Naar aanleiding van alle bovenstaande adviezen:
mijn eerste adveis zou zijn om alle 'extreme' adviezen
- van 's ochtends vertrekken op nuchtere maag/paar glazen water, tot meteen dIëtisten raad te plegen -
voorlopig even opzij te zetten
"Dus luister naar je lichaam. Als je onderweg een slapte begint te voelen en 10 km verder niet meer vooruit te branden bent had je 10 of liever 20 km voor (!) de slapte iets moeten gaan eten. Dat weet je dan voor de volgende keer" (quote van @Leon).
Vooral die 20km vóór die slapte al gaan eten, is naar mijn ervaring van belang.
Dus bij langere afstanden: beginnen met van te voren goed te eten. En goed blijven eten! (in de Tour de France beginnen de renners met waanzinnige ontbijten, om vervolgens na een uurtje op de fiets al te beginnen met bij-eten!)
Heb je eenmaal echte honger, dan is de les voor de volgende keer: eerder dus beginnen met eten!
Je zult dan (uiteindelijk) leren dat je moet gaan eten, wanneer je eigenlijk nog helemaal geen honger hebt.
In de zomer bij hitte, heb je vaak wél dorst, maar wordt komt het hongergvoel-signaal minder goed door. Zo is mijn ervaring.
Eén aspect wat ik nergens teruglees, maar naar mijn ervaring wél van grote invloed is:
één dag 100km is totaal iets anders dan een week lang elke dag 100km.
Na een aantal dagen (op dag 2?) zul je namelijk merken dat je reserves veel minder worden. En wordt bijtijds eten nog veel belangrijker.
De afstanden die ik op dag 1 (dus volgevreten vanuit huis) kon afleggen terwijl ik tussendoor slechts beperkt at,
staan in schril contrast met latere dagen. Dagen waarbij ik soms na 30 kilometer al hongeraanvallen kreeg.
Verder is er een groot verschil tussen rustig fietsen, en (zeer) sportief fietsen. In het laatste geval krijg je veel sneller honger. Niet alleen in tijd sneller - logisch want in dezelfde tijd leg je meer km's af - maar ook sneller honger bij dezelfde afstand!
Heeft iets met vetverbranding versus ander soort verbranding te maken.
Ik laat het aan de experts over om dat (juist) uit te leggen
Als laatste: ik fiets meestal alleen. Het gevaar wat zich dan voordoet (bij mij, ondanks mijn ervaring!) is: door blijven fietsen. Totdat het eigenlijk te laat is!
Fiets ik in gezelschap, dan is er altijd wel iemand die ergens iets wil gaan eten. Of al fietsend, het goede voorbeeld geeft: zien eten, doet eten...