Goed gevonden Willy.
Dat waren bijzondere dagen voor mij.
Ik deel het hier als een soort reisverslag.
Mijn fietsvakantie was een soort van herhaling van een eerder plan omdat ik in 2023 mijn vakantie in Sisteron moest afbreken.
In 2024 heb ik de fietsbus genomen naar Suze-la-Rousse. Eerst een paar dagen infietsen en dan iets afstrepen van mijn wensenlijstje, de Signal de Lure. De Signal de Lure is het kleine zusje zo je wilt broertje van de Mont Ventoux. Het grote verschil is dat de klim in vanuit Sisteron in meters hoogteverschil iets meer is en dat er bijna geen verkeer is op de weg. Stilte en steekvliegen.
Het was duidelijk dat ik mijn krachten en training van te voren overschat had, want het was een zware klim voor mij. Maar mooi, heel erg mooi.
Ik had tussen Suse en Sisteron de
P'tites routes du Soleil opgepikt, een mooie stille weg vanuit het noorden naar Nice. Vanuit Sisteron naar de Col de Font-belle kom je langs een Romeinse inscriptie Pierre Écrite. Daar realiseerde ik mij dat de Romeinen daar zaten tot even na 400. Even verderop staan waarschuwingsborden voor honden.
Na de Col de l'Hysope in de afdaling is er een mooie camping met restaurant bij Thouard.
In 2023 toen ik plotseling naar huis moest was er een Nederlands stel uit Dedemsvaart dat mij vanaf die camping naar de bushalte bij Peyruis bracht, vervolgens mijn tent en spullen opruimde, mijn fiets meenam, nog wat bagage uit Sisteron van de camping haalde en dat alles twee weken later netjes bij mij thuis bezorgde.
Goed, mijn reis.
Mooie delen van de route vond ik het stuk tussen Soleilhas en Roquesteron, waar (een beetje) regen, zon en lange tijd in de wolken fietsen elkaar afwisselden.
Urenlang fietsen waarbij je hoogst zelden een auto ziet. Kom je bij de Pont d'Aiglun dan vraag je je af waarom daar niet drommen toeristen staan. Nee, alleen maar 2 Engelse meisje die aan Wild Swimming deden en daar even zo vrolijk via een gevaarlijke route naar beneden klauterden om in het ravijn te 'zwemmen'.
Na Roquesteron heb ik mijn eigen plan getrokken en kwam in Gilette. Ik heb er uren gezeten.
Door naar Sospel, ook al zo'n mooie plek en daarna verder naar Tende naar de camping Municipal. 14 juli, ik viel met mijn neus in de boter. Goed volk daar. Bij de bakker verkopen ze een kleine variant Turks brood, belegd met oa tonijn, salade en heel veel andere lekkere dingen.
Mijn doel was de Via del Sale.
Ik zou dat wel eventjes doen. Fietsje zonder bagage, fles driinken, windjackje mee en zo'n lekker brood. Vroeg op pad, col de Tende op, even naar benden aan de Italiaanse kant, alcoholvrij biertje pakken en de Via del Sale op. Dat is geen gladde weg.
Kom ik bij de entrée, kijkt die man mij aan en zegt: "dat is nog een best eind vriend". Ik vol goede moed trappen en het bleek te kloppen. Ergens halverwege was mijn water bijna op en heb ik zo'n terreinwagen aangehouden die daar helaas bij bosjes rondrijden. Laten die mensen nou tal van flesjes gekoeld prikwater bij zich hebben!
Al met al kom ik tegen vijven bij de entréepost aan de andere kant. Die man vraagt mij waar ik nog heen wil. Hij kijkt mij hoofdschuddend aan en zegt. Weet je wat? Ik bel het hotel in Upega. Jij gaat hier dat mountainbike pad af en als je op een harde weg uitkomt ga je naar links en je ziet vanzelf het hotel.
Zo gezegd, zo gedaan en in het hotel wachtten ze me al op en heb ik heerlijk gegeten en geslapen.
De volgende morgen werd ik om 9 uur door die man met z'n 4 wheel drive opgehaald en bij zijn wachthuisje afgeleverd.
Wat volgde was een heerlijke dag op hoogte en op m'n dooie gemakkie heb ik de Via del Sale afgemaakt.
Een paar dagen later bij het afrekenen van de camping zei de beheerder: "Ik reken 1 nacht minder omdat je er niet was".
In Tende wees het Musée des Merveilles me de weg naar de Vallée des Merveilles, één van de grootste prehistorische “openluchtmusea” van Europa.
Volgende dag op de fiets naar Castérino, 700 meter klimmen op de fiets en daarna nog 900 meter klimmen te voet. De beloning was er niet minder om.
Je treft daar rotsinscripties die daar open en bloot liggen in weer en wind en dat al 5000 jaar!
Ook hier bijna geen kip te bekennen.
Ik heb ook nog een tochtje gemaakt naar de Col de Turini. Nu weet ik waarom die vroeger opgenomen was in de Tulpenralley en de Ralley van Monte Carlo. Zet de col maar rustig op je verlanglijstje.
Op vrijdag de 20ste 21 uur zou de fietsbus klaar staan om me thuis te brengen.
Die morgen om 7 uur op het station van Tende, maar geen trein te bekennen. Staking. Ik naar de kroeg, koffie drinken en tegen de kroegbaas aanklagen. Ik zeg hem dat ik geen trek heb om nog een keer die Col de Tende op te klimmen, nu met volle bepakking.
Zegt hij:"Neem de bus naar Casterino, dan ben je al halverwege".
Zo gezegd, zo gedaan. Als een haas naar de bakker zo'n lekker superbrood gehaald en in de bus.
In Casterino staat er een bordje naar de Col de Tende. Ik vraag voor de zekerheid de weg. Zegt een Belg die daar al jaren woont: "Dat zou ik maar niet doen, die weg is onbegaanbaar". "Neem die weg en als je dan op een splitsing komt dan neem de de afslag rechts naar beneden. De rest wijst zich vanzelf. Die dag dacht ik de mooiste dag van mijn reis te hebben. Weer een aantal uren op meer dan 2000 meter hoogte gefietst en dat terwijl ik met de trein door de tunnel zou. Hemels!
Daarna de afdaling naar Cuneo (waar ze vandaag tegenop geklommen zijn in de Vuelta)
In Cuneo was het zo benauwd en warm dat ik dacht; weet je wat? Ik ga gewoon in de richting van de Agnel naar de frisse lucht.
Bij de VVV wezen ze me de bushalte. Ik wachten. Geen bus. Vragen aan de chauffeur. "Jouw bus staat heel ergens anders. Het is niet ver. Rij maar achter mij aan" Dus ik naar de andere halte achter de bus aan. Die was gelukkig te laat. Hoe het ook zij. Ik wilde naar Casteldefino en de bus reed zelfs tot Pontechianale. Hotel genomen, ze hadden zelfs nog warm eten en de volgende dag de Agnel op met het stellige voornemen om om te draaien als het me te zwaar zou worden. Uiteindelijk na dat lange rechte stuk van 15% besloten vol te houden. Hierdoor kon het gebeuren dat Poppink op 20 juli 2024 de Agnel heeft beklommen, de col die hij in 1978 voor het eerst gewaar werd. Daarmee is mijn wens uitgekomen de Agnel nog een keer in mijn leven te beklimmen. De afdaling van de Agnel naar Cuneo was een groot feest.
Zo is die foto van dat kerkje tot stand gekomen.
Wat ik nou het leuke vind van fietsvakanties is dat er altijd en overal mensen klaar staan om je te helpen. Altijd.