eet, al is de kans dat je ingewanden het moeilijk krijgen heel groot, zowel Freek als Carolien zijn 1 dag ziek geweest.
Landschap
Het landschap is niet bijster interessant, het land wordt dan ook al duizenden jaren door mensen gebruikt, dus veel natuur is niet meer voorhanden. De westkant is het mooiste gebied om te fietsen, in de woestijn hebben we ons niet gewaagd.
Kosten
Vliegen naar deze regio is niet zo goedkoop, zeker als je heen en eindbestemming niet dezelfde is. Daartegenover is het prijspeil ter plekke laag, zeker in Syrië.
Een hotelkamer kostte ons gem. 10 euro, een maaltijd in een restaurant rond 5 euro.
Ongedierte
In april hadden we weinig tot geen last van ongedierte, nauwelijks kakkerlakken, weinig muggen, overdag geen vliegen om je heen tijdens het fietsen.
De honden vormen hier voor fietsers ook al geen probleem, we zijn nooit achterna gezeten.
Kijk voor foto's op: http://www.jimvandenberg.nl
Karakter
Fietsvakantie in april 2005 van Jim met Carolien, Freek en Klaas in Syrië plus stukje Libanon en Jordanië. We sliepen uitsluitend in hotels, voor de zekerheid hadden we wel tent plus alle kampeeruitrusting bij ons, maar dit bleek achteraf niet nodig. Mijn vakantie duurde 2 weken, de anderen gingen nog 2 weken door naar Egypte.
DE MAILBERICHTEN
Amman
Ik ben zaterdag 9 april 2005 gearriveerd in Amman, Jordanië, waar ik ben ontvangen door Samir Hussein, met wie ik via internet (de Hospitality Club) contact heb gezocht. Hij heeft mij met zijn auto opgehaald van de airport, fiets achterin en daarna naar zijn kantoor, waar hij een klein appartementje heeft waar ik mocht slapen. Super natuurlijk en erg makkelijk, een hartelijk ontvangst in Jordanië.
Busrit
Ik kon redelijk goed slapen en ben de volgende ochtend weer door Samir opgehaald. We hebben eerst samen Mount Nebo en het stadje Madaba bezocht, waarna ik in de middag bij het busstation een kaartje koop voor de rit van Amman naar Aleppo in Syrië, een rit van 9 uur, kosten 10 euro inclusief fiets. Omdat de bus maar 1 keer per dag gaat en pas in de middag om half drie vertrekt wordt het een latertje. Ik heb Freek een sms-je gestuurd over mijn late aankomst, hopen dat ze die nog lezen (NB: nee dus, zij hadden geen van drieën ontvangst in Syrië).
In de bus heb ik gezelschap van Hamada, een net afgestudeerde apotheker, die nu in Aleppo bijna 2 jaar een apotheek runt. Hij heeft een a.s. vrouw in Jordanië, dus reist hij regelmatig op en neer van huis naar haar. Hij spreekt goed Engels, en ik kan al een aardig beeld krijgen van wat me te wachten staat in Syrië. Hij is erg aardig en als we tegen 24.00 uur aankomen in Aleppo brengt hij me nog naar het hotel.
Ik had tevoren in NL al een hotel geboekt, te weten het Tourist Hotel, van madame Olga, waar ze gelukkig van mijn komst weten. Een goede schone kamer kost 10 euro per nacht, ik kan de fiets kwijt op het balkon op de 1e etage en wordt verwezen naar kamer 8, waar iemand van mijn groepje zou slapen. Na een aantal keer flink kloppen komt er een verwarde Klaas in de deuropening en we zijn blij elkaar te zien. Ze wisten volstrekt niet waar ik was en of ik nog zou komen. Hun telefoons hebben nl. geen bereik, we hebben nog niet gemaild, dus de ontmoeting was aanvankelijk redelijk ongewis. Maar ik ben er gelukkig.
De busreis is redelijk comfortabel, we hadden jammer genoeg niet een heel mooie bus, die rijden er namelijk wel rond hier in deze regio, maar deze ging er net mee door. In de bus krijg je soms wat water, maar verder comfort en voorzieningen zijn er niet, en bij iedere stop wordt volstrekt geen info gegeven (bijv. Jordanië uitgaan en dat we bij de Syrische grens komen).
Uiteindelijk, met hulp van de apotheker, gaat alles goed, en ben ik blij dat de 9 uur voorbij zijn.
De nacht slaap ik slecht, want het was bloedheet op de kamer, dus redelijk moe beginnen we de eerste dag in Syrië. Verrast zijn Freek en Carolien als ze mij zien, alles is toch volgens afspraak gegaan. We gaan vandaag lekker lummelen in Aleppo.
Aleppo
Aleppo is de grootste stad van Syrië, met 4 miljoen inwoners. We bezoeken de souks, een enorm stelsel van straatjes met winkeltjes, zowat alles overdekt door verkoelende daken. Daarna de Citadel en de grote moskee en dat was het wel eigenlijk wat ons betreft. We zijn geen van allen zulke cultuurmensen, dus we vinden het prima zo.
Syrië ziet er op het eerste oog wel redelijk welvarend uit, wat rommelig, af en toe lijkt het wat op Spanje van jaren terug. Ik praat dan over de stad, het platteland zal wel minder zijn, dat gaan we de komende dagen ontdekken.
Freek, Klaas en Carolien hebben er al 2 flinke fietsdagen van ieder 140km opzitten, en dat is niet misselijk zo met die bergen hier. Ze zijn dan ook blij met zo'n rustdagje.
Eerste fietsdag
We fietsen vandaag 147km om bij Apamea aan te komen. Iets wat we achteraf niet hadden ingecalculeerd, zo'n lange etappe. Maar we starten vroeg, zitten rond 7 uur op de fiets, na op de kamer te hebben ontbeten. We verlaten Aleppo en op de weg is het nog niet zo heel druk als je zou verwachten van zo'n miljoenenstad. Uiteraard is er al volop vrachtverkeer, taxi's, busjes etc. En dit zal de komende dagen niet anders zijn. Het is ook veel drukker met verkeer dan ik in al mijn eerdere fietsvakanties heb meegemaakt. Wat dat betreft is Syrië niet echt een fietsland. Maar de bevolking maakt veel goed.
Thee drinken
De Syriër is heel hartelijk, zeer gastvrij en niet opdringerig. We worden de hele dag door gewenkt om maar een bakje thee te drinken bij mensen thuis.
Vandaag nemen we de uitnodiging aan bij enkele oude mannetjes in een sober huisje, waar we op de grond op tapijtjes mogen zitten. Wij in ons "ondergoed", ofwel strakke fietskleding. Alleen Carolien is degelijk gekleed, ze heeft altijd een lange broek, een shirt met lange mouwtjes en een hoofddoek op. We lurken heel kort even aan de waterpijp en drinken enkele kopjes thee. We lachen wat, proberen te communiceren, maar dat is begrijpelijkerwijs nauwelijks mogelijk.
Lange etappe
We vervolgen onze weg naar Idlib, waar we in het parkje zitten, bij de schoenpoetsers, en ons weer thee wordt aangeboden. Het fietsen gaat erg makkelijk, ondanks dat ik niet zoveel fietskilometers in de benen heb, en de heuveltjes vormen geen probleem. We fietsen gestaag door en hebben al een flink stuk afgelegd en besluiten in Kafr Nabil om toch het laatste stukje (14km of is het nu 40km?) af te leggen naar Apamea, een bekende opgraving hier in Syrië. Het blijken er dus achteraf meer dan 40km te zijn, en dat nog wel in bergachtig terrein, we moeten soms flink klimmen een aardige heuvel over om de Orontes-vallei te bereiken, waar Apamea ligt. We vragen herhaaldelijk of we goed zitten en welke kant het uit is. Als ze ons al begrijpen dan roepen ze gestaag: "5 km". Iedere keer 5km, da's toch verdacht. En zo fietsen we maar door, we hebben geen keus, we worden al aardig moe, en de tijd begint te dringen. Eindelijk krijgen we een afdaling en kunnen we met hulp van de plaatselijke bevolking een hotelletje bereiken. Dat is onverwacht mooi, met restaurant en zwembad. We zijn doodop. Gelukkig konden we een paar km terug nog een gegrilde kip kopen en we storten ons op dit heerlijk gebraden kippetje, want we hebben niet veel gegeten vandaag.
Water is hier overigens soms een probleem. We dachten dat we overal wel flessen water konden krijgen, maar in deze regio is dat vaak onmogelijk, dus kopen we maar ten einde raad cola en 7up, wie weet moeten we daar zelfs een keer onze pasta mee koken.
Hotel Taj Apamea
Het hotel is op zich prima, lekker warme douche, weer een meevaller. De kamer kost 500 pond (na afdingen) diner 850 en ontbijt ook 850, steeds voor 4 personen. Omgerekend 3 euro diner, 3 euro ontbijt, kamer 4 euro p.p. Het ligt vlakbij Apamea.
Apamea
De volgende ochtend uitslapen, 7 uur gaat pas de wekker, en rond half 9 vertrekken we bepakt en bezakt naar Apamea, hier 2 km vandaan. Apamea is een schitterende oude stad, daterend uit de Griekse tijd, waarvan met name de zuilengalerij zeer bezienswaardig is. Dit is een 2 km lange straat uit de Grieks-Romeinse tijd, aan weerszijden geflankeerd door pilarengalerijen. Heel bijzonder, wellicht de langste pilarengalerij die nog over is uit die tijd. We kunnen zelfs fietsen over de 2000 jaar oude straat en we zijn alle 4 zeer onder de indruk van deze oudheden, het is echt meer dan zomaar een hoopje stenen. We stellen ons dan ook voor hoe het was geweest hier, 2 à 3 duizend jaar geleden.
Op weg naar Krak
Nieuwe dag. We gaan op pad voor een veronderstelde lichtere etappe, achteraf toch weer 90 kilometers, die vooral zwaar waren omdat we eerst veel hebben rondgekeken bij Apamea en de etappe aan het einde van de dag een groot aantal zeer steile hellingen kende. Wederom is het veel zoeken hier, en veel vragen, hetgeen ook al een hele opgave is. Iedereen bemoeit zich ermee en voortdurend komt er een nieuw of ander stukje info. Met eigen inzicht, combineren van de 4 verschillende kaarten die we bij ons hebben en de info van de plaatselijke bevolking komen we dichtbij Krak, ons volgende doel. Een 5-tal km voor Krak vinden we een hotel, op zich prima, mooi gelegen hoog in het dorpje met uitzicht op de burcht van Krak, maar waar we uiteindelijk wel wat discussie hebben over de kamers en vooral over de prijs. Het is dus heel erg belangrijk om heel goede afspraken te maken over de prijs hier, want we hebben vaak misverstanden, die ook in de groep doordringen, ook al omdat we zo moe zijn einde van de dag. De onderlinge wrijvingen worden op een heel goede manier opgelost en uitgesproken, en met de hoteleigenaar weten we uiteindelijk nog een acceptabele prijs uit te onderhandelen (42 euro voor 4 personen, logies, ontbijt, diner).
Krak des Chevaliers
Vandaag staan we wederom wat later op, 7 uur. We kunnen ontbijten in het hotel, en dat is toch wel zo gezellig, leuker dan een toastje smeren op de hotelkamer. We dalen de gigantisch steile helling van het hotel richting dorp veilig af, heel behoedzaam, stapvoets, en zetten koers richting Krak.
Krak des Chevaliers is een kruisvaardersburcht, zo'n 1000 jaar oud, de grootste en mooiste burcht die resteert uit de tijd van de kruisvaarders. We zijn erg onder de indruk, en kunnen wel uren rond blijven hangen. We bekijken veel vertrekken en kunnen ons goed de drukte voorstellen die hier moet hebben geheerst. Toen zaten er zeker 2000 soldaten boven op elkaar in deze relatief beperkte ruimte om zich te verdedigen tegen de vijand, hetgeen ze achteraf toch niet helemaal is gelukt.
Ook de klim naar Krak is zeer steil, maar niet zo steil als de klim naar het hotel gisteren, dus we halen alle vier fietsend de top: proficiat.
Fietsen
Het fietsen gaat mij makkelijk af, ik voel me goed en de anderen zijn ook erg fit. Wel merk ik dat ik bergop iets sneller ben, maar dat komt omdat ik de helft van het gewicht heb te verstouwen. Ik heb veruit de lichtste fiets, en ik heb maar 2 fietstassen, Freek en Klaas hebben 6 tassen! En dat scheelt natuurlijk enorm als je tegen de zwaartekracht moet optornen tijdens een klim.
Het fietsen in Syrië is overigens niet heel erg fijn. Ik vind het te druk, en het verkeer is voortdurend bezig met je te begroeten met een uitbundig geclaxonneer. Wel leuk hoor, maar soms wordt je horendol van al die herrie hier.
Vandaag hebben we 40km op de snelweg gefietst, en ik zal er niet veel over zeggen, maar dit was een kleine ramp.
De mensen
De mensen zijn superaardig. We worden steeds uitgenodigd en nemen ook af en toe een uitnodiging aan, zoals ook gisteren in het veld, waar we bij de vrouwen mogen zitten. Het is erg gezellig, we lachen ons rot met die vrouwen en 1 vrouw heeft duidelijk een oogje op Klaas, hetgeen ze absoluut niet onder stoelen of banken steekt. Ze omarmt hem om een leuke foto te laten maken. Wei weet wordt het nog wat.
Homs
We zijn zonet aangekomen in Homs (500.000 inwoners), en hebben onze intrek genomen in een oud krakerig hotel, dat veel sfeer heeft. We voelen er ons meteen op ons gemak en betalen graag de 400 pond (6 euro) voor de kamer. Morgen zullen we hier ook wel blijven. Vandaag eerst de was wegbrengen, internetten, geld wisselen en een beetje bijtanken.
Palmyra
We genieten vandaag een rustdag en zitten in Homs (Hims), een mooi stadje dat ons prima bevalt, geen toeristen, erg gemoedelijk allemaal. We huren een taxi de hele dag voor 37 euro en brengen een bezoek aan Palmyra (Tadmoor) de belangrijkste bezienswaardigheid in Syrië.
Palmyra ligt 160 km van Homs en dat gaat bijna allemaal door woestijn. Onderweg kom je haast geen huis tegen en de weg is bijna kaarsrecht. Het is wel mooi asfalt, dus voor fietsers op zich wel te doen in 1 dag als je windmee hebt, maar het is toch erg saai. Daarbij zien we de nodige wilde honden en dat baart ons wel zorgen als we hier als fietser zouden rondtoeren.
Palmyra is een aaneenschakeling van allemaal oude stenen en enkele pilaren, soms staan nog muren overeind. Het is één van de belangrijkste romeinse ruïnes in het midden oosten, en aanvankelijk vinden we er niet zoveel aan, maar hoe meer we bij de grote overblijfselen komen, hoe meer we onder de indruk raken. We stellen ons een beetje voor hoe het hier was geweest 2000 jaar geleden, maar dat is niet makkelijk, omdat erg veel verweerd is en onder het woestijnzand heeft gelegen. Veel is omgevallen tijdens aardbevingen of verwoest door vandalen en andere volkeren (zoals noormannen, eskimo's en papoea's). Gelukkig staat er nog wel het nodige en kan je volop genieten.
Jammer genoeg is Carolien wat ziek en na enkele uren besluiten we dan ook om de terugweg te maken, werd ook hoog tijd, want Freek en Klaas hebben er samen geloof ik alweer 200 foto's bijgeschoten vandaag. Heel fotogeniek dus dat Palmyra.
Terug naar Homs
We karren in 1 ruk door naar het hotel met een gangetje van 140km per uur op deze provinciale weg en leveren Carolien en mij af bij het hotel. Freek en Klaas zijn het nog niet zat en brengen een bezoekje aan Hama, een stadje 50km ten noorden van Homs, waar de beroemde norias (waterraderen) te zien zijn.
Ik ga nog even naar de kapper (1,50 euro) en ga een tukkie doen.
's-Avonds eten we in een chique restaurant vlakbij het hotel. Aanvankelijk gingen we voor de gein de prijzen vragen en we waren toen verbaasd hoe goedkoop het was. De tent is echt ongelooflijk mooi en smaakvol ingericht, er loopt een leger aan personeel rond en we eten uitgebreid voor zo'n 17 euro met z'n vieren.
We gaan nog even langs de voor ons inmiddels bekende ijssalon en halen daar ook water, cake en andere lekkernijen en zijn toch erg moe geworden van deze "lummeldag", een dag met bezoek aan tempels en ruines is nog zwaarder dan een dag fietsen.
Busje zoeken
Vandaag staan we om 6 uur op en Carolien meldt dat ze echt goed ziek is, een behoorlijke verhoging, verder misselijk en diarree. Ons plan was om weer op de fiets te stappen, maar zij kan absoluut niet mee. We besluiten dan ook om nog een dagje Homs te doen en daarna kijken we wel verder. Carolien begint vandaag met een antibioticakuur, dus dat kan alleen maar beter worden.
De mannen gaan met de bus naar Tripoli in Libanon.
Eerst een heel gedoe om de juiste bus te vinden en om de juiste prijs af te spreken. Ikzelf vind dat wel leuk en ben daar niet zo snel gestresst van en uiteindelijk belanden we in een stokoud minibusje die ons voor 3 euro in Tripoli brengt.
De auto's hier zijn voor een groot deel de afdankertjes uit Europa, ze zijn allemaal een beetje verrot en stinken enorm, vooral de dieselmodellen.
De rit zou volgens het boekje 2 uur duren, maar wij doen er doodleuk 3,5 uur over. Dat komt vooral omdat er veel stops zijn over de 130km, we stoppen in totaal 8 keer. Allemaal autoriteiten- en papierwerk. We moeten Syrië eerst uit, dan moeten we Libanon in, per handeling 2 keer een stop, verder moeten de Syriërs zelf ook nog bij een of ander kantoortje wat handgeld afgeven, en zo hobbelen we vooral van stop naar stop.
Lekke band
En dan zijn we Libanon goed en wel binnen en we treffen onmiddellijk een verschrikkelijke weg aan. Het is hier allemaal onverhard, ze zijn over een enorme lengte aan de weg bezig, al het asfalt is er zo'n beetje af, dus het rijden hier gaat vaak stapvoets. Er zijn ook nog enkele zeer rommelige stukken tussen waar de keien overal bovenuit springen en het busje heeft dan ook prompt een lekke band. We kijken toe hoe de chauffeur dit vakkundig weet te repareren en we gaan in laag tempo naar ons einddoel, Tripoli (Trablous).
Tripoli
Het stadje is best wel aardig, maar niet echt bijzonder. We bezoeken de citadel en de moskee vooral van de buitenkant en slenteren lekker door de souk. Het leven is hier wel een stuk duurder dan in Syrië, we moeten ook weer helemaal wennen aan een volledig nieuwe valuta. We raken er soms nu al de kluts van kwijt.
Als we pakweg 2 uur het stadje hebben rondgelopen, dat is vergeven van verkeer, gaan we op zoek naar de bus naar Homs, die om 3 uur zou vertrekken. Het wordt een half uurtje later en we rijden doodleuk nog een paar rondjes door Tripoli, in de hoop dat er nog een paar passagiers mee willen naar Homs en Aleppo.
Eindelijk gaan we op weg en bij de grens hebben we weer de bekende hindernissen, paspoort inleveren, formulieren invullen, maar het loopt al met al redelijk soepeltjes, al duurt het wel errruug lang. Op de snelweg is het niet prettig en hebben we een bijna-dood-ervaring als de bus midden op de snelweg met hoge snelheid een noodstop moet maken als een vrachtwagen ons bijna de vangrail in rijdt. Vreselijk hoe deze chauffeur rijdt, links en rechts inhalen en constant toeteren. Na 3,5 uur rijden zitten we op de snelweg rond Homs en worden we er ineens uitgegooid: "dit is Homs". Ja hoor, dit is helemaal niet Homs, dit is een stuk snelweg en in de verte ligt ergens Homs. We zijn pissig en we krijgen dan ineens alternatief vervoer naar de stad. Eerst een privé-auto, dan een busje en tenslotte een taxi, dat allemaal voor ons geregeld is door de "geheime dienst". Dat was dan wel weer redelijk goed opgelost.
We gaan via het hotel, waar Carolien niet meer is, naar hetzelfde luxe restaurant, en kijken hoe de gegoede burgerij van Syrië erbij zit, en dat is beslist niet slecht. Er is hier uiteraard een groot gat tussen arm en rijk.
We bestellen weer allerlei heerlijke dingen, plus ook lekkere taartjes als afsluiter en gelukkig weet Carolien ons te vinden in het restaurant. Ze is al aan het opknappen, heeft vandaag tot 3 uur in de middag geslapen!
Naar Libanon
Vandaag weer eindelijk de fiets, 6 uur opstaan, 7.20 uur fietsen. We leggen 105km af en klimmen meer dan 1000 hoogtemeters.
We ontbijten in het gezellige erkertje van het hotel en nemen afscheid van dit alleraardigste adresje waar we een kamer hebben gehad voor 4,5 euro per nacht.
Het fietsen Homs uit gaat best makkelijk, het is in de ochtend nog niet zo druk op de snelweg, de Syriër begint niet zo vroeg, ze leven juist in de avond-uren. We komen inderdaad weer op de snelweg uit, dat is onvermijdelijk, en die moeten we 15km lang volgen. En dat is best jammer van het fietsen hier, de wegen zijn niet zo geschikt voor fietsen eigenlijk. Gelukkig wordt de weg naar Baalbek gaandeweg steeds beter.
We komen net als gisteren weer bij de Libanese grens. We mogen Libanon in en we hoeven geen visum te kopen, de eerste 2 dagen is namelijk gratis! Echt iets waar wij Hollanders over te spreken zijn. Tussen Syrië en Libanon bevindt zich een stuk van 10km niemandsland en eenmaal in Libanon is het best lekker fietsen.
Bekaa-vallei
We bevinden ons nu in de Bekaa-vallei en rechts en links van ons zijn enorm hoge bergen, voor een groot deel nog steeds besneeuwd. Mooi om te zien en om in te fietsen, dit is de mooiste dag tot nu toe. De weg klimt wel, maar het gaat heel geleidelijk.
De Libanezen hier zijn aanhangers van de Hezbollah, en ze heten ons allemaal heel hartelijk en uitbundig welkom. Veel mensen roepen en zwaaien enthousiast naar ons. Het is een heel warme ontvangst, je voelt je echt een welkome gast hier. We worden ook niet moe van het vele zwaaien en het vele groeten.
In Baalbek zoeken we een geschikt hotelletje, en dat is hier niet zo makkelijk, want het is redelijk duur en redelijk toeristisch. Uiteindelijk hebben we iets gevonden en we zitten in een kamer van 15 euro, die wel groot en modern is, maar het is niet schoongemaakt, en we hebben niet of nauwelijks warm water. En als beloning laten ze nog een enorme dieselmotor direct boven ons dak brullen, die we maar eens hebben laten stoppen als het bedtijd is.
Het eten was ook al geen succes hier, we zitten in een luxe tent, betalen een fikse prijs, 47 euro voor vier personen, en de kwaliteit is maar zozo. We hadden gehoopt op uitzicht op de ruïnes van Baalbek, maar vandaag heeft Libanon de elektriciteit uitgezet en valt er niets te zien in het donker.
Baalbek
Gelukkig zijn we vanmiddag naar de oude stad Baalbek geweest en deze was zeer indrukwekkend, daar waren we het alle vier over eens. We hadden geluk met het weer en met het licht, we zaten er nl. aan het einde van de middag en hadden prachtig strijklicht. De ruïnes hier zijn van een uitzonderlijke schoonheid en we raken zeer geïmponeerd door de grootsheid van deze oude stad, waarvan de tempel van Bacchus al enorm groot is en behoorlijk intact (alles 2000 jaar oud!), maar de tempel van Jupiter was nog veel en veel groter. Daar moet je wel wat voorstellingsvermogen voor hebben, want er staan nog maar enkele zuilen overeind. Deze zijn van giga-afmetingen, je snapt niet hoe ze dit hebben kunnen bouwen. En van een esthetische schoonheid zo mooi, we kunnen hier wel uren blijven. We houden het ook lang vol tot bijna sluitingstijd en keren weer terug naar ons hotel.
Terug naar Syrië
We fietsen vandaag ruim 100km over drukke of zeer drukke wegen, met het nodige klimwerk en tegenwind de tweede helft van de etappe. Gelukkig gaat alles goed met iedereen, niemand is ziek, we kunnen het goed vinden samen, erg belangrijk als je in verre oorden fietst.
Vanuit Baalbek starten we vroeg, staan om 6 uur op en zitten half 8 op de fiets. We maken ons eigen ontbijt in het binnenpleintje van het hotel, waar Freek zijn brander gebruikt om een lekker kopje thee te zetten. We hebben nog genoeg brood, wat sardientjes en ander beleg, en gaan op weg richting Syrië.
Druk verkeer
De weg is erg slecht, het verkeer erg druk met dikke dieselroet-rokende auto's en vrachtauto's, dus is het niet steeds een pretje om hier te fietsen, integendeel. Gelukkig houdt het verkeer wel rekening met ons, maar we worden soms toch wel moe van al dat verkeer met hun hevige getoeter. Maar ja, dat hoort erbij in deze regio.
De omgeving is wel aardig, we bevinden ons tussen twee bergruggen, beide nog besneeuwd van afgelopen winter. Af en toe fietsen we door een mooi landelijk en groen stukje, maar veelal zijn er gebouwtjes langs de weg of zijn het dorpjes en stadjes in een lange lintbebouwing.
Na 40km nemen we onze eerste pauze bij een luxe bakkerij, waar ze heerlijk gebak hebben. Een goed moment om even op adem te komen, je hersenen worden soms horendol van al dat lawaai hier.
Jammer is ook dat de mensen in deze regio geen oog hebben voor het milieu. Soms ligt het hele landschap, tot in de verste uithoeken bezaaid met plastic, allemaal zakjes en rotzooi dat door het landschap waait en dat blijft hangen aan alle graspollen en kleine struikjes. Niet fraai om te zien en heel jammer voor hun eigen omgeving.
De mensen zijn wel erg aardig en zwaaien ons uitbundig toe. Je moet alleen niet teveel over politiek praten, want sommigen kunnen dan wel wat fanatieker worden, overigens zonder dat dat hinderlijke vormen aanneemt.
Na het gebak krijgen we een lange klim voor de kiezen, die zwaar is omdat we tegenwind hebben en omdat al dat verkeer ook langzaam omhoogklimt, en waarvan de uitlaatgassen uitbundig onze longen bereiken.
We hebben het dan ook zwaar, we moeten tussendoor nog weer de nodige stops doen bij de douanes van Libanon en Syrië, die overigens vlekkeloos verlopen, en we mogen eindelijk de afdaling inzetten. Hier hebben we te maken met een forse tegenwind en het wegdek zorgt er ook voor dat we niet al te hard moeten gaan, want er duiken vaak onverwachtse gaten op, waar je maar liever niet in wil duiken.
Gelukkig houdt ons materiaal het erg goed, af en toe schiet een fietstas enigszins los, maar dat mag de pret niet drukken. We naderen toch iets sneller dan verwacht Damascus en proberen het centrum te vinden, hetgeen niet al te moeilijk is. Wel is het lastig zoeken naar een geschikt hotelletje, en we kruisen dan ook enkele verschrikkelijk drukke wegen, om uiteindelijk in Hotel Gazalh aan te komen, waar we een mooie grote 6-pers. kamer met z'n vieren kunnen delen. De kamer kost 22 euro per nacht en dit hotel is 1 van de beste tot nu toe, heel prettige sfeer, goed sanitair, rustige ligging midden in het stervensdrukke centrum van Damascus.
We eten snel even in de stad, gaan nog internetten en sluiten de avond af met en fles wijn die we nog hadden meegenomen uit Libanon.
Damascus
Rustdag vandaag, we slapen uit tot 9 uur en hebben de hele dag om de stad te bezoeken.
We gaan naar de oude stad, passeren de citadel, die dicht is vanwege werkzaamheden, en gaan via de souk naar de grote Ommayaad moskee hier. Deze valt toch iets tegen, vooral omdat het beschreven is als 1 van de mooiste en belangrijkste in de wereld. Wellicht zijn we verwend of hadden we te hoge verwachtingen. Uiteraard is er het schitterend mozaïek, maar het grootste deel daarvan is verwoest of vernietigd. Gelukkig hebben ze nog een deel kunnen restaureren.
We slenteren verder door de oude stad en schieten af en toe zomaar een klein binnenplaatsje in. Zo komen we op visite bij de Association de l'Environnement de Syrië, een NGO met vrijwilligers, die proberen het milieu in Syrië te verbeteren. Ze zijn nog erg klein, en beginnen nog maar net, dus er is erg veel werk te doen. Maar ze denken dat er al kleine lichtpuntjes zijn.
Verder lopend komen we langs een schooltje waar we een kijkje nemen en waar Freek en Carolien zich voordoen als Engelse leerkrachten. Ze mogen zomaar een korte Engelse les geven samen voor een klasje van pakweg 40 leerlingen, prachtig om te zien dat dat zomaar kan hier, natuurlijk erg leuk. Ze worden uitgenodigd om dat ook bij een andere groep te doen zo komen wij op plekken en doen we dingen die andere toeristen nooit bereiken.
We slenteren daarna wat door de souk, die immens groot is, de grootste en mooiste die ik in mijn beleving heb gezien tot nu toe. Onderweg bezoeken we nog een sjiietische moskee, waar het redelijk tolerant aan toe gaat, mannen en vrouwen lopen hier wat meer door elkaar, er worden volop foto's gemaakt en we voelen er ons erg op ons gemak. Het is een heel nieuwe moskee, met veel kitscherige inrichting, maar wij vinden het allemaal prachtig.
Onze slentertocht gaat voort in de souk en we worden erg moe van al dat gekuier. We maken dan ook makkelijk de dag vol en hebben nauwelijks de tijd om eens rustig ergens te gaan zitten.
Na de kaart te hebben bestudeerd voor de route die we morgen willen fietsen gaan we weer eten bij hetzelfde restaurantje, waarna we even snel internetten om toch vroeg het bedje op te zoeken, morgenochtend gaat immers om 6 uur weer de wekker.
Naar Suweida
20 april: 118km, 745m geklommen
We stappen weer op de fiets. Een rustdag, zoals gisteren, vind ik op zich wel fijn hoor, maar ik ben gek genoeg altijd vrij snel uitgekeken op een stad, hoe mooi dit Damascus ook is, redelijk interessant, toch ben ik weer blij te mogen fietsen.
We verlaten ons oergezellige hotelletje Gazalh, echt een aanrader voor Damascus, en fietsen vrij gemakkelijk de stad uit. Het is allemaal niet zo heel groot, deze stad, dus vrij snel zitten we op de snelweg (ja, alweer!), nu richting airport, de richting die we ook aanvankelijk even op moeten gaan. Jammer genoeg raken we elkaar hier bijna kwijt. Klaas rijdt nu een keer voorop en bij een afslag, waar Carolien, Freek en ik een klein bordje hebben gezien met "Suweida 94km", kijkt hij niet om en blijft stug in stevig tempo doorrijden, niet omkijkend. We moeten naar Suweida en we stoppen dan ook bij de afslag, in de hoop dat Klaas ons toch nog in de gaten heeft. Helaas, dat duurt te lang, ik ga dan ook maar achter hem aan, Carolien en Klaas achterlatend bij de afslag. Klaas is al uit het zicht en ik fiets constant 34/35km om hem bij te halen, hetgeen net voor de volgende afslag lukt. En wat schetst mijn verbazing, hier wordt ook Suweida aangegeven, nu wel wat duidelijker. Blijkbaar zijn er 2 afslagen die ons op weg kunnen brengen. Klaas en ik moeten echter nu toch weer terugfietsen naar Carolien en Freek, die zeker een half uur, inmiddels ongerust, op ons staan te wachten bij de vorige afslag. Jammer van dit heel vervelende incident, we vervolgen met gemengde gevoelens onze weg.
Lange saaie weg
We fietsen op een bijna kaarsrechte weg naar As Suweida, 90km ver ZW gelegen. Het is een lange en saaie etappe, geen echt inspirerende omgeving, dus wordt het stoempen geblazen, We tellen af, iedere 10km staat een bord Suweida, dus rijden we van bord naar bord. In de loop van de ochtend wordt Freek helaas goed ziek. Hij heeft diarree en de krachten vloeien zienderogend uit zijn lichaam.
Omdat ik in het voordeel ben met mijn lichtgewicht fiets en bagage sleur ik het hele eind op kop, een stevige tegenwind trotserend. Ook Carolien vangt veel wind, om toch Freek enigszins mee te kunnen laten fietsen, want hij is er echt beroerd aan toe. Al met al wordt het een zware dag zo. De temperatuur is eigenlijk wel goed, stijgt van 13 naar 17 graden en we komen maar 1 keer een groep wilde honden tegen, die ons gelukkig met rust laten.
We hebben onderwijl wat pittige gesprekken over de gang van zaken onderling deze vakantie tot nu toe en het lijkt erop dat we niet veel langer meer als groepje bijeen kunnen blijven, een andere oplossing lijkt nu niet meer voorhanden.
De weg is lang en saai en we slepen ons voort naar Suweida, waar we aan het eind van de dag nog de nodige klimmetjes voor de kiezen krijgen, vooral voor Freek slopend, nu hij ziek is.
In Suweida nemen we een privétaxi die Carolien, Freek en ik voor 7 euro naar Bosra brengt. Klaas legt deze laatste 25km fietsend af, juist een heel prima en mooie weg om te fietsen.
Restaurant Bosra
We komen in Bosra bij een heel sfeervol restaurant, direct naast het amfitheater, waar we ook kunnen slapen in een grote algemene ruimte, op de grond. Het is arabisch ingericht, met veel kleden en matrassen op de vloer en we voelen ons hier meteen op ons gemak. We betalen slechts 7,5 euro p.p. voor de overnachting, het diner en ontbijt, warme douche direct boven de hurk-wc inbegrepen.
Jammer genoeg is het amfitheater bij onze late aankomst al gesloten dus verkennen we maar het stadje en lopen alle zaken binnen die we tegenkomen. Met Freek en Carolien is het altijd dikke pret, ze zijn zo gek als een deur en niets is te dol. We maken echt met iedereen een praatje, geen enkele Syriër is meer veilig voor ons.
Bosra
21 april: 97km, 740m geklommen
Onze reis wordt gekenmerkt door een overvol programma, we hebben het zelfs nu in Syrië druk-druk-druk. Zo bezoeken we vanochtend het amfitheater Bosra en vanmiddag de ruïnes van Jerash, toch niet de minste wereldmonumenten. O ja, en tussendoor hebben we nog 100km gefietst en zijn we de grens overgegaan, zou ik bijna vergeten.
Binnen onze groep kunnen we helaas niet meer op 1 lijn komen, we hebben veel pogingen gedaan, fietsen al bijna 2 weken samen, maar Klaas kiest ervoor zijn eigen weg te gaan en wij blijven gedrieën over. Jammer dat het zo is gelopen, maar je weet eenmaal dat je zo'n risico moet incalculeren als je ver weg vele weken met een klein groepje onbekenden op stap gaat.
Het amfitheater van Bosra is weer zo'n enorm indrukwekkend monument, tevens voor Freek en Carolien een uitgelezen plek om weer eens helemaal los te gaan. Ze geven een mooie show weg hier op de bühne. Ik heb toch erg veel geluk met deze twee.
Grens Jordanië
Freek is inmiddels weer behoorlijk opgeknapt en we kunnen op de fiets stappen. We vertrekken veel later dan anders, omdat het amfitheater pas om 8 uur opengaat. Gelukkig hebben we nu een stevige rugwind en daalt het de eerste 40km lichtjes. We bereiken dan ook een recordgemiddelde van 30km per uur de grens van Jordanië, waar we eerst nog heerlijke zoetigheden kopen alvorens dit nieuwe land binnen te fietsen.
We betalen de 11 euro voor het Jordaanse visum en ook hier gaat het met de grensovergang heel soepeltjes allemaal.
Jerash
We fietsen verder, in normaal tempo nu, richting Jerash, de volgende "opgestapelde keien uit de oudheid". Jerash is een oude Romeinse stad en is thans 1 van de best bewaarde opgravingen uit die tijd. Enkele straten zijn nog helemaal in tact en het wemelt van de paleizen, kerken en tempels. Vooral mooi zijn de colonnade van 800m lange pilaren, het forum, een rond plein eveneens omgeven door pilaren. Plus de 2 amfitheaters, waar Carolien en Freek uiteraard gratis voorstellingen geven van de snip en snap revue aan een dankbaar publiek, compleet met ballet, jodel-act en het Wilhelmus.
Moe na deze overvolle dag met vele indrukken en ook mentale inspanningen bekijken we het enige hotel hier. Zo'n 5km klimmen hogerop is nog een ander hotel, die laten we maar even voor wat het is. De kamers kosten weliswaar 37 euro voor 3 personen incl. ontbijt, veruit het duurste deze vakantie, maar het ziet er goed uit en we zijn er wat blij mee.
's-Avonds diner in het beste restaurant deze vakantie, voor 5 euro p.p. overheerlijke mezze (voorgerechten), kebab-grill, verse jus d'orange.
Jordaan-vallei
22 april: 108km, ruim 2200m klimmen
Voor mij de laatste etappe van de vakantie en meteen de zwaarste, omdat er een loodzware klim op het heetst van de dag in zit.
Tot nu toe was het weer ons fietsers gunstig gezind, steeds temperaturen van 20-25 graden. Echter, nu we de Jordaanvallei infietsen wordt het aanzienlijk warmer en klimmen de temperaturen gemakkelijk naar de 30 misschien wel 40 graden. De vallei ligt namelijk ruim onder zeeniveau, met hoge temperaturen als gevolg.
We klimmen eerst vanuit Jerash naar het zo'n 700m hoger gelegen Ajluin en genieten van een mooie bergachtige omgeving op minder drukke wegen, eindelijk weer lekker fietsen nu er minder auto's zijn.
Helaas wordt Freek een keer belaagd door jochies die het nodig vinden een grote steen zijn richting te gooien, die ook prompt vol zijn achtertas raakt. Dat is schrikken en we kunnen er de humor niet van inzien. Gelukkig genieten we wel van de mooie omgeving, ook als we de eindeloze afdaling inzetten naar de Jordaanvallei.
De sfeer lijkt hier wat meer gereserveerd dan aan de andere kant van de bergen, het lijkt iets minder gastvrij en uitnodigend.
De eerste kilometers in de vallei gaan over een onverhard stuk waar ze met de weg bezig zijn en prompt krijgen we te maken met de 1e lekke band en wel de voorband van Carolien. Met deskundigheid wordt dit snel verholpen, toch makkelijk zo'n erkende mekanieker als Carolien in ons midden.
Afscheid
Het moment van afscheid dient zich aan. Mijn vakantie eindigt morgen definitief met de terugvlucht vanuit Amman terwijl Carolien en Freek nog 2 weken doorfietsen, dus scheiden onze wegen hier. Ik heb best moeite afscheid te nemen van "snip en snap" en bij deze onderstreep ik dan ook nogmaals dat ik aan hen een puik gezelschap heb gehad: wordt vervolgd!
Loodzware klim
Vanuit de Jordaanvallei moet ik weer dezelfde bergrug op als waar we vanmorgen vanaf zijn gedenderd en ik kies voor een weg die achteraf veruit de zwaarste en steilste klim is van alle beklimmingen. Achteraf hoor ik dat ook veel auto's deze weg vermijden, ivm kokende motoren.
Ik wist dat niet en kruip dan ook meter voor meter omhoog over deze loodzware weg. Ik start op –200 en klim eerst tot ruim +600m, met een gemiddeld stijgingspercentage van meer dan 10%, dus vaak hoger. Na veel harken en ploeteren kom ik aan op een vlakker deel en een lichte afdaling, waarna nog een klim volgt, nu naar +1100m, deze in een wat gematigder stijging. Maar bij mij is dan allang de kaars uit. Ik heb moeten de zwaarste klim gedaan op het heetst van de dag en ben behoorlijk uitgeput. Ik moet echter door.
Amman
De weg naar Amman is nog ruim 30km, en ik heb geen benen meer over. Ik worstel, ploeter en zwoeg verder, nu door druk verkeer, richting en in Amman. Deze stad ligt in de heuvels, dus krijg ik nog de nodige klimmetjes voor de kiezen. Doodop kom ik uiteindelijk aan in het Sheraton, waar ik met Samir, mij gastheer hier in Amman, heb afgesproken. Vlakbij is zijn kantoortje plus appartement waar ik weer gebruik van mag maken.
Ik ga nog even snel junkfood eten bij Hardees, een Amerikaanse fastfood-keten, en val daarna in een diepe slaap.
Thuis
Ik slaap ruim 10 uur aaneen, die had ik blijkbaar nodig na de zware dag van gisteren, en net op tijd komt Samir mij ophalen en brengt me naar de Airport.
Ik pak de fiets weer in de fietsdoos, die ik nog bij Samir had achtergelaten, en kom keurig op tijd weer aan in NL.
Kortom, alles weer goed gegaan deze trip, geen mankementen, noch lichamelijk noch met het materiaal.
Bevolking
De mensen zijn zeer gastvrij, vriendelijk en beslist niet opdringerig. Het toerisme in Syrië is beperkt van omvang, je wordt overal heel hartelijk ontvangen. Veel mensen roepen, zwaaien en toeteren enthousiast naar ons en we voelden ons absoluut veilig. Vele malen werden we uitgenodigd om thee te komen drinken, hetgeen we dan ook een aantal keren hebben geaccepteerd. De bevolking spreekt niet geweldig Engels, dus communiceren is soms lastig. De Syrische bevolking is een mix van verschillende volkeren, je ziet dan ook donkere arabieren naast blanke mensen met blauwe ogen.
Weer
Het weer in april is perfect om te fietsen, temperaturen steeds 20-25 graden. We fietsten in het westelijke gedeelte, meestal tussen 400 tot 1000m boven zeeniveau.
Wegen
Er zijn niet erg veel wegen in Syrië en de kaarten (we hadden 4 verschillende) zijn geen van allen echt betrouwbaar. Met herhaaldelijk vragen en gezond verstand zijn we altijd goed terecht gekomen.
De wegen zijn redelijk goed, alles is geasfalteerd, maar bij dorpen en steden (die vaak uit lange lintbebouwing bestaan) zijn talloze bulten en kuilen, soms veroorzaakt door slecht onderhoud, maar meestal gemaakt om het autoverkeer enigszins af te remmen.
In het westen van Syrië is er redelijk wat klimwerk, dagelijks overbrugden we een hoogteverschil van 1000m.
Verkeer
Er is veel verkeer op alle wegen, zoveel verkeer heb ik in eerdere fietsvakanties bij lange na niet gehad. Elke dag reden we wel een behoorlijk stuk op een drukke snelweg, eigenlijk niet echt een fietsland dus, al gedragen de weggebruikers zich tov ons fietsers heel voorbeeldig. Daar komt nog bij dat het wagenpark vaak verouderd is, de sloopmodellen van Europa gaan weer deze kant uit, en stoten dan ook rijkelijk hun stinkende dikke roet walmende dieselwalmen over ons uit.
Terugkijkend slaat de balans toch nog wel positief uit wat betreft het fietsen in Syrië, gewoon instellen op druk verkeer, en je krijgt veel terug dankzij vriendelijke bevolking en schitterend monumenten.
Fietsen
Je ziet in Syrië veel fietsers in de bebouwde kom, daarbuiten eigenlijk helemaal niet. Er zijn genoeg fietswinkels, allemaal met het bekende middelmatige chinese materiaal. Wij zijn slechts 1 vakantiefietser tegen gekomen.
Eten
Met wat zoeken en improviseren is altijd wel eten voorhanden, alhoewel uiteraard niet de dikke bruine boterham met kaas of een echt hollands ontbijt. 's-Avonds meestal iets van kip of kebab, yoghurt, sla, soms mezze (voorgerechten). Niet echt een heel uitbundige keuken. Wel is het oppassen wat je eet, al is de kans dat je ingewanden het moeilijk krijgen heel groot, zowel Freek als Carolien zijn 1 dag ziek geweest.
Landschap
Het landschap is niet bijster interessant, het land wordt dan ook al duizenden jaren door mensen gebruikt, dus veel natuur is niet meer voorhanden. De westkant is het mooiste gebied om te fietsen, in de woestijn hebben we ons niet gewaagd.
Kosten
Vliegen naar deze regio is niet zo goedkoop, zeker als je heen en eindbestemming niet dezelfde is. Daartegenover is het prijspeil ter plekke laag, zeker in Syrië.
Een hotelkamer kostte ons gem. 10 euro, een maaltijd in een restaurant rond 5 euro.
Ongedierte
In april hadden we weinig tot geen last van ongedierte, nauwelijks kakkerlakken, weinig muggen, overdag geen vliegen om je heen tijdens het fietsen.
De honden vormen hier voor fietsers ook al geen probleem, we zijn nooit achterna gezeten.
Kijk voor foto's op: http://www.jimvandenberg.nl