Het was fijn om even te ontwaken uit mijn fietswinterslaap en uit te waaien in de Kempen. Eerst op vrijdagmiddag, nadat de regen was gestopt, solo vanaf station Tilburg.
Zaterdag werd een winderige pelgrimage naar de Abdij van Achel en weer terug. Dwars door een bonte mozaïek van plukjes hei, stroken bos, vennetjes die eindelijk weer nat waren geworden, kale maisvelden, megastallen, kroegen tegenover kerken en een grondig geplastificeerd aspergeveld. Dankzij de harde wind hadden we weinig last van de ammoniaklucht uit de stallen en waaiden de buien snel over. De trofee van deze tocht, een grote fles met goddelijk trappistenbier uit Achel, opende ik pas bij het avondeten, om opgewassen te blijven tegen de voortzeurende zuidwestenwind.
Hightech Eindhoven ligt hier om de hoek, maar in de Kempen lijkt de 21e eeuw nog te moeten beginnen (al sluit ik niet uit dat er in enkele van de sjofele schuren die we passeerden, xtc wordt gebrouwen). Zeker liefhebbers van varkensvlees en mensen met een windturbine-allergie zullen zich in deze streek thuisvoelen. Nergens zagen we hier moderne windmolens staan, terwijl het verhaal dat daar in de Kempen te weinig wind voor zou zijn, nu niet erg geloofwaardig meer is. Ook zonnepanelen zag ik hier slechts als verplicht nummer aangebracht op daken van fonkelnieuwe huizen in vinexwijkjes.
Zelfs zondag bleef het nog lang genoeg droog om zonder regenbroek naar het station van Best te fietsen.
Veel dank aan Jaap en Marlies voor het regelwerk en ook mijn complimenten aan de kookploeg. De vegetarische worst smaakte mij beter dan de meeste worsten die ik vorig jaar op de Balkan op mijn bord heb gehad!